33 475 Herziening van de Wet arbeid vreemdelingen

Nr. 7 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 11 maart 2013

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1.

In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 4 als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «Onze Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel» vervangen door: Onze Minister van Veiligheid en Justitie.

2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt achter de puntkomma ingevoegd: of.

2.

In artikel I, onderdeel D, wordt artikel 8 als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel c, komt te luiden:

c. indien de werkgever niet kan aantonen voldoende inspanningen te hebben gepleegd de arbeidsplaats door prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt te vervullen:,

2. In het eerste lid, onderdeel g, wordt achter de puntkomma ingevoegd: of.

3. Het eerste lid, onderdeel h, komt te luiden:

h. indien het een categorie van werkzaamheden of van vreemdelingen betreft waarvoor overeenkomstig artikel 5a een limiet aan het aantal te verlenen tewerkstellingsvergunningen is gesteld, welke limiet is bereikt.

4. In het derde lid wordt «Onze Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel» vervangen door: Onze Minister van Veiligheid en Justitie.

5. In het derde lid, onder 3°, wordt na de puntkomma ingevoegd: of.

6. In het derde lid, wordt de aanduiding 1°, 2°, 3° respectievelijk 4° vervangen door: a, b, c respectievelijk d.

Toelichting

Deze nota van wijziging is van puur technische aard. Allereerst is telkens Onze Minister van Immigratie, Integratie en Asiel vervangen door de huidige aanduiding Onze Minister van Veiligheid en Justitie (onderdeel 1, onder 1 en onderdeel 2, onder 4). Voorts is een enkele zin beter leesbaar gemaakt (onderdeel 2, onder 1 en 3) en is telkens aangegeven dat opsommingen niet cumulatief, maar alternatief zijn bedoeld (onderdeel 1, onder 2, en onderdeel 2, onder 2 en 5). Ten slotte is de aanduiding van de opsomming in artikel 8, derde lid, van de Wet arbeid vreemdelingen in overeenstemming gebracht met de Aanwijzingen voor de regelgeving (onderdeel 2, onder 6).

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher