33 400 B Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2013

33 400 C Vaststelling van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2013

Nr. 10 MOTIE VAN HET LID VAN HIJUM

Voorgesteld 19 maart 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Europese verdragen en richtlijnen Nederland verplichten tot een solide begrotingsbeleid en mede daarvoor passende coördinatiemechanismen tussen alle lagen van de overheid vast te leggen;

overwegende dat de Nederlandse wetgeving tal van regels en voorschriften bevat over het begrotingsbeleid van decentrale overheden en het toezicht daarop, inclusief bepalingen over het aandeel van decentrale overheden in het terugdringen van een (dreigende) overschrijding van de 3%-norm in de Wet fido;

voorts overwegende dat de rijksoverheid de bestuurlijke autonomie van decentrale overheden niet nodeloos dient in te perken;

spreekt uit dat Nederland met het bestaande wettelijk instrumentarium met betrekking tot de financiën van decentrale overheden voldoet aan de Europese begrotingseisen;

verzoekt de regering, het onderdeel van de Wet houdbare overheidsfinanciën dat betrekking heeft op de relatie met decentrale overheden, te heroverwegen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Hijum

Naar boven