Klacht
M. B.V., hierna te noemen verzoekster, klaagt dat haar voorstel tot sanering tot 40% van de openstaande belastingaanslagen
en 60% kwijtschelding door de Belastingdienst is afgewezen.
Feiten
Verzoekster had financiële problemen en heeft bij de ontvanger van de Belastingdienst een verzoek ingediend tot sanering tegen
40% van de openstaande belastingaanslagen. Deze heeft het verzoek gemotiveerd afgewezen en ook meegedeeld dat het lopende
uitstel van betaling zal worden ingetrokken. Ook het beroep tegen de beslissing is afgewezen door de directeur van de Belastingdienst.
De redenen van de afwijzing waren dat nieuw opgekomen fiscale verplichtingen niet zijn nagekomen, dat van een aantal crediteuren
geen akkoordverklaring werd overgelegd en dat onvoldoende is aangetoond dat na sanering reële perspectieven aanwezig zijn
om de onderneming voort te zetten.
Overwegingen
Verzoekster voert aan dat zij aan haar crediteuren heeft voorgesteld om de openstaande vorderingen kwijt te schelden en dat
zij met 80% van de crediteuren, die 80% van de schuld vertegenwoordigden, overeenstemming heeft bereikt. Zij is van mening
dat door de vertraging in de afhandeling van het voorstel door de ontvanger van de Belastingdienst het akkoord met de schuldeisers
en de nakoming van nieuwe fiscale verplichtingen zijn geblokkeerd.
De staatssecretaris stelt zich op het standpunt dat het vast beleid is dat kwijtschelding van belastingaanslagen die direct
verband houden met de uitvoering van een bedrijf alleen in zeer bijzondere situaties wordt verleend. Kwijtschelding voor ondernemers
wordt alleen gegeven bij een saneringsakkoord tussen de schuldenaar en alle schuldeisers tot gedeeltelijke betaling van de
schuld tegen finale kwijting. Slechts 11 van de 21 schuldeisers hebben met de sanering ingestemd. De ontvanger van de Belastingdienst
heeft het verzoek om sanering gemotiveerd afgewezen omdat verzoekster niet voldeed aan de voorwaarden voor deelneming aan
een schuldenakkoord.
Oordeel van de commissie3
Niet gebleken is dat de Belastingdienst onzorgvuldig heeft gehandeld.
Verzoekster voldeed niet aan drie bovengenoemde voorwaarden voor sanering.
Niet is aangetoond dat de behandeling van het verzoek tot sanering door de Belastingdienst is belemmerd.
Voorstel aan de Kamer
Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.
De voorzitter van de commissie,
Neppérus
De griffier van de commissie,
De Gier