33 529 Gaswinning

Nr. 583 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 februari 2019

Het KNMI meet in Nederland aardbevingen met een netwerk van versnellingsmeters en seismometers. Het KNMI heeft ons deze week een brief gestuurd waarin zij meldt dat een deel van de versnellingsmeters de grondversnellingen in Groningen niet correct heeft verwerkt.

Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) is opdrachtgever voor deze metingen. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is als eigenaar verantwoordelijk voor het functioneren van de organisatie KNMI. Met deze brief informeren wij u gezamenlijk over de stand van zaken en de vervolgacties die inmiddels in gang zijn gezet. Bijgevoegd treft u de brief van het KNMI over de oorzaak van de afwijkingen1.

Door het KNMI gemeten data zijn publiek beschikbaar en kunnen vrij worden benut. Deze data worden onder meer gebruikt bij de berekeningen van de risico’s voor gebouwen bij bevingen naar aanleiding van gaswinning in het Groningenveld. NAM voert deze berekeningen uit met de zogenaamde Hazard and Risk Assessment (HRA). Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) houdt toezicht op de correcte toepassing van het model. Mede op basis van dit model worden fysieke inspecties van gebouwen in het kader van de versterkingsoperatie geprioriteerd.

In augustus 2018 zijn inconsistenties tussen metingen aan het licht gekomen bij het KNMI. Dit heeft geleid tot nader intern onderzoek, waarna in november de oorzaak is vastgesteld. In december 2018 hebben de seismologen de afstelling van versnellingsmeters bijgesteld. Naar het inzicht van het KNMI waren de gevolgen op de inschatting van de seismische dreiging klein. Op dat moment is er door het KNMI niet gecommuniceerd. Het KNMI geeft aan dat het de situatie betreurt en biedt hiervoor zijn excuses aan.

Het KNMI geeft aan dat er geen sprake is geweest van onjuiste meldingen van opgetreden aardbevingen, niet in aantal, tijdstip, locatie of magnitude. Het betreft een meetfout in de versnellingsdata. Informatie over de grondversnelling heeft betrekking op de intensiteit van een beving aan het aardoppervlak. Het verwachte effect van de meetfout is volgens het KNMI klein.

Er mag geen enkele twijfel bestaan over de correctheid van de meetgegevens, ook niet als het gaat om zeer kleine afwijkingen. Inwoners en belanghebbenden moeten van de juiste gegevens kunnen uitgaan. Het kabinet wil de ontstane onzekerheid zo spoedig mogelijk wegnemen.

Direct nadat de meetafwijkingen bij ons bekend werden, zijn daarom onderstaande acties in gang gezet:

  • 1. Met het KNMI, SodM en met medewerking van NAM brengen wij de consequenties in kaart. Hieruit zal moeten blijken of er een effect is op de schadebeoordeling en versterking, en zo ja, wat het precieze effect is.

  • 2. SodM is als toezichthouder inmiddels gestart met het opzetten van een aanvullende audit op de kwaliteit van de meetdata. Wij hechten sterk aan onafhankelijke beoordeling van de gegevens die ten behoeve van de HRA-berekeningen worden gebruikt.

Een zorgvuldige doorrekening van verschillende modellen aan de hand van de nieuwe data vergt tijd. Dit zal tenminste zes weken in beslag nemen. Wij verwachten uw Kamer hierover in april nader te informeren. Het KNMI heeft aangegeven haar interne werkproces te evalueren om herhaling te voorkomen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven