33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen)

Nr. 25 AMENDEMENT VAN HET LID VAN BOCHOVE

Ontvangen 5 april 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel II, onderdeel A, eerste onderdeel, komt te luiden:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. Na onderdeel b wordt onder verlettering van de onderdelen c en d tot d en e een onderdeel ingevoegd, luidende:

c. inflatiepercentage:

het onmiddellijk voorafgaand aan de datum van 1 juli, ieder jaar in januari door het Centraal Bureau voor de Statistiek bekendgemaakte percentage, waarmee de consumentenprijzen (alle huishoudens) ten opzichte van het aan die bekendmaking voorafgaande jaar zijn verhoogd;.

b. Onderdeel d (nieuw) komt te luiden:

d. Onze Minister:

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;.

II

In artikel II, onderdeel C, wordt in artikel 10, tweede lid, na de eerste volzin een volzin ingevoegd, luidende: Het huurverhogingspercentage, bedoeld in de eerste volzin, bedraagt maximaal het inflatiepercentage plus 5 procentpunt.

Toelichting

Het aangekondigde maximum van 5 procentpunt boveninflatoire huurverhoging is significant te noemen. Dit amendement regelt dat de maximale huurverhoging boven inflatie afhankelijk van inkomen in alle gevallen wordt begrensd tot het aangekondigde maximum van 5 procentpunt. Jaarlijks kan de minister het maximale huurverhogingspercentage boven inflatie vaststellen tot deze grens, maar niet hoger.

Van Bochove

Naar boven