33 121 Invoering van een bankenbelasting (Wet bankenbelasting)

Nr. 12 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 april 2012

In het verslag naar aanleiding van het voorstel van wet houdende de invoering van een bankenbelasting (Wet bankenbelasting) hebben verschillende fracties in Uw kamer vragen gesteld over de voorkoming van dubbele bankenbelasting.1 Deze fracties hebben tevens de wens uitgesproken om, gelijktijdig met de behandeling van het onderhavige voorstel, de wijziging van het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 (Bvdb 2001) met betrekking tot het unilateraal voorkomen van dubbele bankenbelasting te bespreken. Naar aanleiding van dit verzoek heb ik in de nota naar aanleiding van het verslag bij de Wet bankenbelasting toegezegd dat het kabinet een opzet van deze wijziging van het Bvdb 2001 naar uw kamer zal sturen.2 Door middel van deze brief doe ik deze toezegging gestand. Bijgevoegd stuur ik u, mede namens de minister van Financiën, een concept wijziging van Bvdb 2001 en de bijbehorende concept toelichting3.

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt een omissie te herstellen in de Wet uitwerking autobrief. De tweede Nota van wijziging (Kamerstuk 33 121, nr. 13) betreft het herstel van deze omissie die tot gevolg heeft dat in de periode van 1 juli 2012 tot en met 31 december 2012 geen dieseltoeslag geheven kan worden op dieselauto’s met een CO2-uitstoot van minder dan 92 gr/km en dat aardgasauto’s in dezelfde periode pas in aanmerking komen voor een volledige vrijstelling van de BPM bij een uitstoot van minder dan 92 gr/km, terwijl een vrijstelling bij een uitstoot van minder dan 103 gr/km (een versoepeling) was beoogd.

De staatssecretaris van Financiën, F. H. H. Weekers


X Noot
1

Kamerstukken II 2011/12, 33 121, nr. 5, blz. 11.

X Noot
2

Kamerstukken II 2011/12, 33 121, nr. 6, blz. 26.

X Noot
3

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven