De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel A, subonderdeel 1, wordt «dat woont buiten Nederland» vervangen door: dat woont buiten het Koninkrijk.
II
In artikel IA, onderdeel A, subonderdeel 1, wordt «dat woont buiten Nederland» vervangen door: dat woont buiten het Koninkrijk.
III
In artikel II, onderdeel A, wordt «die woont buiten Nederland» vervangen door: die woont buiten het Koninkrijk.
IV
In artikel II, onderdeel B, wordt «die woont buiten Nederland» vervangen door: die woont buiten het Koninkrijk.
V
In artikel II, onderdeel C, wordt in het tweede lid (nieuw) van artikel 25 «die woont buiten Nederland» vervangen door: die
woont buiten het Koninkrijk.
VI
In artikel II, onderdeel C, wordt in het derde lid van artikel 25 «waarvan er ten minste een woonachtig is in Nederland» vervangen
door: waarvan er ten minste een woonachtig is in het Koninkrijk.
VII
In artikel II, onderdeel D, wordt «dat woont buiten Nederland» vervangen door: dat woont buiten het Koninkrijk.
VIII
In artikel II, onderdeel E, wordt «de wees woont buiten Nederland» vervangen door: de wees woont buiten het Koninkrijk.
IX
In artikel II, onderdeel G, wordt «de halfwees woont buiten Nederland» vervangen door: de halfwees woont buiten het Koninkrijk.
X
In artikel III, onderdeel B, wordt in het tiende lid van artikel 2 «een ander land dan Nederland» vervangen door: een ander
land dan het Koninkrijk.
XI
In artikel III, onderdeel B, wordt in het elfde lid van artikel 2 «een ander land dan Nederland» vervangen door: een ander
land dan het Koninkrijk.
XII
In artikel IV, onderdeel B, wordt in het tweede lid (nieuw) van artikel 62 «die woont buiten Nederland» vervangen door: die
woont buiten het Koninkrijk.
Toelichting
Dit amendement regelt dat het woonlandbeginsel binnen het hele Koninkrijk der Nederlanden niet wordt toegepast. Net zoals
binnen de Europese Unie waar het woonlandbeginsel op basis van de onderlinge verdragsrelatie niet van kracht wordt, geldt
voor de andere landen van het Koninkrijk der Nederlanden op vergelijkbare wijze dat er ook sprake is van een bijzonder onderling
verband. Het betreft immers landen binnen het eigen Koninkrijk der Nederlanden. Het woonlandbeginsel moet hierom niet van
kracht worden voor Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland met inbegrip van Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Met dit amendement
is zodoende de hoogte van de Nederlandse uitkering van degene die woonachtig is in het Koninkrijk der Nederlanden overal hetzelfde.
Dit amendement laat onverlet dat de eigen sociale zekerheidsregelingen zoals die binnen de verschillende landen van het Koninkrijk
der Nederlanden gelden op basis van specifieke wetten worden bepaald.