Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel g komt te luiden:
g. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht of publiekrechtelijke
aanstelling arbeid verricht of heeft verricht dan wel de zelfstandige die anders dan
uit dienstbetrekking arbeid verricht of heeft verricht;
2. Onderdeel i komt te luiden:
i. vermoeden van een misstand: het vermoeden van een werknemer, dat binnen de organisatie
waarin hij werkt of heeft gewerkt of bij een andere organisatie indien hij door zijn
werkzaamheden met die organisatie in aanraking is gekomen, sprake is van een misstand
voor zover:
1°. het vermoeden gebaseerd is op redelijke gronden, die voortvloeien uit de kennis
die de werknemer bij zijn werkgever heeft opgedaan of voortvloeien uit de kennis die
de werknemer heeft gekregen door zijn werkzaamheden bij een ander bedrijf of een andere
organisatie, en
2°. het maatschappelijk belang in het geding is bij de schending van een wettelijk
voorschrift, een gevaar voor de volksgezondheid, een gevaar voor de veiligheid van
personen, een gevaar voor de aantasting van het milieu, een gevaar voor het goed functioneren
van de openbare dienst of een onderneming als gevolg van een onbehoorlijke wijze van
handelen of nalaten.
B
Artikel 6, eerste lid, komt te luiden:
1. Een melder kan het Huis verzoeken een onderzoek in te stellen naar het vermoeden
van een misstand voor zover het maatschappelijk belang ernstig in het geding is.
Toelichting
Onderdeel A
Naast werknemers met een arbeidsovereenkomst of met een publiekrechtelijke aanstelling
kunnen ook zelfstandigen bij het Huis voor klokkenluiders een misstand melden. Hierbij
kan worden geacht aan aannemers of zelfstandigen zonder personeel.
De definitie van het vermoeden van misstand is verruimd, waardoor het mogelijk is
een vermoeden van een misstand te melden bij het bedrijf of de organisatie waar een
melder werkt of heeft gewerkt, maar ook bij een ander bedrijf of een andere organisatie
indien de werknemer door zijn werkzaamheden kennis heeft gekregen van een mogelijke
misstand.
Onderdeel B
Het Huis voor klokkenluiders is alleen bevoegd om een onderzoek te starten bij vermoeden
van een misstand waarbij het maatschappelijk belang ernstig in het geding is. Het
vermoeden van een misstand is gedefinieerd in de definitiebepaling, waarbij bij een
melding het maatschappelijk belang in het geding moet zijn.
Van Raak
Heijnen
Schouw
Voortman
Segers
Ouwehand