33 436 Wijziging van de Leegstandwet in verband met de verruiming van de mogelijkheden voor tijdelijke verhuur bij leegstand van gebouwen en woningen

Nr. 9 AMENDEMENT VAN HET LID PAULUS JANSEN

Ontvangen 13 maart 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel A, wordt na onderdeel 1 een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • 1a. Aan het tweede lid worden de volgende volzinnen toegevoegd: Burgemeester en wethouders geven onverwijld kennis van de aanvraag van een vergunning als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een andere geschikte wijze. Daarbij wordt de datum vermeld waarop de aanvraag is ingediend en het tijdstip tot wanneer belanghebbenden hun zienswijzen kunnen indienen. Dit tijdstip is in elk geval niet eerder gelegen dan zes weken na de kennisgeving, bedoeld in de eerste volzin. Het besluit omtrent de verlening van de vergunning wordt niet eerder genomen dan na afloop van twee weken na het tijdstip genoemd in de vorige volzin.

Toelichting

Tijdelijke verhuur in afwachting van sloop of renovatie raakt de belangen van de overige huurders in een woningcomplex en directe omwonenden. Om deze reden is het van belang dat een aanvraag voor tijdelijke verhuur bij hen bekend is, en tevens dat zij in de gelegenheid gesteld worden om hun zienswijze te geven eer Burgemeester en Wethouders een besluit nemen over de aanvraag.

Het amendement regelt de bekendmaking en de zienswijzeprocedure, waarbij aansluiting gezocht is bij de gebruikelijke termijnen uit het omgevingsrecht.

Paulus Jansen

Naar boven