33 258 Voorstel van wet van de leden Van Raak, Fokke, Schouw, Voortman, Segers, Ouwehand en Klein houdende de oprichting van een Huis voor klokkenluiders (Wet Huis voor klokkenluiders)

Nr. 16 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 november 2013

In aansluiting op de voortgezette plenaire behandeling van het initiatiefvoorstel Wet Huis voor Klokkenluiders, Kamerstukken 33 258 op 31 oktober jl. (Handelingen II 2013/14, nr. 18) ontvangt u hierbij de door mij ingewonnen adviezen van het College van Procureurs-Generaal, de Inspectieraad en het Markttoezichthoudersberaad.

  • 1. Brief van het College van Procureurs-Generaal d.d. 26 augustus 2013;

  • 2. Brief van de Inspectieraad d.d. 6 september 2013;

  • 3. Brief van het Markttoezichthoudersberaad d.d. 9 september 2013.

Tevens treft u hierbij aan het door mij ingewonnen advies van de heer prof. D.J. Elzinga over een mogelijke uitbreiding van de onderzoekstaak van de Nationale ombudsman tot de private sector in relatie tot de Grondwet1.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven