33 000 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2012

Nr. 76 MOTIE VAN HET LID WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK

Voorgesteld 5 juli 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat ProRail voor het behoud van de doorgaande trein Tiel-Elst-Arnhem en de toekomstige groei van het aantal treinen in het capaciteitsvergrotingsplan van 14 juni 2012 een viersporige oplossing bij Elst heeft uitgewerkt en deze oplossing ruimtelijk mogelijk is;

constaterende dat er in Elst is gekozen voor een driesporige oplossing, waarbij het derde spoor in 2014 als keerspoor wordt gerealiseerd en dit spoor pas later wordt doorgetrokken;

overwegende dat hiermee de verbinding Tiel-Elst-Arnhem toch een paar jaar geknipt dreigt te worden;

constaterende dat het volgens ProRail noodzakelijke vierde spoor geplande bebouwing raakt en daarom het stedenbouwkundig plan Elst Centraal en de bestemmingsplannen moeten worden aangepast voor de realisatie van dit spoor;

overwegende dat het dicht op het spoor bouwen strijdig is met artikel 20 en 21 van de Spoorwegwet;

overwegende dat de meerkosten voor een vierde spoor 34 mln. zijn en kunnen worden gedekt uit het structurele budget van 25 mln. per jaar voor regionaal spoor uit het Lenteakkoord, waarin deze spoorlijn specifiek wordt genoemd;

verzoekt de regering,

  • het derde spoor in 2014 volledig te realiseren zodat de verbinding Tiel-Elst-Arnhem niet tijdelijk hoeft te worden geknipt;

  • het vierde spoor bij Elst fysiek voor de toekomst niet onmogelijk te maken en daarom de gemeente Overbetuwe een aanwijzing te geven om het stedenbouwkundig plan Elst Centraal en het bestemmingsplan aan te passen;

  • middelen voor het vierde spoor beschikbaar te stellen uit het Lenteakkoord,

en gaat over tot de orde van de dag.

Wiegman-van Meppelen Scheppink

Naar boven