33 541 Wijziging van de Mediawet 2008 teneinde het stelsel van de landelijke publieke omroep te moderniseren

Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID KLEIN

Ontvangen 18 juni 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel LLL, vervalt afdeling 9.2.1.

II

In artikel I, onderdeel LLL, artikel 9.12, eerste lid, onder a, wordt «de omroeporganisaties, bedoeld in artikel 9.7, onderdeel b, of van de omroeporganisaties van de in dat onderdeel genoemde samenstelling» vervangen door: de omroeporganisaties die gevormd zijn uit de omroepverenigingen Algemene Omroepvereniging AVRO en TROS, BNN en VARA onderscheidenlijk KRO en NCRV, of van de omroeporganisaties van deze samenstelling.

Toelichting

De inrichting van het omroepbestel wordt van een aangepaste structuur voorzien volgens het model dat het college van omroepen en de raad van bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep (hierna: NPO) hebben ingediend. In dit zogenoemde «3-3-2»-model, hergroeperen de huidige omroepverenigingen zich tot zes omroeporganisaties, die samen met de twee taakorganisaties (NOS en NTR3) verantwoordelijk zijn voor de verzorging van het publieke media-aanbod. Dit zijn de drie samenwerkingsomroepen (KRO/NCRV, TROS/AVRO en VARA/BNN) en drie zelfstandige omroepen (EO, MAX, VPRO). Ook wordt in dit wetsvoorstel geregeld dat de huidige aspirantomroepen (PowNed en WNL) nog voor de aanvang van de nieuwe erkenningperiode (1 januari 2016) moeten samenwerken met een van deze zes voorziene erkenninghouders, als zij hun aspirant-periode succesvol afronden.

Indiener is van mening, dat door het met name benoemen van omroepverenigingen het wetsvoorstel onnodig rigide, en te weinig flexibel wordt. Voorgesteld wordt deze namen te schrappen, met het oog op mogelijke toekomstige ontwikkelingen in het medialandschap. Derhalve wordt afdeling 9.2.1 geschrapt (onderdeel I) in verband waarmee een verwijzing in een overgangsmaatregel in het voorgesteld artikel 9.12 moet worden aangepast (onderdeel II).

Klein

Naar boven