33 400 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2013

Nr. 100 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2013

Hierbij deel ik u mede dat ik heden de Startbeslissing heb vastgesteld voor het wegproject A2 ’t Vonderen–Kerensheide. De Startbeslissing treft u bijgaand aan1.

De beslissing is ter uitvoering van de Bestuurlijke Overeenkomst A2 ’t Vonderen–Kerensheide die ik op 10 september 2012 met de provincie Limburg sloot. In die overeenkomst werd afgesproken dat ik een Startbeslissing zou nemen in 2013.

Het project heeft betrekking op de A2 in Midden-Limburg tussen – globaal – Stein/Geleen en Maasbracht over een afstand van 20 kilometer. Op dit wegvak zijn in 2010 en 2011 spitsstroken geopend met de procedure van de Spoedwet wegverbreding. In die periode is ook afgesproken om op termijn een structurele verbreding te realiseren door de spitsstroken op te waarderen tot volwaardige stroken, inclusief vluchtstroken. Dit project beoogt die afspraak uit te voeren.

Met het project wordt tevens de motie van de Tweede Kamerleden De Jong, Koopmans en Aptroot van 30 juni 20112 uitgevoerd om voor het wegvak tot een structurele verbreding te komen van 2x3 rijstroken.

Het tracé is onderdeel van de enige corridor op snelwegniveau die Zuid- en Midden-Limburg met de rest van het land verbindt. Door de opwaardering verbetert de verkeersveiligheid en de robuustheid van het netwerk. De opwaardering heeft naar verwachting ook positieve effecten op de ontwikkeling van een aantal topsectoren zoals Brainport Eindhoven, Greenport Venlo, Maastricht Health Campus en Chemelot.

Voor het project heeft het Rijk een budget beschikbaar van € 215 miljoen. Daarnaast draagt de provincie Limburg € 35 miljoen bij.

Het project doorloopt de zogenaamde verkorte Tracéwetprocedure, hetgeen inhoudt dat na deze Startbeslissing nog twee formele momenten volgen, namelijk het ontwerp-tracébesluit en het tracébesluit.

Het tracébesluit is te verwachten in 2015.

De aanleg van het project is voorzien in de periode tussen 2022 en 2025/2027.

De minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Kamerstuk 32 500 A, nr. 91

Naar boven