33 118 Omgevingsrecht

34 986 Aanvulling en wijziging van de Omgevingswet, intrekking van enkele wetten over de fysieke leefomgeving, wijziging van andere wetten en regeling van overgangsrecht voor de invoering van de Omgevingswet (Invoeringswet Omgevingswet)

FR1 MOTIE VAN HET LID KLUIT C.S.

Voorgesteld 31 oktober 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het tot de kerntaken van de Eerste Kamer hoort om te toetsen op uitvoerbaarheid van wetgeving en de Eerste Kamer in de aanloop en sinds het debat over de Invoeringswet Omgevingswet regelmatig haar zorgen heeft geuit over de uitvoeringskwaliteit en de toegankelijkheid van het Digitaal Stelsel Omgevingswet voor zowel burgers als bedrijven;

overwegende dat belangrijke adviesorganen, zoals het Adviescollege ICT-toetsing en de Raad van State, hebben gewaarschuwd voor de gevolgen van invoering met onvoldragen systemen;

overwegende dat uitstel van de invoeringsdatum via een normaal KB zonder parlementaire betrokkenheid kan worden bereikt;

overwegende dat een onbekend deel van de gemeenten nog niet voldaan heeft aan minimale voorwaarden, zoals omzetting van alle relevante APV's naar de Omgevingswet, begrijpelijke toepasbare regels in het Omgevingsloket (DSO) of vastgesteld participatiebeleid;

overwegende dat een aanzienlijk deel van de decentrale overheden capaciteitsgebrek heeft waardoor er grote zorgen zijn over het behalen van de kortere maximale beslistermijnen onder de Omgevingswet;

constaterende dat de Eerste Kamer meerdere voorwaardelijke moties heeft aangenomen en toezeggingen heeft gekregen waaraan niet is voldaan2 betreffende de minimale uitvoeringskwaliteit bij inwerkingtreding;

constaterende dat hierdoor grote risico's kunnen ontstaan voor de rechtsbescherming en rechtszekerheid van burgers en bedrijven in Nederland;

concludeert en spreekt uit dat het DSO en het juridische stelsel van de Omgevingswet nog steeds te grote uitvoeringsproblemen kennen om per 1 januari 2024 verantwoord over te gaan tot invoering;

verzoekt het kabinet op de kortst mogelijke termijn:

  • 1) Met de koepels van decentrale overheden in gesprek te gaan over deze uitspraak van de Eerste Kamer;

  • 2) Binnen twee weken, middels een brief, terug te koppelen over de conclusies die kabinet en koepels hieraan verbinden en de Kamer te informeren over het vervolg;

  • 3) En in deze brief gespecificeerd in te gaan of, en hoe, er wordt voldaan aan de minimale eisen die decentrale overheden zelf hebben gesteld aan de invoeringsdatum van de Omgevingswet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Kluit

Van Langen-Visbeek

Janssen

Van der Goot

Nicolaï

Fiers

Kemperman

Van Rooijen

Nanninga


X Noot
1

De letters FR hebben alleen betrekking op 33 118.

X Noot
2

Voorwaarden zoals besproken tijdens het mondeling overleg op 24 oktober 2023. Zoals een vastgesteld participatiebeleid bij gemeenten (Motie-Nooren), voldoen aan wettelijke toegankelijkheidseisen voor websites (Motie-Janssen), binnen het DSO kunnen publiceren van een voorbereidingsbesluit (Motie-Moonen), het kunnen doorlopen van een projectbestuit binnen het DSO en een gebruiksvriendelijk DSO voor burgers en MKB.

Naar boven