Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 april 2012
De Vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft mij gevraagd om voor de plenaire
behandeling van de wijziging van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en Boek
7 van het Burgerlijk Wetboek (huurverhoging op grond van inkomen) (33 129) een reactie te geven op de berichtgeving van de NOS over problemen die woningbouwcorporaties
hebben met de scheefwoonmaatregel.
In de berichtgeving van 25 maart meldt de NOS naar aanleiding van een onderzoek dat
zeker 1 op de 6 verhuurders niet van plan is om de huur van huurders met een inkomen
boven de € 43 000 extra te verhogen.
Het kabinet biedt de mogelijkheid aan verhuurders binnen het gereguleerde stelsel
om de doorstroming te bevorderen door een hogere huurverhoging voor te stellen aan
huishoudens met een inkomen boven € 43 000. Verhuurders zijn niet verplicht om een
huurverhoging voor te stellen, dus ook van gebruikmaken van deze hogere huurverhoging
mogen zij afzien.
Corporaties, maar ook particuliere verhuurders die onder het gereguleerde stelsel
verhuren, zullen zelf de afweging maken of het in hun stad of regio opportuun of noodzakelijk
is om gebruik te maken van deze maatregel.
Uit de cijfers van de NOS maak ik op dat als 15 procent van de corporaties de boveninflatoire
huurverhoging niet gaat toepassen, 85 procent wel van deze mogelijkheid van een hogere
huurverhoging gebruik gaat maken of dat althans overweegt.
In eerdere onderzoeken zagen we al dat minstens de helft van de corporaties er gebruik
van gaat maken.
Tevens zal ik een reactie geven op de berichtgeving van de NOS van 27 maart over problemen
die verhuurders ondervinden bij het opvragen van inkomensverklaringen bij de Belastingdienst.
De NOS meldt dat de inkomensgegevens van circa 5 à 10 procent van de huurders niet
bekend zijn bij de Belastingdienst.
Ik wil benadrukken dat het feit dat slechts in ca. 5 procent van de gevallen geen
inkomen bekend is, in lijn is met de verwachting van de Belastingdienst. Te meer omdat
dit het eerste jaar is en er sprake is van massale gegevensuitwisseling. In verreweg
de meeste gevallen gaat de uitwisseling van de gegevens dus zonder problemen.
De Belastingdienst heeft er altijd rekening mee gehouden dat rond de 5 procent van
de inkomens niet voorhanden zou zijn doordat de huurders bij de Belastingdienst niet
of nog niet op dat adres bekend zijn, doordat een huurder geen inkomen heeft of doordat
het inkomen nog niet beschikbaar is als gevolg van uitstel of nalatigheid.
In circa 9% van de gevallen kunnen geen inkomensverklaringen verstrekt worden omdat
er sprake is van onjuiste aanlevering van adressen door een verhuurder of omdat inkomensverklaringen
worden opgevraagd van adressen, waarvan de aanvrager geen eigenaar is. Dit spoort
met de gegevens waarmee de NOS komt. Er kan namelijk sprake zijn van meerdere malen
een aanvraag voor hetzelfde woonadres. Bovendien is een deel van de 9% in een vroegtijdig
stadium hersteld nadat de verhuurder een gewijzigde opvraag heeft gedaan.
Deze 9% uitval is een direct gevolg van de beveiliging in het kader van privacybescherming
van de huurders. Alleen eigenaren van een verhuurde woning kunnen een inkomensverklaring
voor die woning opvragen. Als ze niet als eigenaar herkend worden (als gevolg van
een fusie of van verkeerde gegevensinvoer bij de aanvraag), verstrekt de Belastingdienst
geen verklaring voor die woning. Volgens de Belastingdienst is de hoofdoorzaak van
de verklaringweigeringen dat het adres en het fiscaal nummer van de eigenaar van de
woning (bijvoorbeeld de woningcorporatie) niet met elkaar overeenkomen. Dit kan eenvoudig
rechtgezet worden door alsnog de juiste eigendomsgegevens aan te leveren.
In de circa 5% onbekende inkomens en de circa 9% niet-verstrekte verklaringen vanwege
foute adressen of onjuiste eigenaargegevens vindt overigens ook enige overlap plaats.
Dat wil zeggen dat sommige verhuurders met beide problemen tegelijk te maken hebben.
Om de verhuurders te helpen bij het opvragen van de inkomensverklaringen is een handleiding
opgesteld en een helpdesk ingericht, die zich specifiek richt op het opvragen van
de inkomensverklaringen. Op de website van Aedes worden woningcorporaties ook hierop
gewezen.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J. W. E. Spies