De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat er in Nederland inmiddels ruim 7 miljoen vierkante meter aan kantoorruimte
onverhuurd leeg staat en dat in recent onderzoek de verborgen leegstand in nog wel
verhuurde kantoren op nog eens ruim 6 miljoen vierkante meter wordt geschat;
overwegende dat een aanzienlijk deel van deze leegstand niet meer verhuurd kan worden
als kantoorruimte en als structurele leegstand moet worden aangemerkt;
constaterende dat er grote regionale en lokale verschillen zijn in de leegstandsproblematiek
van kantoren, maar dat de herontwikkeling of sloop van leegstaande kantoren wordt
belemmerd doordat eigenaren, zelfs als er geen enkel uitzicht meer is op verhuur,
niet of onvoldoende overgegaan tot afwaardering van dit vastgoed op hun balans;
constaterende dat in het Convenant aanpak leegstaande kantoren drie gebiedssegmenten
in de kantorenmarkt zijn benoemd, te weten groeigebieden, herstructureringsgebieden
en krimpgebieden;
overwegende dat de Europese Centrale Bank in mei van dit jaar rapporteerde dat het
Nederlandse vastgoed een overwaardering kent van meer dan 20%;
verzoekt de regering, in overleg met bevoegde instantie als DNB en AFM te bevorderen
dat de regels voor waardebepaling van kantoorpanden door taxateurs en accountants
zodanig worden toegepast dat daarin de reële verhuurkans en verhuurwaarde worden betrokken,
gebaseerd op onder meer de afspraken uit het convenant aanpak leegstaande kantoren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Albert de Vries