33 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2012

Nr. 171 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 april 2012

Het Tweede Kamerlid Van Gerven (SP) heeft mij, mede namens de fracties van PvdA en GroenLinks verzocht om een oordeel te geven over de gestegen prijzen in de orthodontie. Tevens roepen genoemde fracties op tot het beëindigen van het experiment met de vrije prijzen in de mondzorg.

Het experiment met de vrije prijsvorming is zoals bekend gestart op 1 januari 2012 en bevindt zich derhalve nog in een prille startfase. Bij verschillende gelegenheden heb ik uw Kamer gemeld dat ik het experiment een serieuze kans wil geven. Niet alleen vanwege de voordelen die ik zie op het gebied van innovatie, serviceverlening, variatie in productassortiment en meer keuzemogelijkheden voor de consument, maar ook vanwege de investeringen die mondzorg organisaties, zorgverzekeraars en patiënten- en consumentenfederaties in de afgelopen periode hebben gedaan om het experiment goed voor te bereiden.

Dat geldt ook voor het onderdeel orthodontie. Ik vind het nu te vroeg om conclusies te trekken uitsluitend op basis van steekproeven die door verschillende onderzoeksbureaus zijn gedaan. Ik geef er de voorkeur aan om de resultaten van de marktscan van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) af te wachten. Zoals ik u eerder heb gemeld, zal deze scan in juni verschijnen. Hierin zal ook specifiek aandacht worden besteed aan de effecten van de vrije prijsvorming op de orthodontie.

Daar komt bij dat in de media sinds de start van het experiment vooral aandacht is geweest voor de ontwikkelingen op het gebied van tarieven en vergoedingen. Er wordt niet of nauwelijks aandacht besteed aan eventuele effecten op toegankelijkheid en «productontwikkeling». Ik denk bijvoorbeeld aan ruimere openingstijden en de keuze voor meer geavanceerde behandeltechnieken en/of -materialen. Voorbeelden hiervan in de orthodontie zijn doorzichtige beugels, zelfstellende slotjes waardoor je minder vaak naar de orthodontist hoeft, etc. Naar mijn mening moeten ook deze ontwikkelingen meegenomen worden in de beoordeling of het experiment met vrije prijzen slaagt of niet.

Alles overziend ben ik van mening dat er nu onvoldoende reden is om het experiment reeds in zijn opstartfase te beëindigen. Dat neemt niet weg dat ik de ontwikkelingen op de voet volg en uw Kamer terstond zal informeren indien er aanleidingen zijn voor wijzigingen in mijn beleid.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. I. Schippers

Naar boven