33 118 Omgevingsrecht

Nr. 117 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 april 2019

Hierbij ontvangt u, mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, een reactie op het advies «De stad als gezonde habitat: gezondheidswinst door omgevingsbeleid» van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli).

Dit advies heeft als centrale vraag: hoe kan het omgevingsbeleid voor het stedelijk gebied zo worden ingericht dat gezondheidswinst wordt geboekt? Wat vraagt het van de rijksoverheid en decentrale overheden om dit mogelijk te maken?

Samenvatting van het advies

De Rli geeft aan dat overheden meer gezondheidswinst kunnen boeken door omgevingsbeleid als ze niet alleen inzetten op bescherming (klassiek milieubeleid), maar ook op gezondheidsbevordering. De inrichting van de leefomgeving kan daaraan een belangrijke bijdrage leveren en moet ertoe uitnodigen dat mensen meer bewegen, minder stress ervaren, elkaar kunnen ontmoeten en kunnen participeren in de maatschappij. De Rli geeft aan dat extra gezondheidswinst met name langs de volgende hoofdlijnen behaald kan worden:

  • Versterking van beleid en benutting van instrumenten uit de Omgevingswet, waarbij er kansen liggen om opgaven te combineren, zodat maatregelen en middelen voor de éne opgave, kunnen bijdragen aan doelen voor de ándere.

  • Verdere kennisontwikkeling en -deling op het gebied van gezondheidsbevordering via de leefomgeving, waarvoor de Rli onder meer adviseert nieuwe hulpmiddelen te ontwikkelen en ontwerpsessies te organiseren met verschillende partijen.

  • Bij investeringen in de leefomgeving moet niet alleen gezondheidsverlies, maar ook gezondheidswinst in beeld worden gebracht om de financiële basis voor een gezonde leefomgeving te versterken.

Gezondheid in het omgevingsbeleid

Voor de vernieuwing van het Omgevingsbeleid is dit een relevant advies dat bruikbare handelingsperspectieven biedt voor het Rijk, medeoverheden en andere partijen. Het omgevingsbeleid en het omgevingsrecht helpen om de gezonde leefomgeving te beschermen, en kunnen inderdaad ook bijdragen aan gezondheidsbevordering.

De Omgevingswet geeft straks mogelijkheden tot lokaal maatwerk zoals het stellen van gemeentelijke regels. Overheden hebben de vrijheid om regels te stellen over de fysieke leefomgeving. Dit kunnen regels zijn voor activiteiten. Naast regels om, binnen een bandbreedte, soepeler of strengere normen hanteren. Zoals de Rli aangeeft in het advies, blijven de regels voor de gezondheidsbescherming bestaan. Ook blijft het een wettelijke opgave om aan de normen, bijvoorbeeld voor fijnstof, te voldoen. Onder leiding van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat wordt bovendien het Schone Lucht Akkoord opgesteld. Het Schone Lucht Akkoord is gericht op een permanente verbetering van de luchtkwaliteit om zo te komen tot een vermindering van gezondheidsrisico’s door luchtverontreiniging. Hiermee werkt het kabinet – conform het advies van de Gezondheidsraad8 – toe naar de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie.

Naast het borgen van de wettelijke normen als de Europese grenswaarden op het gebied van gezondheidsbescherming, zijn er ook kansen om gezondheid een stap verder te brengen in de fase van planvorming. Gezondheid is daarbij nu meestal niet de dominante factor en krijgt vaak pas laat in de fase van planvorming of zelfs achteraf aandacht.

Instrumenten

Het Rijk is het eens met de Rli dat het instrumentarium van de Omgevingswet kan worden benut, en ziet kansen om via de inrichting van de leefomgeving gezondheidswinst te realiseren. Denk hierbij aan het stimuleren van beweging door een goede fietsinfrastructuur (bijvoorbeeld snelfietsroutes) of meer groen in de stad (bijvoorbeeld meer groen om in te bewegen, ontmoeten, ontspannen maar ook beplanting in straten om hittestress tegen te gaan). Dergelijke maatregelen kunnen, binnen een integrale aanpak, bijdragen aan het verkleinen van de sociaaleconomische gezondheidsverschillen tussen wijken. Wel is het bij gezondheidsbevorderende maatregelen van belang dat rekening gehouden wordt met mogelijke andere risico’s vanuit de leefomgeving, zoals mogelijke gezondheidseffecten van water in bijvoorbeeld waterspeelplaatsen.

