33 037 Mestbeleid

Nr. 334 MOTIE VAN HET LID OUWEHAND

Voorgesteld 19 december 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het loslaten van het melkquotum zoals voorspeld heeft geleid tot onverantwoorde groei van de melkveestapel en een forse overschrijding van het mestplafond, met als gevolg dat 160.000 koeien, waaronder (hoog)drachtige dieren, voortijdig naar de slacht zijn gestuurd;

van mening dat dieren niet nogmaals mogen worden opgeofferd vanwege fouten van de overheid en dat voorzorgsmaatregelen nodig zijn om te voorkomen dat er opnieuw talloze dieren vroegtijdig worden gedood of afgevoerd bij een zogenoemde generieke korting;

constaterende dat het allerminst zeker is dat Nederland de derogatie kan behouden;

verzoekt de regering, een plan te ontwikkelen om, in plaats van het afvoeren van koeien naar de slacht, de omvang van de melkveestapel tijdig terug te brengen en onder controle te houden door beperkingen te stellen aan de fok en de aanvoer van dieren in de melkveehouderij,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ouwehand

Naar boven