33 400 V Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) en van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2013

Nr. 111 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2013

Hierbij bied ik u het werkprogramma 2013 van de Commissie van advies inzake volkenrechtelijke vraagstukken aan.

Dit werkprogramma is eveneens aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal gezonden.

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

COMMISSIE VAN ADVIES INZAKE VOLKENRECHTELIJKE VRAAGSTUKKEN

WERKPROGRAMMA 2013

1. ADVISERING IN 2013

1.1 Adviesaanvragen

Op 18 december 2012 ontving de CAVV een aanvraag voor een advies over de internationale aspecten van de bevoegdheidsverdeling tussen de EU en de EU-leden en op 8 januari 2013 een aanvraag over het gebruik van bewapende drones. De CAVV is voornemens deze beide aanvragen in 2013 voortvarend te behandelen teneinde ze, overeenkomstig de adviesaanvragen, zomer 2013 af te ronden.

1.2 Overige onderwerpen

De CAVV acht het bovendien zinvol in de loop van 2013 te bezien of een advies over een of meer van de volgende onderwerpen zinvol is:

• (1) VOORBEHOUDEN BIJ VERDRAGEN

  Het eindrapport hierover van de VN-Commissie voor Internationaal Recht, in de vorm van een Guide to practice, wordt in november 2013 besproken in de Zesde Commissie van de Verenigde Naties. De Guide zal een belangrijk instrument worden bij verdragsonderhandelingen en bij de uitvoering van verdragen, zodat het opportuun lijkt dat de CAVV er zijn licht over laat schijnen.

• (2) INVESTERINGSBESCHERMINGSVERDRAGEN IN EUROPEESRECHTELIJK VERBAND

  Een belangrijk probleem op dit moment vormt de verhouding tussen de bevoegdheden van de Europese Unie en haar lidstaten op dit gebied. Een advies daarover of over andere vraagstukken inzake investeringsbeschermingsverdragen kan naar de mening van de CAVV zinvol zijn.

• (3) DE AANSPRAKELIJKHEID VAN INTERNATIONALE ORGANISATIES

  Het is de CAVV bekend, dat de VN-Commissie voor Internationaal Recht haar werkzaamheden op dit onderwerp heeft afgerond. Uit zowel internationaal als nationaal oogpunt (o.a. met het oog op de Srebrenica-zaken) acht zij advisering over dit onderwerp het overwegen waard.

2. ALGEMEEN

De werkzaamheden van de CAVV zijn vooral van juridisch-technische aard. De Commissie inventariseert het bestaande internationaal recht, onderzoekt en becommentarieert nieuwe ontwikkelingen daarin en komt van daaruit tot vaststelling van juridische adviezen. Het doen van uitspraken over de implicaties van deze adviezen voor het Nederlandse beleid behoort niet tot het primaire werkterrein van de Commissie, maar in voorkomende gevallen zullen beleidsimplicaties van een juridische stellingname evident zijn.

Bij de selectie van onderwerpen schenkt de CAVV aandacht aan de relevantie van de onderwerpen voor het Nederlandse beleid, voor de stellingname van Nederland in internationale gremia ten opzichte van nieuwe ontwikkelingen in het internationaal recht, in het bijzonder waar het de ontwikkeling van nieuwe rechtsinstrumenten betreft, zoals door de VN-Commissie voor Internationaal Recht, alsmede voor de ontwikkeling van Nederlands beleid op langere termijn ten aanzien van nieuwe vraagstukken in het internationaal recht.

De CAVV is gaarne bereid onvoorziene adviesverzoeken in behandeling te nemen. Zij zal uiteraard slechts gebruikmaken van haar recht om met een ongevraagd advies te reageren op actuele ontwikkelingen die de interpretatie of toepassing van het internationaal recht door of ten aanzien van Nederland betreffen, nadat zij conform artikel 18 van de Kaderwet adviescolleges de Minister en de beide kamers der Staten-Generaal in kennis heeft gesteld van het voornemen daartoe.

3. INTERNE ORGANISATIE

In 2013 zal de CAVV via een eigen website informatie over de Commissie en haar werkzaamheden verspreiden. De secretaris van de CAVV draagt zorg voor het actueel houden van de informatie op deze website. Daarnaast zal de Commissie in 2013 de eigen werkmethoden kritisch evalueren om op een slagvaardiger en vooral minder tijdrovende wijze de adviserende rol te kunnen vervullen. Daarbij zal onderzocht worden op welke wijze nieuwe communicatietechnologieën hierbij ingezet kunnen worden.

23 januari 2013