33 290 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met stapsgewijze verhoging en koppeling aan de stijging van de levensverwachting van de pensioenleeftijd (Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd)

L MOTIE VAN HET LID THISSEN C.S.

Voorgesteld 10 juli 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslagingen,

constaterend, dat de verhoging van de AOW-leeftijd met het oog op de begroting 2013 reeds op korte termijn zal ingaan,

overwegend, dat mensen die dit aangaat weinig tijd hebben zich daarop in te stellen,

overwegend, dat dit met name mensen treft die binnen afzienbare tijd aanspraak zullen maken op alleen AOW of een klein pensioen,

overwegend, dat de overgangsmaatregel in de vorm van een voorschot voor mensen die al met vervroegd pensioen zijn gegaan voordat zij wisten dat de pensioenleeftijd omhoog zou gaan onvoldoende is,

verzoekt de regering een onderzoek in te stellen teneinde een betere overgangsmaatregel te treffen voor mensen met alleen AOW en/of een klein aanvullend pensioen dan wel een klein vermogen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Thissen

Noten

Strik

Ganzevoort

Vos

Barth

Naar boven