33 071 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet griffierechten burgerlijke zaken en enige andere wetten in verband met de verhoging van griffierechten

Nr. 9 AMENDEMENT VAN HET LID RECOURT

Ontvangen 29 maart 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Na artikel III, onderdeel A, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

Aa

Na artikel 4 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 4a

• 1. Indien in een zaak die bij dagvaarding is ingeleid de eis wordt ingetrokken tijdens of voorafgaand aan de verschijning van partijen, bedoeld in artikel 131 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, wordt tweederde deel van het door de eiser betaalde griffierecht door de griffier teruggestort. Het door de gedaagde betaalde griffierecht wordt door de griffier in zijn geheel teruggestort.

• 2. Indien in een zaak die bij dagvaarding is ingeleid een schikking tot stand komt tijdens of voorafgaand aan de verschijning van partijen, bedoeld in artikel 131 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, wordt tweederde deel van het door de eiser en gedaagde betaalde griffierecht door de griffier teruggestort.

Artikel 4b

Indien in een zaak die bij verzoekschrift is ingeleid het verzoek wordt ingetrokken tijdens of voorafgaand aan de mondelinge behandeling, bedoeld in artikel 279 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, wordt tweederde deel van het door de verzoeker betaalde griffierecht door de griffier teruggestort. Het door de verweerder betaalde griffierecht wordt door de griffier in zijn geheel teruggestort.

Toelichting

Dit amendement voorziet in een teruggave van griffierechten in civiele zaken in het geval de zaak voortijdig wordt beëindigd door intrekking van de eis (dagvaardingsprocedure) of het verzoek (verzoekschriftprocedure) dan wel door het tot stand komen van een schikking tussen partijen. Daarbij fungeert de comparitie van partijen (artikel 131 Rv) of de mondelinge behandeling van de zaak (artikel 279 Rv) als omslagpunt. Alleen indien de procedure wordt beëindigd voordat de comparitie of de mondelinge behandeling is afgerond, hebben partijen recht op teruggave van (een gedeelte van) het door hen betaalde griffierecht. Indien de eis of het verzoek wordt ingetrokken, ontvangt de eiser of verzoeker tweederde deel van het betaalde griffierecht terug van de griffier. De gedaagde of verweerder ontvangt het griffierecht in dit geval in zijn geheel terug. In het geval een schikking tussen partijen tot stand komt, ontvangen zij beide tweederde deel van het door hen betaalde griffierecht terug.

Dit amendement beoogt de procedure te verkorten, in die zin dat reeds bij in de beginfase van een zaak het geschil definitief wordt beslecht en daarmee ook appel is uitgesloten. Hiermee worden kosten in eerste aanleg en appel bespaard. Voorts wordt voorkomen dat als gevolg van het hoge griffierecht minder makkelijk tot een schikking kan worden gekomen. Het is immers zo dat ieder der partijen bij een minnelijke schikking de eigen kosten draagt, inclusief de griffierechten. Vooral bij kantonzaken zal de hoogte van de griffierechter derhalve een aanzienlijk deel van de vordering bedragen en daarmee een schikking bemoeilijken.

Dit amendement gaat gepaard met een amendement dat ook voor zaken in het bestuursrecht voorziet in een teruggave van griffierechten in het geval de zaak voortijdig wordt beëindigd.

Recourt