33 104 Studentenhuisvesting

Nr. 30 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 september 2022

Voor veel studenten betekent het hebben van passende en betaalbare woonruimte een belangrijk onderdeel van het vormgeven van de eigen toekomst. Op kamers gaan en wonen op een campus of in een studentenhuis draagt bij aan het welzijn van studenten, aan de sociale ontwikkeling en het zelfstandig worden van jongvolwassenen. De beschikbaarheid van voldoende en betaalbare studentenhuisvesting is een noodzakelijke voorwaarde voor (aankomend) studenten om de opleiding te kiezen die bij hun kwaliteiten en interesses past. Daarnaast draagt «op kamers» wonen in belangrijke mate bij aan de sociale ontwikkeling en het zelfstandig worden van jongvolwassenen.

De komende jaren zal de vraag naar studentenhuisvesting verder toenemen. Deze toename vraagt om extra inzet op de al bestaande samenwerkingen tussen alle bij studentenhuisvesting betrokken partijen om zorg te dragen voor voldoende studentenhuisvesting die aansluit bij de behoefte van studenten. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, gemeenten, hogeronderwijsinstellingen, studentenhuisvesters en studenten slaan opnieuw de handen ineen om te komen met oplossingen om aan de toenemende vraag tegemoet te komen. Daartoe is het Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022–2030 opgesteld dat ik mede namens de Minister van OCW hierbij aanbied.

Het Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022–2030

Om het tekort aan studentenhuisvesting in Nederland voor studenten te verkleinen, tekenen gemeenten, hogeronderwijsinstellingen, woningcorporaties, particuliere beleggers, studenten en het Rijk op 8 september 2022 het Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022–2030. Met dit actieplan willen de partijen onder andere tot een uitbreiding van 60.000 studentenwoningen komen in de periode van 2022–2030. Om dit doel te bereiken zijn vijf actielijnen gekozen:

  • (1) meer grip op de instroom

  • (2) vergroten aanbod door nieuwbouw en beter benutten bestaande bouw

  • (3) een betaalbare studentenwoning

  • (4) opvangen van de piekbelasting

  • (5) (tijdelijke) huisvesting voor internationale studenten.

Het Landelijk actieplan studentenhuisvesting voorziet in alle aspecten om te komen tot meer huisvesting. Zo worden er niet alleen meer studentenwoningen gebouwd. Ook is er aandacht voor instroom, doorstroom, betere benutting van bestaande mogelijkheden en innovatie. Ook voor onderwerpen die bijdragen aan kwalitatief goede studentenhuisvesting zijn actiepunten opgenomen, denk aan betere monitoring, welzijn en betaalbaarheid voor de studenten. Met dit actieplan wordt uitvoering gegeven aan de motie van het lid Geurts c.s. die de regering verzoekt om met een nieuw actieplan studentenhuisvesting te komen1.

Het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting voorziet in huisvesting voor één van de aandachtsgroepen uit het programma «Een thuis voor iedereen» (Bijlage bij Kamerstuk 32 847, nr. 883). Doel van het programma is ervoor te zorgen dat er voor mensen uit aandachtsgroepen, ook studenten, voldoende betaalbare woningen zijn, met een evenwichtige verdeling over gemeenten. Het Landelijk actieplan studentenhuisvesting heeft een ambitie om het aanbod aan betaalbare studenteneenheden uit te breiden met 60.000 tot en met 2030. Het bouwen van nieuwe studentenwoningen maakt onderdeel uit van de woningbouwprogrammering waarover afspraken worden gemaakt in de regionale woondeals. De komende twee jaar wordt weer een regeling aandachtsgroepen opengesteld waar ook studentenhuisvesting onderdeel van uitmaakt. In totaal is daar 100 mln. voor beschikbaar gesteld.

Verwachtingen komend jaar

Op 8 september 2022 wordt tevens de Landelijke monitor studentenhuisvesting (LMS) 2022 gelanceerd. Deze is vanaf vandaag te raadplegen op: https://studentenhuisvesting.incijfers.nl. Het woningtekort in de LMS 2021 is geschat op een tekort van 26.500 woonruimten in de 19 grootste studiesteden, in de LMS 2022 is het tekort geschat op 26.800 woonruimten in de 20 grootste steden. Daarmee blijft het woningtekort in 2022 ten opzichte van 2021 nagenoeg gelijk.Voor het actieplan was het van groot belang om zicht te krijgen op de verwachte studentenaantallen. Daarvoor is gebruik gemaakt van de referentieramingen van 2021 van OCW2. De referentieramingen 2022 van OCW zijn sinds 18 mei 2022 openbaar en te raadplegen via de website van de rijksoverheid3. De ramingen 2022 voorspellen een hoger aantal studenten dan de ramingen 2021, echter is de verwachting dat dit de vraag naar studentenhuisvesting nagenoeg niet beinvloedt. In de recent afgesloten bestuurlijke afspraken4 tussen het Ministerie van OCW, Vereniging Universiteiten van Nederland (UNL) en Vereniging Hogescholen (VH) die op 14 juli jl. naar uw Kamer verzonden zijn, is aandacht voor de toenemende instroom van studenten. Hierin is onder andere opgenomen dat de universiteiten proactief voorlichting geven aan internationale studenten over wat hen wel/niet geboden kan worden, bijvoorbeeld als het gaat om huisvesting. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt over terughoudendheid van de werving van internationale studenten door universiteiten. Tevens is in deze bestuurlijke afspraken opgenomen dat dit najaar een toekomstverkenning gestart zal worden door het Ministerie van OCW, waarbij onder andere meegenomen wordt hoe een goede internationale positionering van hogeronderwijsinstellingen en een groeiende instroom van internationale studenten gecombineerd kan worden met een goede balans met de omgeving zoals huisvesting.

Ondertekening landelijk actieplan studentenhuisvesting

Vandaag hebben partijen de handtekening geplaatst onder het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting 2022, waaronder ikzelf, op het toneel van het landelijk congres studentenhuisvesting 2022. Ik kijk uit naar de samenwerking met alle partijen bij de uitvoering van het Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022–2030.

Mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstuk 32 847, nr. 837.

X Noot
2

OCW (2021). Referentieramingen 2021 (link).

X Noot
3

OCW (2022). Referentieramingen 2022 (link).

X Noot
4

Kamerstuk 31 288, nr. 969.

Naar boven