33 141 Wijziging van de Wet van 7 juli 2010 tot wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid (Stb. 2010, 296) in verband met wijziging van de regeling van de ouderbijdrage aan de peuterspeelzaal bij deelname van een kind aan voorschoolse educatie en van de Wet op het primair onderwijs in verband met wijziging van de schriftelijke instemming van ouders van leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het om te regelen dat de wettelijke maximering van de ouderbijdrage alleen geldt voor ouders van doelgroepkinderen, wenselijk is om de Wet van 7 juli 2010 tot wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid (Stb. 2010, 296) te wijzigen, alsmede dat het wenselijk is om de Wet op het primair onderwijs te wijzigen in verband met het wijzigen van de schriftelijke instemming van ouders van leerlingen die onderwijs volgen dat bestaat uit activiteiten gericht op de bevordering van de beheersing van de Nederlandse taal;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WET VAN 7 JULI 2010 TOT WIJZIGING VAN DE WET KINDEROPVANG, DE WET OP HET ONDERWIJSTOEZICHT, DE WET OP HET PRIMAIR ONDERWIJS EN ENKELE ANDERE WETTEN IN VERBAND MET WIJZIGINGEN IN HET ONDERWIJSACHTERSTANDENBELEID (STB. 2010, 296)

In artikel III, onderdeel G, van de Wet van 7 juli 2010 tot wijziging van de Wet kinderopvang, de Wet op het onderwijstoezicht, de Wet op het primair onderwijs en enkele andere wetten in verband met wijzigingen in het onderwijsachterstandenbeleid (Stb. 2010, 296) wordt in het tweede lid van artikel 166 van de Wet op het primair onderwijs na «Indien een kind» ingevoegd: met een risico op een achterstand in de Nederlandse taal, als bedoeld in artikel 167, eerste lid,.

ARTIKEL II. WET OP HET PRIMAIR ONDERWIJS

Artikel 165 van de Wet op het primair onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. In het eerste lid vervalt de laatste volzin.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien een leerling onderwijs ontvangt dat uitsluitend bestaat uit de activiteiten, bedoeld in het eerste lid, neemt een leerling slechts deel aan deze activiteiten nadat de ouders van de leerling hun instemming schriftelijk kenbaar hebben gemaakt aan het bevoegd gezag.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip en kan terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Naar boven