33 000 IV Vaststelling van de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV) voor het jaar 2012

Nr. 18 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 oktober 2011

Tijdens het Algemeen overleg van 7 september jl. (kamerstuk 33 000 IV, nr. 5) zijn vragen gesteld waarop ik geen antwoord heb kunnen geven. Dit kwam voor een deel door de beperkte tijd die er was voor het overleg. Daarnaast betroffen sommige vragen onderwerpen waarvoor ik als minister van BZK niet de verantwoordelijkheid draag maar een collega bewindspersoon. De griffier van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties heeft mij per brief van 22 september 2011 verzocht onbeantwoorde vragen alsnog schriftelijk te beantwoorden voorafgaand aan de tweede termijn van het overleg dat op 9 november aanstaande zal plaatsvinden.

Vragen uit het Algemeen overleg van 7 september

Nustar

De voorgenomen uitbreiding van Nustar raakt de verantwoordelijkheid van meerdere ministers. Op de eerste plaats die van I&M en EL&I. Maar ook de ministers van OCW (onder meer bescherming erfgoed) en V&J (veiligheid en rampenplannen) hebben verantwoordelijkheden op dit terrein.

Op dit moment worden de meeste vergunningen verstrekt door het eilandbestuur, vooral doordat de Wet VROM BES nog niet van kracht is. Het ministerie van I&M levert hierbij technische ondersteuning. De minister van I&M verleent vergunning voor bouwwerken in zee op basis van de Wet maritiem beheer BES. Werkzaamheden op dit terrein worden verricht door Rijkswaterstaat.

Net als in het Europese deel van Nederland wordt de inpassing van een bedrijf of een uitbreiding daarvan bepaald door het lokale bestuur, in dit geval het bestuurscollege van Sint Eustatius. Het eilandbestuur heeft in 2011 een Ruimtelijk Ontwikkelingsplan vastgesteld, waarin is vastgelegd op welke wijze het eiland zich in de toekomst zal ontwikkelen. Dit bestuur, gekozen door de eilandbewoners, beslist na inspraak over de voorgenomen uitbreiding.

Politiesterkte

Wat het vraagstuk van de politiesterkte betreft kan worden bevestigd dat het van meet af aan de ambitie is geweest van de korpsbeheerder de formatie van het politiekorps uit te breiden ten opzichte van de situatie voor 10 oktober 2010. Dat volgt uit de in de Politieke Stuurgroep Staatkundige veranderingen vastgestelde formaties voor de drie korpsen van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Wat de veronderstelde uitbreiding van het korps tot 165 fte betreft dient overigens te worden opgemerkt dat dit getal is opgenomen in het oorspronkelijke organisatie- en formatierapport voor het politiekorps. Na vaststelling van dat rapport is besloten via de RCN te voorzien in een aantal ondersteunende functies en taken. Deze functies zijn aan de formatie van het korps onttrokken. De huidige formele formatie is daarmee 148 fte.

Inmiddels is de basispolitiezorg de formatie nagenoeg geheel op sterkte. Bij de recherche is evenwel nog sprake van onderbezetting. Sinds 1 oktober 2011 is de recherche echter voor een periode van drie jaar met een vijftal marechaussees versterkt. Daarnaast heeft het Recherchesamenwerkingsteam inmiddels ook een vestiging op Bonaire. Daarmee is de recherche echter nog niet op de beoogde sterkte.

Overigens ondervindt het korps, evenals de politiekorpsen van Curaçao, Aruba en Sint Maarten, problemen bij het aantrekken van voldoende gekwalificeerd lokaal recherchepersoneel. De inzet van Nederlandse marechaussees of politiefunctionarissen is een tijdelijke oplossing omdat de minister van Veiligheid en Justitie ernaar streeft het korps op peil te houden met personeel uit de regio, niet in de laatste plaats vanwege de hoge kosten die verbonden zijn aan de inzet van uitgezonden personeel uit Nederland.

Voorts dient te worden gewezen op de onderlinge regeling minimumsterkte die geldt voor de politiekorpsen van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Daarin zijn afspraken vastgelegd over de minimumsterkte waaraan de korpsen moeten voldoen en waarbij een groeipad is bepaald voor de korpsen. Op basis van artikel 2 van deze regeling moeten de korpsen in het eerste jaar een minimumsterkte hebben van 60% van de sterkte zoals bepaald in het inrichtingsplan. De juridische minimumnorm voor het derde en de daarop volgende jaren ligt op 75%. Voor het BES-korps ligt het aantal voor het eerste jaar, uitgaande van een sterkte van 148 fte, op circa 90. Het korps politie BES voldoet ruim aan die gestelde minimumnorm.

