33 529 Gaswinning

Nr. 736 MOTIE VAN HET LID SIENOT C.S.

Voorgesteld 11 maart 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de rijksoverheid en mijnbouwondernemingen de overeenkomst landelijke behandeling mijnbouwschade hebben vastgesteld en dat medio 2020 een Commissie Mijnbouwschade wordt ingesteld;

overwegende dat, weliswaar op basis van advies van de Raad van State, niet het advies van de TCBB is overgenomen om het bewijsvermoeden zoals bij het Groningenveld toe te passen, maar dat de schademelder wel wordt ontzorgd doordat de causaliteit wordt onderbouwd door de commissie en de door de commissie ingeschakelde deskundigen;

overwegende dat jaarlijks een evaluatie plaatsvindt van de behandeling van schademeldingen door de Commissie Mijnbouwschade en dat op basis hiervan de uitvoering en werking van de afspraken in de overeenkomst worden geëvalueerd;

verzoekt de regering, de Commissie Mijnbouwschade te vragen om in het jaarlijkse verslag inzicht te geven in de contacten tussen mijnbouwbedrijven en de commissie voor het beoordelen van schade en in de tevredenheid van schademelders over de afhandeling van schade;

verzoekt de regering tevens, duidelijkheid te verschaffen over de procedure die gevolgd wordt zolang de commissie niet geïnstalleerd is en in die periode zo veel mogelijk aan te sluiten bij de voorliggende overeenkomst,

en gaat over tot de orde van de dag.

Dik-Faber

Agnes Mulder

Harbers

Sienot

Naar boven