33 009 Innovatiebeleid

Nr. 79 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 augustus 2019

In het AO Innovatie van 11 juni 2019 (Kamerstuk 33 009, nr. 78) heb ik toegezegd uw Kamer in de zomer te informeren over de eventuele aanpassingen aan de PPS-toeslagregeling. Met deze brief voldoe ik aan deze toezegging. Ik ga in op het succes van de regeling, het budget, noem enkele voorbeelden en sluit af met een blik op de toekomst.

Het topsectorenbeleid is succesvol in het versterken van de samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijfsleven. De PPS-toeslag draagt hier in belangrijke mate aan bij door het stimuleren van private financiering voor onderzoek met publieke kennisinstellingen. De PPS-toeslag is cruciaal als brug tussen kennisinstellingen en bedrijven en zorgt voor een betere benutting van de R&D-resultaten. Ik heb dit toegelicht in de brief «Naar missiedreven innovatiebeleid met impact» van 13 juli 2018 (Kamerstuk 33 009 nr.63). Hierin heb ik aangegeven dat de PPS-toeslag een belangrijke rol vervult bij de stimulering van publiek-private samenwerking en in de toekomst zal worden ingezet in het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. Het belang van de PPS-toeslag bleek ook uit de tussenevaluatie van 2016.

Het gebruik van de regeling is over de jaren toegenomen. Ik heb daarom uit de Enveloppe Toegepast Onderzoek uit het regeerakkoord een substantieel deel, te weten € 50 miljoen, voor de PPS-toeslagregeling vrijgemaakt. Het extra budget leidt tot een toename van de totale PPS-toeslagmiddelen voor het kennissysteem naar structureel € 175 miljoen. Deze middelen waren voor een deel nodig om het toegenomen gebruik onder het toeslagpercentage van 25 op te vangen, en voor een deel om het toeslagpercentage te verhogen naar 30. Met de verhoging van het toeslagpercentage heb ik invulling gegeven aan de aanbeveling van tussenevaluatie van de regeling, het AWTI-advies en de wens van de kenniscoalitie.

Ik heb in 2018 maatregelen genomen om de regeling effectiever te maken. Bedrijven worden nu nog meer gestimuleerd om te investeren in publiek-privaat onderzoek waarvan een groot deel van de sector profiteert en via de regeling worden kennisinstellingen gestimuleerd om capaciteit in te zetten op onderzoeksprogramma’s die relevant zijn voor het bedrijfsleven. Deze maatregelen hebben tevens geleid tot een afname van de budgettaire groei van de regeling.

Sinds de start in 2013 tot en met 2018 heeft de PPS-toeslagregeling 1.772 projecten ondersteund met € 537 miljoen aan PPS-toeslag en een totale projectomvang van € 2 miljard. Een aansprekend voorbeeld daarvan is Oncode (zie kader op de navolgende pagina).

Ook in 2019 heb ik het budgettaire gebruik van de regeling nauwgezet gevolgd; dit jaar verloopt dat naar verwachting binnen het beschikbare budget. Daarnaast heb ik met onze stakeholders gesproken over de beste manier waarop de PPS-toeslagregeling, binnen de budgettaire kaders, ondersteuning kan bieden aan het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. Ik heb daarop besloten de PPS-toeslagregeling voor 2020 in zijn huidige vorm te handhaven.

Ook in 2020 zal de PPS-toeslagregeling dus een belangrijke pijler zijn in het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. Binnen dit beleid bepalen de Kennis- en Innovatie-Agenda’s (KIA’s) en het Kennis- en Innovatie-Convenant (KIC) de onderwerpen en geven zij richting aan de beschikbare middelen vanuit de gouden driehoek van de overheid, kennisinstellingen en het bedrijfsleven, inclusief ANBI’s. Deze KIA’s en het KIC worden nog in 2019 afgerond. Het uitgangspunt van de PPS-toeslagregeling blijft onveranderd het belonen van de private bijdragen aan R&D in PPS-verband.

Uiteraard zal ik ook in 2020 de regeling op haar effectiviteit in deze aanpak beoordelen en blijf ik het budgettaire gebruik volgen. Ten slotte zal de regeling in 2021 opnieuw worden geëvalueerd en te zijner tijd zal ik u over de uitkomsten daarvan informeren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

Oncode Institute wordt met € 17,3 miljoen aan PPS-toeslag voor een periode van vijf jaar ondersteund voor het doen van R&D in PPS-verband. Oncode is een onafhankelijk instituut dat zich inzet om fundamentele inzichten over kanker zo efficiënt mogelijk te vertalen naar betere en meer betaalbare zorg voor de patiënt.

In Oncode Institute verenigen ruim 800 Nederlandse toponderzoekers op het gebied van kanker van 12 verschillende instituten zich om het verschil te maken voor de patiënt. Het onafhankelijke instituut richt zich op drie pijlers: excellent onderzoek, intensieve samenwerking en krachtige valorisatie.

Oncode krijgt in totaal € 120 miljoen tot 2022 van investeerders KWF Kankerbestrijding, de ministeries van Economische Zaken en Klimaat, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Health~Holland, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (ZonMW) en de negen partnerinstituten.