33 495 Financiële positie van publiek bekostigde onderwijsinstellingen

Nr. 58 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 september 2014

Hierbij sturen wij uw Kamer de «Monitor beloningscodes/cao’s bij WNT – Nulmeting». Hiermee voldoen wij aan de motie van de leden Rog en Duisenberg (Kamerstuk 33 495, nr. 46) en de toezegging in het Algemeen Overleg van 20 februari 2014 (Kamerstuk 31 889, nr. 8) over de bestuurderscao’s om «de nulmeting van de monitor inzake de bestuurderscao’s in het onderwijs» eind 2014 naar de Tweede Kamer te sturen1.

Bijgevoegde rapportage gaat over 2012, het jaar voorafgaand aan de WNT.2 Over de beloningen in 2013, het eerste jaar waarin de WNT van kracht is, kunt u verschillende rapportages tegemoet zien. Eind van dit jaar stuurt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties namens het kabinet een integrale WNT-rapportage. In die rapportage worden alle sectoren, waaronder de onderwijssectoren, opgenomen. Daarnaast ontvangt u in het voorjaar van 2015 een meer gedetailleerde monitor specifiek voor de onderwijssectoren waarbij nader wordt ingegaan op de salarisklassen onder de sectorale beloningsmaxima.

De WNT met betrekking tot de onderwijssectoren

Op 1 januari 2013 zijn de WNT en de bijbehorende ministeriële regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren in werking getreden. Met de ministeriële regeling zijn de sectorale bezoldigingsmaxima per onderwijssector vastgesteld. Om te voorkomen dat de bezoldigingen van alle bestuurders naar het sectorale maximum zouden toegroeien, werd het wenselijk geacht om salarisklassen onder de sectorale maxima in te bouwen. Om het draagvlak voor deze salarisklassen te vergroten, is gekozen voor zelfregulering. De onderwijssectoren hebben daarom in bestuurderscao’s (po en vo) en beloningscodes (mbo en hbo) salarisklassen onder de sectorale maxima vastgelegd.

De bestuurderscao vo is sinds 1 oktober 2011 van kracht, de bestuurderscao po en de bezoldigingscode hbo sinds 1 januari 2013 en de beloningscode van het mbo vanaf 1 december 2013. Deze zijn door ons getoetst en wij monitoren de resultaten van de zelfregulering. Voor het wo geldt het WNT-maximum. Voor deze sector zijn geen salarisklassen onder het WNT-maximum vastgesteld.

OCW voert sinds 2007 beleid om topinkomens bij onderwijsbestuurders tegen te gaan. In sommige gevallen is bij nieuwe benoemingen boven het toen nog toekomstige WNT-maximum geld teruggevorderd bij de instelling. Als gevolg daarvan zijn sinds die tijd benoemingen bóven het WNT-maximum vooruitlopend op de inwerkingtreding van de wet nauwelijks meer voorgekomen.

Vanaf de inwerkingtreding van de WNT hebben wij een beroep gedaan op bestuurders met een bezoldiging boven het sectoraal maximum om hun bezoldiging op vrijwillige basis versneld naar beneden te brengen. Dit moreel appel is gebaseerd op de gegevens die op het moment van het sturen van het moreel appel het meest recent waren. In 2013 waren dat de bezoldigingsgegevens 2011 en in 2014 waren dat de bezoldigingsgegevens 2012.

In 2013 hebben wij 26 bestuurders, waaronder 22 onderwijsbestuurders en 4 cultuur- en mediabestuurders, benaderd. Door 19 onderwijsbestuurders en 2 cultuur-en mediabestuurders is een gebaar gemaakt door aan te geven de overgangstermijn niet volledig te benutten. Een aantal heeft de bezoldiging direct onder het sectoraal maximum gebracht. Met de overige 5 bestuurders hebben wij persoonlijk gesproken. Eén van hen heeft alsnog aangegeven gehoor te geven aan het moreel appel. De andere 4 hebben zich helaas niet bereid getoond om hun bezoldiging sneller dan de wettelijke termijn naar beneden te brengen. Zij staan echter in hun recht vanwege de overgangstermijn die in de WNT is opgenomen.

In 2014 hebben we opnieuw een moreel appel gedaan. Dit keer hebben we 7 bestuurders aangeschreven. Het betreft 3 nieuwe verzoeken en 4 herhaalde verzoeken. Door 2 onderwijsbestuurders is aangegeven dat ze hun bezoldiging sneller dan de wettelijke termijn zullen verlagen. Wij hebben getracht alle middelen maximaal te benutten om topinkomens te reduceren. Dit heeft gewerkt.

Monitor beloningscodes/cao’s bij WNT: nulmeting voorafgaand aan WNT

Wij volgen de ontwikkeling van bestuurdersbeloningen in het onderwijs met een monitor. Het doel van deze monitor is te kunnen vaststellen in hoeverre zelfregulering middels beloningscodes en cao’s werkt en of er geen opdrijvende werking naar het sectorale maximum ontstaat. De monitor is gestart met een nulmeting over het jaar 2012, het jaar voorafgaand aan het moreel appel en de inwerkingtreding van de WNT, de ministeriële regeling en de salarisklassen. De resultaten van deze nulmeting treft u hierbij aan.

De monitor geeft een macrobeeld van de positie van de bezoldigingen in 2012 ten opzichte van de vanaf 2013 geldende beloningsmaxima en daarbij behorende salarisklassen. De monitor gaat daarom niet in op bezoldigingen van individuele bestuurders.

In de nulmeting wordt gesproken over een «overschrijding» of een «virtuele overschrijding» als de bezoldiging in 2012 boven het toekomstige sectorale of klasse-maximum voor die bepaalde bestuurder lag. Met het gebruik van dit begrip «overschrijding» wordt niet geïmpliceerd dat er sprake is van een overtreding van de WNT. De WNT was immers in 2012 nog niet van kracht.

In tabel 1 is per onderwijssector het aantal en percentage bestuurders weergegeven dat in 2012 een bezoldiging boven het vanaf 2013 geldende sectorale maximum ontving. Gegeven het feit dat de WNT in 2012 nog niet van kracht was, is dit aantal beperkt.

Tabel 1: Bezoldigingen boven sectoraal maximum in 20121

Sector

Aantal bezoldigingen in 2012 boven sectoraal maximum

Als percentage van bezoldigd bestuurders

po

4

1%

vo

2

1%

mbo

5

4%

hbo

17

22%

wo

9

19%

X Noot
1

Het betreft het aantal beloningen boven de sectorale of klasse-maxima op peildatum 31-12-2012 inclusief groen onderwijs.

Tot slot

Bijgevoegde nulmeting is gebaseerd op de beloningsgegevens uit 2012. Sindsdien zijn er bestuurswisselingen en herbenoemingen geweest. Ook hebben bestuurders hun morele verantwoordelijkheid genomen door hun bezoldiging naar aanleiding van het moreel appel vrijwillig naar beneden te brengen. Wij hebben er dan ook vertrouwen in dat het aantal bestuurders en toezichthouders met een bezoldiging boven het nu geldende maximum bij WNT-1 de komende jaren zal gaan dalen.

Zoals met uw Kamer besproken, zijn wij van mening dat bestuurderssalarissen redelijk, transparant, controleerbaar en handhaafbaar moeten zijn. Dit heeft onze permanente aandacht.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.

Naar boven