33 436 Wijziging van de Leegstandwet in verband met de verruiming van de mogelijkheden voor tijdelijke verhuur bij leegstand van gebouwen en woningen

Nr. 35 VIERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 21 maart 2013

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

In artikel I, onderdeel B, onder 3a, komt de laatste volzin te luiden:

Indien de huurder na het tijdstip waarop de huurovereenkomst eindigt, met goedvinden van de verhuurder het gebruik van het gehuurde behoudt, ontstaat, tenzij van een andere bedoeling blijkt, een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd waarop titel 4, afdeling 5, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is.

Toelichting

Met deze nota van wijziging wordt een grammaticale fout hersteld.

De minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok

Naar boven