33 475 Herziening van de Wet arbeid vreemdelingen

G VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 3 september 2014

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft op 1 april 2014 de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de toezegging «Toetsing tewerkstellingsvergunning» (T01813) besproken.

Naar aanleiding daarvan heeft zij de Minister van Sociale Zaken bij brief van 4 april 2014 enige vragen voorgelegd over maatwerk met betrekking tot de Aziatische horeca.

De Minister heeft op 1 september 2014 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Den Haag, 4 april 2014

Tijdens het debat over de Herziening van de Wet arbeid vreemdelingen (33 475) op 5 november 2013 hebt u – n.a.v. door enkele woordvoerders geuite zorgen dat de aanscherping van de wet te rigide zou uitwerken voor de Aziatische horeca – de Kamer verzekerd dat het bieden van maatwerk, ondanks de aanscherping van de wet, mogelijk is en toegezegd dat het UWV bij de beoordeling van een tewerkstellingsvergunning indien nodig ook culturele of etnische functie-eisen mee zal laten wegen.2

Echter, vanuit de Aziatische horeca wordt, nu de wet inwerking is getreden, kritiek geuit op het ontbreken van maatwerk bij de beoordeling van tewerkstellingsvergunningen, waardoor het voortbestaan van diverse horecagelegenheden in gevaar dreigt te komen.

De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid vragen u of deze kritiek naar uw oordeel terecht is en vernemen graag wat u gewisseld heeft met het UWV, opdat dit instituut het toegezegde maatwerk biedt in geval van culturele of etnische functie-eisen.

De leden van de commissie zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze bij voorkeur binnen vier weken.

De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Sylvester

BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 september 2014

In deze brief ga ik in op de vragen die door de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn gesteld over de uitwerking van de Wet arbeid vreemdelingen voor de Aziatische horeca en het bieden van maatwerk bij de beoordeling van een aanvraag tewerkstellingsvergunning.

Zoals ik tijdens het debat over de Herziening van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) op 5 november 2013 heb aangegeven, is de Wav een wet die maatwerk biedt. Het UWV toetst bij iedere individuele aanvraag van een tewerkstellingsvergunning (twv) of per 1 april 2014 de gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid (gvva) de door de werkgever gestelde functie-eisen reëel en proportioneel zijn. Een vergunning zal worden geweigerd indien de werkgever irreële functie-eisen opstelt die belemmeringen opwerpen waardoor de vacature niet met prioriteit genietend aanbod kan worden vervuld. Vervolgens wordt gekeken of er voor de betreffende vacature, met de bijbehorende reële functie-eisen, aanbod aanwezig is of na enige scholing aan die eisen kan voldoen. Indien culturele of etnische functie-eisen bij een individuele aanvraag door het UWV als reëel en proportioneel worden verondersteld, worden ze dus meegewogen bij de beoordeling of aanbod aanwezig is. Het UWV is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van de Herziening Wav en is op de hoogte van mijn toezeggingen met betrekking tot maatwerk. UWV stelt echter vast dat voor veel functies in de Aziatische Horeca wel prioriteitgenietend aanbod aanwezig is. Dat is de reden waarom de afgelopen maanden weinig vergunningen zijn verleend.

Tijdens het AO Arbeidsmigratie van 13 maart jl. heeft de Tweede Kamer mij verzocht in gesprek te gaan met de Aziatische Horeca sector. Er is de afgelopen maanden intensief overleg gevoerd tussen mijn ministerie en een brede delegatie van de Aziatische horecasector over de personeelsproblematiek in de sector. De gevolgen van de herziening Wav en de opleidingsinspanningen door de sector zijn onderwerpen die besproken zijn. Er is gezamenlijk gezocht naar een oplossing waardoor de sector in staat wordt gesteld het acute personeelstekort op te lossen en tegelijkertijd onder meer door opleidingsinitiatieven belangrijke stappen te zetten op weg naar een duurzame personeelsvoorziening in de toekomst. Het overleg met de sector verloopt constructief en ik verwacht dat er op korte termijn overeenstemming wordt bereikt.

Graag ga ik ook in op mijn toezegging ten aanzien van het opleiden van koks tijdens de behandeling van de Herziening van de Wav op 5 november 2013. Ik heb aangegeven dat als bij de tvw’s die voor 18 maanden zijn verstrekt blijkt dat er door de werkgever reële inspanningen zijn gedaan om koks te werven en op te leiden en het nodig is daar nog even mee door te gaan, deze twv’s verlengd kunnen worden. UWV heeft vanaf begin 2012 twv’s verleend voor de duur van 18 maanden met daaraan gekoppeld de voorwaarde dat de werkgever zou blijven werven onder het prioriteitgenietend aanbod en dit aanbod zou opleiden. Het UWV heeft werkgevers in de gelegenheid gesteld door het verlenen van twv het aanwezige aanbod op te leiden, bijvoorbeeld door de kok die is toegelaten met de twv. Inmiddels is al een aantal twv’s van 18 maanden afgelopen. Gebleken is dat de betreffende werkgevers zich niet hebben ingespannen om koks te werven en/of op te leiden. Daarom is door UWV voor deze werkgevers geen nieuwe twv meer verleend.

Zodra de uitkomsten van het overleg met de sector bekend zijn, zal ik uw Kamer informeren.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Kneppers-Heijnert (VVD), Terpstra (CDA), Sylvester (PvdA) (voorzitter), Thissen (GL), vac. (PvdA), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Strik (GL), Flierman (CDA), Hoekstra (CDA), Scholten (D66), Backer (D66), De Lange (OSF), Sent (PvdA), Postema (PvdA), Van Dijk (PVV) (vicevoorzitter), Sörensen (PVV), Ester (CU), De Grave (VVD), Beckers (VVD), Swagerman (VVD), Kok (PVV), Koning (PvdA)

X Noot
2

Toezegging T01813, naar aanleiding van opmerkingen van de leden Swagerman (VVD) en Terpstra (CDA).

Naar boven