33 037 Mestbeleid

35 334 Problematiek rondom stikstof en PFAS

Nr. 541 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2024

Met deze brief informeer ik de Kamer dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (hierna: CBS) op 17 mei 2024 de eerste kwartaalrapportage 2024 over de fosfaat- en stikstofexcretie door de Nederlandse veestapel1 heeft gepubliceerd.

Ook dit jaar stelt het CBS op mijn verzoek na afloop van ieder kwartaal een berekening samen van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel. De eerste kwartaalrapportage 2024 geeft een momentopname van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie over geheel 2024 op basis van de op 1 april 2024 beschikbaar gekomen nieuwe en actuele gegevens over de omvang van de rundveestapel, de melkproductie per koe en de beschikbaarheid en samenstelling van krachtvoer en ruwvoer. De voor 2024 verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel is weergegeven in tabel 1.

Tabel 1: Momentopname van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel over 2024 (in miljoen kg)
 

Fosfaat

Stikstof

 

Plafond 2024

1e kw 2024

Plafond 20251

Plafond

2024

1e kw 2024

Plafond 20251

Nationaal

150,7

147,5

135,0

489,4

468,9

440,0

Melkvee

73,6

76,6

ntb

286,5

277,5

ntb

Varkens

36,7

32,4

ntb

91,8

84,2

ntb

Pluimvee

24,1

22,5

ntb

54,7

52,5

ntb

Overig2

16,3

16,0

ntb

56,4

54,7

ntb

N.B. Door afrondingen kan de som van de cijfers afwijken van het totaal.

X Noot
1

Betreft het op grond van de derogatiebeschikking geldende nationale plafond in 2025. De hoogte van de sectorale plafonds is nog te bepalen.

X Noot
2

Voor «overig» is in de Msw geen sectoraal plafond vermeld. Het hier vermelde plafond is afgeleid van het nationale plafond en de plafonds voor melkvee, varkens en pluimvee.

Uit tabel 1 blijkt dat het CBS verwacht dat in 2024 de fosfaatexcretie van de Nederlandse veestapel onder het nationale plafond uitkomt (– 2,1%). Ondanks de hogere stikstofexcretie door melkvee (+ 1,5%) ten opzichte van de vierde kwartaalrapportage 20232, verwacht het CBS dat in 2024 ook de totale stikstofexcretie onder het nationale plafond uitkomt (– 4,2%). Kijkend naar de circa 10% lagere nationale plafonds voor fosfaat en stikstof, zoals die vanwege de derogatiebeschikking in 2025 gelden, dan verwacht het CBS dat beide plafonds – bij gelijkblijvende omstandigheden – wel overschreden gaan worden.

Als gekeken wordt naar de afzonderlijke sectoren dan blijkt dat het CBS op dit moment verwacht dat in 2024 het fosfaatplafond voor melkvee overschreden zal worden (+ 4,1%). De andere sectorale productieplafonds zullen naar verwachting niet overschreden worden.

Met de melkveesector is in het kader van de stikstofproblematiek afgesproken om op sectorniveau te streven het ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen te verlagen en deze in 2025 niet hoger te laten zijn dan 160 gr RE/kg droge stof3. Om de voortgang hierop te monitoren is de monitor van het CBS uitgebreid met een prognose van het ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen. Voor de eerste kwartaalrapportage 2024 zijn echter onvoldoende gegevens beschikbaar over de samenstelling van krachtvoer en ruwvoer om een indicatie te kunnen geven van het verwachte ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen 2024. Dit zal bij de tweede kwartaalrapportage 2024 naar verwachting wel het geval zijn.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema

Naar boven