33 046 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met verhoging en koppeling aan de ontwikkeling van de levensverwachting van de pensioenleeftijd, extra verhoging van het AOW-ouderdomspensioen en introductie van de mogelijkheid het AOW-ouderdomspensioen desgevraagd geheel of gedeeltelijk eerder of later te laten ingaan (Wet verhoging pensioenleeftijd, extra verhoging AOW en flexibilisering ingangsdatum AOW)

H BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 juli 2012

Bij koninklijke boodschap van 12 oktober 2011 is een voorstel van wet verhoging pensioenleeftijd, extra verhoging AOW en flexibilisering ingangsdatum AOW bij de Staten-Generaal ingediend. Op mijn verzoek heeft de Eerste Kamer op 8 mei 2012 besloten de verdere behandeling van het wetsvoorstel aan te houden.

Bij koninklijke boodschap van 5 juni 2012 is het voorstel van wet Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband met stapsgewijze verhoging en koppeling aan de stijging van de levensverwachting van de pensioenleeftijd (Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd) (33 290) bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal ingediend. De Tweede Kamer heeft dit wetsvoorstel op 21 juni 2012 aangenomen. Omdat dit wetsvoorstel strekt tot vervanging van het eerdergenoemde voorstel van wet, dient eerdergenoemd wetsvoorstel te worden ingetrokken.

Daartoe gemachtigd door Hare Majesteit de Koningin trek ik het wetsvoorstel onder kamerstuknummer 33 046 hierbij in.

Een afschrift van deze brief heb ik heden aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal gezonden.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp

Naar boven