Duurzame energie Bonaire

Op Bonaire is sinds augustus vorig jaar de Ecopower installatie in bedrijf genomen. Die installatie bestaat naast een conventionele dieselgenerator uit 10 windturbines die op dit moment gemiddeld ruim 30% van de elektriciteitsvraag op Bonaire afdekken. Dat is een ongekend hoog aandeel duurzame elektriciteit, zeker voor een eiland waar geen back-upverbindingen met andere (ei)landen mogelijk zijn.

Verder wordt op Bonaire in samenwerking met het energiebedrijf gekeken hoe het aandeel zonne-energie kan worden vergroot. Zo is op de nieuwe HAVO/VWO school met financiële steun van het ministerie van EL&I een grote zon-pv1 installatie van circa 80 kW gerealiseerd. Er volgen nog enkele proefprojecten die mede dienen om ervaring op te doen met zon-pv en met de interactie (terugvoeden) met het elektriciteitsnetwerk.

Ethische kwesties

Wat betreft de stand van zaken betreffende de invoering van abortuswetgeving bent u onlangs uitgebreid geïnformeerd door de minister van VWS met een kamerbrief (Kamerstuk 30 371 nr. 22) en een rapport met daarin de uitkomsten van een onderzoek naar de consequenties van de invoering. Daarnaast is hier op ingegaan bij de beantwoording van de Kamervragen van het lid Kamerlid Van Gent over zwangerschapsafbrekingen op de BES-eilanden (Aanhangsel Handelingen II 2011/12, nr. 229).

Voor de invoering van euthanasie treft het ministerie van VWS op dit moment de noodzakelijke voorbereidingen en maatregelen zodat de euthanasiewetgeving zoals gepland op 1-10-2012 ook praktisch uitvoerbaar is in Caribisch Nederland.

Het huwelijk tussen personen van gelijke kunne zal zoals gepland tevens twee jaar na de transitie worden ingevoerd. De wijze waarop het uiteindelijk wordt ingevoerd is een gezamenlijke verantwoordelijkheid mijn ministerie (wat betreft gewetensbezwaren) en het ministerie van V&J (wat betreft het burgerlijk wetboek en de huwelijkssluiting op zich). Het ministerie van OCW is voorts verantwoordelijk voor homo emancipatiebeleid.

Zorg: voorhangprocedure besluit zorgverzekering BES

Het Besluit zorgverzekering BES is in 2010 voorgehangen bij het parlement. Daarnaast is in het Besluit zorgverzekering BES een bepaling opgenomen (artikel 31) op grond waarvan de minister van VWS binnen twee jaar na inwerkingtreding van het besluit (dat wil zeggen vóór 1 januari 2013) een verslag over de werking van het besluit aan de Staten-Generaal zendt.

Werkbezoek Caribisch Nederland

Van 25 tot en met 29 september jl. heb ik een werkbezoek afgelegd aan het Caribisch deel van ons Koninkrijk. Een belangrijk deel van de reis heb ik doorgebracht op Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Daar heb ik vooral gesproken over de eilandelijke overheidsfinanciën en de stand van zaken in de gezondheidszorg.

Tijdens het bestuurlijk overleg over de financiële verhoudingen heb ik met de eilandbesturen gesproken over het referentiekader dat momenteel wordt ontwikkeld. Dit kader zal een beter inzicht geven in de eilandelijke taken in relatie tot de vrije uitkering, de eigen inkomsten en bijzondere uitkeringen. Hierover zal besluitvorming plaatsvinden naar aanleiding van het bestuurlijk overleg van komend voorjaar en de besluitvorming rondom de Voorjaarsnota 2012. De eilandbesturen hebben aangegeven waarde te hechten aan periodiek bestuurlijk overleg. Graag zouden ze voorafgaand daaraan ook met andere ministeries willen spreken. Ik heb daarom afgesproken in 2012 beide overleggen in Nederland te organiseren in combinatie met een zogenaamde «BES-week». Daarna zullen we bezien of we deze werkvorm structureel willen maken.

Eveneens heb ik op de eilanden gesproken over het nieuwe zorgstelsel. De basis voor deze gesprekken lag in de brieven van minister Schippers aan de eilandbesturen van 22 september jl. Er is een groot aantal werkafspraken gemaakt, vooral op het gebied van informatievoorziening, kwaliteitverbetering en -bewaking, en het vergroten van het beschikbare zorgaanbod op of zo dicht mogelijk bij het eigen eiland. Daarnaast is besproken dat minister Schippers waarschijnlijk komend voorjaar een werkbezoek zal afleggen aan Caribisch Nederland.

Ik zal in separate brief ingaan op de bevindingen van het Kamerlid Ortega-Martijn zoals vastgelegd in haar notitie «Een binnen Nederland aanvaardbaar voorzieningenniveau; Een droom die werkelijkheid moet worden».

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner


X Noot
1

«Photo-Voltaic», ten behoeve van de omzetting van zonne-energie in elektriciteit

Naar boven