Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 december 2023
Via deze brief informeer ik u over mijn toezegging om met gemeenten in gesprek te
gaan over het effect van de hogere OZB-aanslag bij hogere WOZ-waarde na versterking
woning (TZ202309–105).
De versterking, maar ook het uitkeren van schadevergoedingen door de Nationaal Coördinator
Groningen (NCG) of het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG), kan financiële gevolgen
hebben voor een bewoner dan wel (maatschappelijke) organisatie. Het stijgen van de
waardering van onroerende zaken (WOZ-waarde) is één van de mogelijke gevolgen.
De vijf aardbevingsgemeenten geven aan dat zij bij het vaststellen van de WOZ-waarde
gebonden zijn aan de Wet waardering onroerende zaken. Deze wetgeving geeft de gemeenten
niet de ruimte om in het Groningendossier een uitzondering te maken voor het bepalen
van de WOZ-waarde.
De gemeenten geven aan dat een stijging van de WOZ-waarde niet altijd tot gevolg heeft
dat de onroerendezaakbelasting (OZB) evenredig stijgt. De berekening van de OZB is
niet alleen afhankelijk van de WOZ-waarde, maar ook van het door de gemeenteraden
vastgestelde tarief. In 2023 is het effect van de stijging van de WOZ-waarde op de
woonlasten gemitigeerd door de daling van het gemeentelijke tarief en leidt dit niet
tot een verzwaring van de (woon)lasten.
De gemeenten hebben in 2023 weinig hulpvragen ontvangen van (maatschappelijke) organisaties
of huishoudens over het effect van de stijgende WOZ-waarde op de te betalen OZB of
(woon)lasten in zijn geheel. Dit geldt ook voor de waterschapsbelasting die eveneens
afhankelijk is van de hoogte van de WOZ-waarde. Indien er sprake is van een bijzondere
of onevenredige stijging van de OZB dan lossen de gemeenten deze (specifieke) gevallen
via maatwerk op.
Daarnaast hebben gemeenten de afspraak gemaakt dat een stijging van het vermogen door
alle verstrekte vergoedingen in verband met de versterking niet kunnen leiden tot
het verlies van een bijstandsuitkering.
Om te zorgen dat alle hulpvragen worden beantwoord, hebben de gemeenten en de NCG
de afspraak gemaakt om toekomstige signalen over negatieve effecten van de verhoging
van de WOZ-waarde op de woonlasten met elkaar en met het Ministerie van Economische
Zaken en Klimaat te delen.
Hiervoor wordt gebruikgemaakt van de contacten bij de versterkingspunten van de NCG.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
J.A. Vijlbrief