Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juli 2013
Op 25 juni 2013 is in uw Kamer het wetsvoorstel Wijziging van de Mediawet 2008 teneinde
het stelsel van de landelijke publieke omroep te moderniseren (Kamerstuk 33 541) behandeld.
Op dit wetsvoorstel is een amendement ingediend dat voorziet in een verlengde aspirant
status voor de omroepen PowNed en WNL1.
Bij de erkenningverlening aan deze omroepen op 6 november 2009 is het Commissariaat
voor de Media gevraagd om gedurende de erkenningsperiode 2010–2015 verscherpt toezicht
te houden.
Ik heb de eerste rapportages van het Commissariaat voor de Media ontvangen en op dit
moment voor kennisgeving aangenomen. De rapportages zijn namelijk onderdeel van de
besluitvorming over erkenningverlening die volgend jaar plaats gaat vinden. Om deze
reden zijn de rapportages niet openbaar gemaakt.
In het kader van de Wet openbaarheid bestuur (Wob), zijn inmiddels verzoeken gedaan
tot openbaarmaking. Deze verzoeken zijn in behandeling.
Volledigheidshalve bied ik u hierbij twee rapportages van het Commissariaat voor de
Media aan. Deze rapportages geven een tussenstand weer met betrekking tot het verscherpt
toezicht. Gelet op het feit dat er momenteel, zoals hierboven aangegeven, nog Wob-verzoeken
lopen waarin ook de zienswijzen van derden moeten worden ingewonnen, heb ik geen andere
keuze dan u deze twee rapporten aan te bieden ter vertrouwelijke inzage.2
Beide omroepen hebben mij schriftelijk hun reactie op het rapport dat hun aangaat
kenbaar gemaakt. Voor de volledigheid stuur ik u ook deze reacties toe. 3
Ik zal de vier bovengenoemde documenten vertrouwelijk ter inzage leggen voor de leden
van uw Kamer.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
S. Dekker