Gezondheid is onder de Omgevingswet een expliciet belang dat moet worden meegenomen bij het maken van omgevingsvisies en plannen. Gezondheid krijgt daarmee een plek in de integrale planafweging. Vooruitlopend op de inwerkingtreding zijn gemeenten, provincies en ook het Rijk hier mee bezig. Gemeenten en provincies zijn gestart met het schrijven van hun omgevingsvisies en gezondheid wordt daarin mee genomen. Goede voorbeelden daarvan zijn de gemeentelijke omgevingsvisie van Groningen «The Next City» of het koersdocument «Koersen met kwaliteit» voor de omgevingsvisie- en verordening van de provincie Utrecht. Ook in een aantal concrete gebiedsontwikkelingen wordt intussen aandacht gegeven aan het verleiden van inwoners tot gezond gedrag. De uitwerking van de Amsterdamse Sluisbuurt is daarvan een expliciet voorbeeld.

Gezondheid moet ook een belangrijk doorsnijdend thema worden in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) die op dit moment wordt ontwikkeld. Dit advies van de Rli geeft goede inzichten voor de NOVI om hier in een samenhangende aanpak mee verder te gaan, zoals het anticiperen op normaanscherpingen en het zoeken van koppelkansen voor gezondheid. Ook zal het advies worden betrokken in de totstandkoming van de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid, die de Staatssecretaris van VWS momenteel opstelt.

Kennisontwikkeling en -deling

Het Rijk voert samen met andere overheden diverse programma’s uit om gezondheid in de leefomgeving te bevorderen, zoals het programma «Tour de Force»1 waar wordt gekeken hoe meer mensen de fiets kunnen pakken. Dit scheelt files, verbetert de gezondheid en de kwaliteit van het milieu.

In lijn met het advies wordt er gewerkt aan de verdere kennisontwikkeling en informatieverstrekking. In 2017 is de interactieve «Gids Gezonde Leefomgeving» gepubliceerd (www.gezondeleefomgeving.nl). Deze website wordt in samenspraak met de gebruikers nog verder ontwikkeld en geeft inzichten, instrumenten, praktijkvoorbeelden en deelt ervaringen om te werken aan een gezonde leefomgeving. Onlangs is ook een overzicht van handreikingen gepubliceerd op rijksoverheid.nl2 die gemeenten helpt om kwantitatief zachte waarden gezondheid, milieu, veiligheid, groen, klimaat en toegankelijkheid) af te wegen ten opzichte van economische effecten. Het Loket Gezond Leven (www.loketgezondleven.nl) geeft een overzicht van verschillende interventies voor een gezondere leefstijl, onder meer gericht op buiten spelen, bewegen en sporten. Tenslotte staan op de Aandeslagkaart3 voorbeelden van pilots en projecten (www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl) waar wordt gewerkt aan een omgevingsplan of -visie. Er kan worden geselecteerd op maatschappelijke opgaves zoals gezonde leefomgeving.

Investeren voor gezondheidswinst

Via de Crisis- en herstelwet zijn experimenten gestart om vooruitlopend op de Omgevingswet aan de slag te gaan met gezondheidsbevordering. Een voorbeeld is het experiment van de provincie Noord-Brabant: de Brabantse Omgevingsscan (BrOs)4. De BrOs geeft een beeld van de gezondheid en leefbaarheid in een bepaald gebied en laat snel zien wat de sterke punten zijn en welke problemen er vooral spelen. De provincie Noord-Brabant en de Brabantse gemeenten proberen zo samen met partijen en ondernemers uit de omgeving de milieudruk van de veehouderij te verminderen (gezondheidsbescherming). Ondernemers worden gestimuleerd om vernieuwende bedrijfssystemen toe te passen en gezondheid en acceptatie vanuit de omgeving tellen mee bij de inpasbaarheid van bedrijvigheid.

Kortom, op verschillende manieren wordt er al gewerkt aan het beschermen en bevorderen van de gezondheid via het omgevingsbeleid en met concrete projecten en programma’s. De NOVI (als instrument van de Omgevingswet), waarvan het ontwerp naar verwachting juni 2019 beschikbaar komt, geeft daar in hoofdlijnen een verdere invulling aan. De inzichten die de Rli geeft in het advies «Stad als gezonde habitat» worden daarbij betrokken.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven