33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen)

Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID ORTEGA-MARTIJN

Ontvangen 30 maart 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel III vervalt.

Toelichting

Dit amendement beoogt de terugwerkende kracht van het wetsvoorstel zoals voorgesteld in artikel III te schrappen. Door artikel III wordt het mogelijk voor verhuurders om reeds voor de inwerkingtreding van de wet een voorstel te doen voor een extra huurverhoging bovenop inflatie op grond van het huishoudinkomen van de huurder en daartoe bij de belastingdienst een inkomensverklaring te vragen. Er moeten dringende redenen zijn om wetgeving in te laten gaan met terugwerkende kracht zeker als daar niet-overheidsorganisaties zoals woningcorporaties en particuliere verhuurders bij de uitvoering zijn betrokken. Deze redenen zijn onvoldoende aanwezig. Daar komt bij dat de ministeriele regeling op basis van het voorgestelde artikel 7:252a, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek waarin regels zullen worden gesteld omtrent het kunnen doen van een verzoek, het verzoek zelf, de verstrekking van de inkomensverklaring, alsmede ten aanzien van de verhuurder nog niet is verschenen. Hierdoor is er op dit moment onvoldoende basis voor het verstrekken van gegevens door de belastingdienst.

Ortega-Martijn

Naar boven