Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 januari 2015
Bijgaand ontvangt u een afschrift van mijn instemmingsbesluit met het gewijzigde winningsplan
voor de gaswinning uit het Groningenveld1. De Nota van Antwoord, waarin een reactie is gegeven op alle zienswijzen die op het
ontwerpbesluit zijn ingediend, betreft een bijlage bij het besluit2.
In het instemmingsbesluit heb ik het SodM-advies van 11 december 2014 integraal overgenomen.
Dit betekent voor de jaren 2015 en 20163:
-
– een productiemaximum voor het gehele Groningenveld van 39,4 miljard Nm3 per jaar;
-
– een productiemaximum voor de Loppersumclusters van 3,0 miljard Nm3 per jaar;
-
– een productiemaximum voor de clusters in de regio Zuid-West van 9,9 miljard Nm3 per jaar;
-
– een productiemaximum voor het cluster Eemskanaal van 2,0 miljard Nm3 per jaar;
-
– een productiemaximum voor de clusters in de regio Oost van 24,5 miljard Nm3 per jaar.
Verder heb ik, zoals aangekondigd in mijn brief van 16 december 2014 aan uw Kamer
(Kamerstuk 33 529, nr. 91), NAM verzocht in kaart te brengen of de maxima voor de gasproductie niet beter het
gasjaar (van 1 oktober tot en met 30 september) kunnen volgen dan het kalenderjaar
(van 1 januari tot en met 31 december).
De uitkomst daarvan is dat met het volgen van het gasjaar de leveringszekerheid in
de wintermaanden beter geborgd kan worden. Door de overstap te maken van kalenderjaar
naar gasjaar, worden de wintermaanden vooraan in het (gas)jaar geplaatst, waardoor
de gevolgen van een strenge winter (hoge gasvraag) makkelijker zijn op te vangen binnen
de operationele mogelijkheden van het Groningenveld.
De omzetting van kalenderjaren naar gasjaren vindt eenmalig plaats. Toekomstige instemmingsbesluiten
zullen worden gebaseerd op gasjaren. Ik heb besloten om deze omzetting te regelen
in dit instemmingsbesluit en plaats te laten vinden in het jaar 2015. Dit betekent
dat de productiebeperkingen zowel worden opgelegd voor het kalenderjaar 2015, alsook
voor het gasjaar 2015–2016 (van 1 oktober 2015 tot en met 30 september 2016).
Dit instemmingsbesluit ligt vanaf vrijdag 30 januari 2015 tot en met vrijdag 13 maart
2015 ter inzage. De stukken zullen ter inzage liggen op dezelfde plaatsen als waar
eerder het ontwerpbesluit ter inzage lag (bij de gemeenten Loppersum, Eemsmond en
Slochteren, bij de provincie Groningen en bij het Ministerie van EZ) en zijn ook beschikbaar
via de website www.bureau-energieprojecten.nl.
Belanghebbenden kunnen van zaterdag 31 januari 2015 tot en met vrijdag 13 maart 2015
tegen dit besluit beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad
van State. Geen beroep kan worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs
kan worden verweten dat hij geen zienswijze op het ontwerp van dit besluit heeft ingediend.
De Minister van Economische Zaken,
H.G.J. Kamp