33 529 Gaswinning

Nr. 691 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 oktober 2019

Op 10 september 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat vanaf medio 2022 de gaswinning in Groningen in een gemiddeld jaar nihil kan zijn (Kamerstuk 33 529, nr. 678). Gezien deze ontwikkelingen is het onvermijdelijk om het zogenaamde «gasgebouw» te ontmantelen. In deze brief ga ik in op de afbouw van GasTerra, het verkoopkantoor van het Groningen gas. Als uitvloeisel van het Akkoord op Hoofdlijnen (AoH) van 25 juni 2018 (Kamerstuk 33 529, nr. 493) ben ik sinds oktober 2018 in overleg met de andere aandeelhouders Shell, ExxonMobil en EBN. Tevens heeft regelmatig overleg plaatsgevonden met de directie van GasTerra.

Zoals toegezegd in het AO van 12 september 2019 informeer ik u met deze brief over de toekomst van GasTerra. GasTerra is een handelsonderneming, gevestigd in Groningen, met circa 150 medewerkers. GasTerra is een besloten vennootschap met als aandeelhouders de Staat 50% (Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) 10% en Energie Beheer Nederland (EBN) 40%), Shell 25% en ExxonMobil 25%. De kern van deze publiek-private samenwerking, zoals vastgelegd in de uit 1963 daterende Overeenkomst van Samenwerking, is de verkoop door GasTerra van het door NAM geproduceerde Groningengas. Deze rol van GasTerra is tevens wettelijk verankerd in artikel 54 Gaswet.

Met de versnelde afbouw van de gaswinning uit het Groningenveld en het nagenoeg beëindigen ervan in 2022 komt de kernactiviteit van GasTerra als verkoopkantoor van het Groningengas te vervallen. Het voorkeursscenario van de aandeelhouders is om op afzienbare termijn tot geleidelijke afbouw van de GasTerra-onderneming te komen. In de Algemene vergadering van aandeelhouders van 4 oktober 2019 hebben de aandeelhouders de directie verzocht om daarvoor een concept-afbouwplan op te stellen. De aandeelhouders hechten er aan dat dit plan met de grootste zorgvuldigheid en met oog voor de medewerkers wordt vormgegeven.

Concept afbouwplan

De aandeelhouders hebben de directie van GasTerra gevraagd om het concept-afbouwplan op te stellen met inachtneming van tenminste de volgende punten:

  • Sociaal plan: Het afbouwen van GasTerra zal een grote impact op alle medewerkers hebben. De aandeelhouders verzoeken de directie een concept-afbouwplan op te stellen dat de komende jaren behoud van medewerkers mogelijk maakt die nodig zijn om activiteiten te kunnen uitvoeren. Onderdeel van het sociaal plan is een stimulerings- en begeleidingspakket gericht op de begeleiding van medewerkers naar een passende toekomst.

  • Minimaliseren winning Groningengas: Bij de afweging over de toekomst van GasTerra is intensief gekeken naar de rol van deze organisatie bij de afbouw van de Groningen productie. GasTerra vervult tenminste tot ingebruikname van de stikstofinstallatie te Zuidbroek in 2022 een belangrijke rol om de gaswinning uit het Groningenveld te minimaliseren. GasTerra speelt ook een belangrijke rol om in het lopende gasjaar 2019/20 al onder een winningsniveau van 12 miljard Nm3 te komen. Dat betreft in het bijzonder de inzet van gasopslag Norg. Het uitgangspunt is dat deze rol te allen tijde geborgd blijft.

  • Zorgvuldige afbouw activiteiten: Het verzoek is om de activiteiten van de onderneming geleidelijk af te bouwen. GasTerra verricht een aantal activiteiten. Hierbij gaat het onder andere om het afnemen van kleine velden gas, het beheer van langetermijnverkoopcontracten en het vermarkten van het Groningengas. Het afbouwen is een complex traject dat een aantal jaren in beslag zal nemen. Daarbij is het uitgangspunt dat de onderneming kan voldoen aan alle lange termijnverplichtingen. In het geval dat er verplichtingen resteren die, ook na uitvoering van het gezamenlijke afbouwplan, niet tijdig kunnen worden beëindigd zal de komende jaren in overleg met de directie worden bepaald hoe deze zullen worden uitgediend.

Kleine veldentaak

Tijdens het afbouwproces zal GasTerra haar wettelijke taken blijven uitvoeren, dit betreft niet alleen de hiervoor genoemde taak ingevolge artikel 54 Gaswet maar ook de taak ten aanzien van de kleine velden om op verzoek van de producenten een aanbod te doen dat op marktconforme grondslagen is gebaseerd, te blijven uitvoeren. Ik zal bezien in hoeverre deze wettelijke taken in de toekomst nog noodzakelijk zijn en zo ja, of deze elders belegd kunnen worden.

Concluderend

Het stopzetten van de gaswinning uit Groningen luidt het einde in van de publiek-private samenwerking in GasTerra, de kern van het Gasgebouw. Samen met de andere aandeelhouders vind ik het van groot belang om de onderneming op een zorgvuldige manier af te bouwen, met inachtneming van de belangen van de medewerkers. Ik zal uw Kamer in het voorjaar nader informeren over de verdere stappen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven