33 140 Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking voor het European Urban Knowledge Network (EUKN EGTS)

Nr. 2 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 8 februari 2012

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken1 heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brief van 13 januari 2012 inzake het voornemen tot deelneming van de Staat aan de op te richten Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking voor het European Urban Knowledge Network (EUKN EGTS) (Kamerstuk 33 140, nr. 1).

De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 7 februari 2012. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, Wolbert

De griffier van de commissie, Van der Leeden

1

In hoeverre is de rechtsvorm «Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking (EGTS)» de geëigende vorm voor het European Urban Knowledge Network (EUKN)? Wat is de meerwaarde van deze vorm?

De EGTS als vorm voor samenwerking heeft als meerwaarde dat het gebaseerd is op een EU verordening die derhalve in EU verband als zodanig erkend is. Deze EU verordening is te vergelijken met de Wet gemeenschappelijke regelingen maar dan op Europees niveau Een belangrijk aspect als meerwaarde is de formalisering van de deelname van de lidstaten.

2

Als Nederland niet zou besluiten om aan deze EGTS mee te doen, wat zijn dan de gevolgen voor het kennisnetwerk? Blijft in die situatie Den Haag de vestigingsplaats?

De gevolgen zijn niet op voorhand te voorspellen. Juist het formaliseren van de bestaande samenwerking biedt perspectieven om op termijn te kunnen groeien door middel van deelname van andere lidstaten. Ook een lange termijn samenwerking met andere kennisnetwerken is beter mogelijk met een EGTS.

Den Haag als vestigingsplaats zou kunnen blijven bestaan. Alleen is ongewis of de huidige deelnemende lidstaten nog zullen willen blijven deelnemen op informele basis aan het netwerk.

3

Hoeveel ambtenaren zullen er namens het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties plaatsnemen in de assemblee? Wat zijn daarvan de kosten op jaarbasis (salaris, reiskostenvergoedingen, etc.)?

Vanuit BZK zal tenminste een ambtenaar deelnemen als Voorzitter. Er vanuit gaande dat de assemblee twee maal per jaar vergadert en er ook voorbereidingstijd voor nodig is kan worden uitgegaan van 4 dagen. Daarnaast zal overleg en afstemming met het secretariaat van het EUKN nodig zijn met gemiddeld 4 dagen op jaarbasis.

Uitgaande van 8 dagen salariskosten bij een ambtelijke schaal 12 zou dit aan salariskosten circa € 1440,– op jaarbasis bedragen. Uitgaande voorts van twee vergaderingen op lokatie in een van de deelnemende lidstaten zou er aan reiskosten (vliegreis en hotel) naar verwachting circa € 1000,– aan kosten moeten worden gemaakt.

4

In hoeverre is Nederland aansprakelijk voor eventuele schulden of onrechtmatig handelen van de EUKN EGTS?

Nederland, evenals de andere deelnemende lidstaten, is beperkt in zijn aansprakelijkheid tot het maximum van de landen contributie.

5

In hoeverre moet Nederland extra bijdragen aan de EUKN EGTS als andere landen hun verplichtingen niet nakomen?

Indien een of meerdere landen hun financiële verplichting niet nakomen zal de Assemblee moeten besluiten hoe hier mee om te gaan. Dit kan leiden tot óf een lager uitgaven niveau en dus evenredig minder activiteiten, of tot een hogere contributie voor alle resterende deelnemers.

6

Wat zal deelname aan dit netwerk Nederland kosten, naast de jaarlijkse bijdrage van € 135 000?

Kosten voor Nederland – naast de eerder genoemde salaris- en reiskosten voor deelname aan de assemblee vergaderingen – zijn er in principe niet.


X Noot
1

Samenstelling:

Leden: Staaij, C.G. van der (SGP), Grashoff, H.J. (GL), Hennis-Plasschaert, J.A. (VVD), Boer, B.G. de (VVD), Ziengs, E. (VVD), ondervoorzitter, Verhoeven, K. (D66), Lucassen, E. (PVV), Beek, W.I.I. van (VVD), Koopmans, G.P.J. (CDA), Smilde, M.C.A. (CDA), Samsom, D.M. (PvdA), Ortega-Martijn, C.A. (CU), Raak, A.A.G.M. van (SP), Karabulut, S. (SP), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Monasch, J.S. (PvdA), Hazekamp, A.A.H. (PvdD), Schouw, A.G. (D66), Elissen, A. (PVV), Brinkman, H. (PVV), Bochove, B.J. van (CDA), Dibi, T. (GL) en Wolbert, A.G. (PvdA), voorzitter.

Plv. leden: Dijkgraaf, E. (SGP) Voortman, L.G.J. (GL), Taverne, J. (VVD), Nieuwenhuizen-Wijbenga, C. van (VVD), Steur, G.A. van der (VVD), Hachchi, W. (D66), Bontes, L. (PVV), Burg, B.I. van der (VVD), Sterk, W.R.C. (CDA), Knops, R.W. (CDA), Dam, M.H.P. van (PvdA), Slob, A. (CU), Jansen, P.F.C. (SP), Dijk, J.J. van (SP), Kuiken, A.H. (PvdA), Vermeij, R.A. (PvdA), Ouwehand, E. (PvdD), Pechtold, A. (D66), Fritsma, S.R. (PVV), Klaveren, J.J. van (PVV), Bruins Slot, H.G.J. (CDA), Gent, W. van (GL) en Arib, K. (PvdA).

Naar boven