33 264 Benoeming substituut-ombudsman

Nr. 4 BRIEF VAN DE NATIONALE OMBUDSMAN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 oktober 2014

Op 1 januari 2015 eindigt de ambtstermijn van de zittende substituut ombudsmannen:

mevrouw mr. A. Stehouwer en

de heer M.L.M. Dullaert (tevens Kinderombudsman).

De ambtstermijn van een substituut-ombudsman loopt een jaar door na het einde van de ambtstermijn van de Nationale ombudsman op wiens verzoek hij of zij is benoemd. Dit is bepaald in artikel 9, tweede lid, van de Wet Nationale ombudsman (Wno). Bepalend voor de ambtstermijn van de huidige substituut-ombudsmannen is dus 1 januari 2014, de dag waarop de Nationale ombudsman de heer Brenninkmeijer ontslag heeft gekregen.

Op dit moment bestaat er nog geen duidelijkheid over de datum waarop een nieuwe Nationale ombudsman in functie treedt. Omwille van de continuïteit van het Bureau Nationale ombudsman draag ik hierbij in mijn rol als waarnemend ombudsman de substituten mevrouw Stehouwer en de heer Dullaert voor om herbenoemd te worden. Zij hebben ook zelf aangegeven beschikbaar te zijn. Hun ambtstermijn eindigt dan een jaar na mijn aftreden als waarnemend ombudsman.

Mijn aftreden als waarnemend ombudsman valt samen met het aantreden van een nieuwe Nationale ombudsman (artikel 10, vijfde lid, Wno).

Ik hoop van harte dat de Tweede Kamer akkoord gaat met deze voordracht en ben uiteraard graag bereid tot het geven van een mondelinge toelichting.

Hoogachtend,

De Nationale ombudsman, F.J.W.M. van Dooren, waarnemend ombudsman

Naar boven