33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012)

N VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 3 februari 2012

Tijdens de plenaire behandeling van het Belastingsplan 2012 op 12 en 13 december 2011 is door de woordvoerder van de SP, de heer Reuten, het verzoek geuit om in de koopkrachttabellen die het Centraal Planbureau verstrekt ten behoeve van onder meer de jaarlijks publicaties zoals de Macro-Economische verkenningen en het Centraal Economisch Plan een extra categorie op te nemen van 4,5 of 5 maal modaal. Dit om bij de beoordeling van het regeringsbeleid ook inzicht te kunnen krijgen in de koopkrachtontwikkeling van de  top 10% van de inkomensverdeling (met een gemiddeld bruto-inkomen van 154 000 euro in 2011). De Voorzitter van de Kamer heeft dit verzoek op 19 december 2011 schriftelijk overgebracht aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, die hier op 30 januari 2012 op heeft gereageerd.

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Kim van Dooren

BRIEF AAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Den Haag, 19 december 2012

Tijdens de plenaire behandeling van het Belastingsplan 2012 op 12 en 13 december jl. is door de woordvoerder van de SP, de heer Reuten, het verzoek geuit om in de koopkrachttabellen die het Centraal Planbureau verstrekt ten behoeve van onder meer de jaarlijks publicaties zoals de Macro-Economische verkenningen en het Centraal Economisch Plan een extra categorie op te nemen van 4,5 of 5 maal modaal. Dit om bij de beoordeling van het regeringsbeleid ook inzicht te kunnen krijgen in de koopkrachtontwikkeling van de top 10% van de inkomensverdeling (met een gemiddeld bruto-inkomen van 154 000 euro in 2011).

Aangezien het debat werd gevoerd met staatssecretaris Weekers, terwijl het CPB organisatorisch onder het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie valt, heb ik aangegeven bij u dit verzoek schriftelijk over te zullen brengen. Ik wil u dan ook verzoeken het Centraal Planbureau te informeren over de behoefte aan een extra categorie in de koopkrachttabellen en vervolgens de Kamer te informeren of het Centraal Planbureau voornemens is, zo nodig met aanpassing van de steekproeven, de koopkrachtonderzoeken te verbreden, opdat ook informatie beschikbaar komt over de koopkrachtontwikkelingen bij topinkomens als gevolg van (voorgenomen) regeringsbeleid.

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Mr. G. J. de Graaf

0BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 januari 2012

Lid Reuten (SP) heeft tijdens de behandeling van het Belastingplan verzocht om in de standaard koopkrachttabel die het Centraal Planbureau (CPB) publiceert, zoals het Centraal Economisch Plan (CEP) en de Macro-Economische Verkenningen (MEV) een extra inkomenscategorie op te nemen van 4,5 of vijfmaal het modale inkomen (in 2012: € 33 000,-). Dit om inzicht te krijgen in de koopkrachtontwikkeling van de hoogste inkomens. Conform het verzoek heb ik het CPB geïnformeerd over de behoefte van de SP-fractie aan een extra categorie in de koopkrachttabel.

Het CPB heeft laten weten uitbreiding van de standaard tabel niet wenselijk te achten. Ten eerste wijkt de koopkrachtontwikkeling van huishoudens van 4,5 of vijfmaal modaal weinig af van de ontwikkeling van huishoudens met een driemaal modaal inkomen, die reeds in de standaard tabel worden gepubliceerd. Beide huishoudens vallen namelijk in de hoogste belastingschijf en onder dezelfde regelingen. Ten tweede publiceert het CPB puntenwolken op basis van een steekproef van huishoudens. Daarin zijn koopkrachteffecten voor inkomens tot en met € 125 000,- zichtbaar. In de bijbehorende medianentabel, die ook in het CEP en de MEV gepubliceerd wordt, worden ook de allerhoogste inkomens meegenomen.

Ten derde komt uitbreiding van het aantal huishoudens de overzichtelijkheid van de tabel niet ten goede. Deze argumenten van het CPB onderschrijf ik.

De huidige presentaties geven dus naar mening van het CPB en het kabinet een representatief beeld van de koopkrachtontwikkeling van de Nederlandse huishoudens, zoals ook blijkt uit de recente «Beleidsdoorlichting artikel 41: Inkomenspolitiek» die de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 14 november aan de Tweede Kamer heeft verzonden.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M. J. M. Verhagen

Naar boven