Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2023
Op 5 juli 2023 heb ik een verzoek ontvangen van de vaste commissie voor Landbouw,
Natuur en Voedselwkwaliteit om een schriftlijke reactie te geven op een NOS-bericht
over de inhoud van een gesprek met de vicevoorzitter van de Europese Commissie, de
heer Timmermans, op 12 december jongstleden, en daarbij het gespreksverslag van de
Permanente Vertegenwoodiging mee te sturen. Met deze brief voldoe ik aan dit verzoek.
Op 12 december 2022 heb ik zoals bekend de heer Timmermans ontmoet voor een kennismakingsgesprek.
In dat gesprek zijn meerdere onderwerpen besproken. Bij deze brief treft u op verzoek
van uw Kamer het verslag aan van het kennismakingsgesprek zoals opgesteld door de
Permanente Vertegenwoordiging.
Naar aanleiding van de berichtgeving van de NOS over een gespreksverslag van de Europese
Commissie is er contact geweest met de Europese Commissie. Onze gezamenlijke lezing
is dat de heer Timmermans tijdens het gesprek van 12 december jl. in algemene zin
heeft aangegeven dat Nederland het chagrijn bij de Europese Commissie over het feit
dat Nederland afspraken niet nakomt, niet moet onderschatten. Ik heb benadrukt dat
Nederland inzet op een stevige transitie van de Nederlandse Landbouw, zoals ook blijkt
uit bijgevoegd verslag. De derogatiebeschikking als zodanig is in het gesprek niet
aan de orde is geweest.
Omdat de derogatie niet ter sprake is geweest tijdens het gesprek, was er geen aanleiding
om in de brieven aan uw Kamer van 24 en 25 januari jl.1 en tijdens het commissiedebat Landbouw- en Visserijraad van 25 januari jl. (Kamerstuk
21 501-32, nr. 1513) melding te maken van het gesprek met de heer Timmermans van 12 december 2023.
Zoals aangegeven in mijn brief van 25 januari jl. heb ik op diezelfde dag, 12 december,
Eurocommissaris Sinkevicius, die verantwoordelijk is voor de Nitraatrichtlijn en de
derogatiebeschikking, informeel en marge van de Landbouw en Visserijraad geïnformeerd
dat er ingewikkeldheden waren rondom de implementatie van de derogatieverplichting
en dat daarover gesprekken liepen. In dezelfde brief heb ik uw Kamer ook over de lopende
ambtelijke gesprekken die op dat moment liepen geïnformeerd. Deze gesprekken, en de
latere brief van Eurocommissaris Sinkevicius, zijn tijdens een debat met uw kamer
van 25 januari uitgebreid aan de orde geweest.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema