32 873 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ter verduidelijking van de artikelen 297a en 297b

Nr. 19 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN DER STEUR EN VAN TOORENBURG

Ontvangen 25 juni 2012

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel aA, wordt artikel 132a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt «Tot» vervangen door «Personen die zijn benoemd tot» en wordt «kunnen niet worden benoemd:» vervangen door: dragen ervoor zorg dat zij geen:.

2. In het eerste lid, onderdeel a, vervalt «personen die».

3. In het eerste lid, onderdeel b, vervalt «personen die».

4. Aan het eerste lid wordt een volzin, toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

5. In het tweede lid komt onderdeel d te luiden:

  • d. wordt onder bestuurder in de zin van de aanhef van lid 1 niet verstaan de niet uitvoerende bestuurder, indien de bestuurstaken zijn verdeeld over uitvoerende en niet uitvoerende bestuurders, en een lid van het algemeen bestuur, indien de bestuurstaken in een stichting statutair zijn verdeeld over een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur.

6. Het derde lid vervalt.

II

In artikel I, onderdeel bA, wordt artikel 142a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, eerste volzin, wordt «Tot» vervangen door «Personen die zijn benoemd tot» en wordt «kunnen niet worden benoemd: personen die commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij vijf of meer andere rechtspersonen» vervangen door: dragen ervoor zorg dat zij geen commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij meer dan vijf rechtspersonen.

2. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

3. In het tweede lid komt onderdeel d te luiden:

  • d. wordt onder commissaris in de zin van de aanhef van lid 1 verstaan de niet uitvoerende bestuurder, indien de bestuurstaken zijn verdeeld over uitvoerende en niet uitvoerende bestuurders, en een lid van het algemeen bestuur, indien de bestuurstaken in een stichting statutair zijn verdeeld over een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur.

4. Het derde lid vervalt.

III

In artikel I, onderdeel cA, wordt artikel 242a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt «Tot» vervangen door «Personen die zijn benoemd tot» en wordt «kunnen niet worden benoemd:» vervangen door: dragen ervoor zorg dat zij geen:.

2. In het eerste lid, onderdeel a, vervalt «personen die».

3. In het eerste lid, onderdeel b, vervalt «personen die».

4. Aan het eerste lid wordt een volzin, toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

5. In het tweede lid komt onderdeel d te luiden:

  • d. wordt onder bestuurder in de zin van de aanhef van lid 1 niet verstaan de niet uitvoerende bestuurder, indien de bestuurstaken zijn verdeeld over uitvoerende en niet uitvoerende bestuurders, en de leden van het algemeen bestuur, indien de bestuurstaken in een stichting statutair zijn verdeeld over een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur.

6. Het derde lid vervalt.

IV

In artikel I, onderdeel dA, wordt artikel 252a als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt «Tot» vervangen door «Personen die zijn benoemd tot» en wordt «kunnen niet worden benoemd: personen die commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij vijf of meer andere rechtspersonen» vervangen door: dragen ervoor zorg dat zij geen commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij meer dan vijf rechtspersonen.

2. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

3. In het tweede lid komt onderdeel d te luiden:

  • d. wordt onder commissaris in de zin van de aanhef van lid 1 verstaan de niet uitvoerende bestuurder, indien de bestuurstaken zijn verdeeld over uitvoerende en niet uitvoerende bestuurders, en een lid van het algemeen bestuur, indien de bestuurstaken in een stichting statutair zijn verdeeld over een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur.

4. Het derde lid vervalt.

V

In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 297a als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, aanhef, wordt «Tot» vervangen door «Personen die zijn benoemd tot» en wordt «kunnen niet worden benoemd:» vervangen door: en belast zijn met het dagelijks bestuur van die stichting, dragen ervoor zorg dat zij geen:.

2. In het tweede lid, onderdeel a, vervalt «personen die».

3. In het tweede lid, onderdeel b, vervalt «personen die».

4. Aan het tweede lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

5. Het vierde lid vervalt.

VI

In artikel I, onderdeel B, wordt artikel 297b als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, aanhef, wordt «Indien» vervangen door «Personen die zijn benoemd in», wordt na «een toezichthoudend orgaan» ingevoegd «dat», en wordt «kunnen niet worden benoemd: personen die commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij vijf of meer andere rechtspersonen» vervangen door: dragen ervoor zorg dat zij geen commissaris of niet uitvoerende bestuurder zijn bij meer dan vijf rechtspersonen.

2. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Indien een persoon een of meer functies in strijd met de eerste volzin vervult, treft hij maatregelen om die situatie zo spoedig mogelijk te beëindigen.

3. Het derde lid vervalt.

Toelichting

De indieners willen met dit amendement tot uitdrukking brengen dat de regeling alleen van toepassing is op bestuurders die deel uit maken van het dagelijks bestuur vergelijkbaar met de uitvoerende bestuurders bij de one tier board. Dit doet recht aan de taakverdeling binnen het bestuur van een stichting of vennootschap zoals die in de praktijk bestaat. De regeling moet betrekking hebben op die bestuursfuncties waarvan het voor te stellen is dat de zwaarte het hebben van veel nevenfuncties in de praktijk onmogelijk maakt.

Het amendement brengt voorts tot uitdrukking dat een benoeming in strijd met de regeling niet nietig is, hetgeen te veel onduidelijkheid voor de praktijk brengt. Wel wordt uitdrukkelijk vastgelegd dat op een bestuurder of commissaris c.q. lid van een toezichthoudend orgaan, de verplichting rust om maatregelen te treffen zodat zo spoedig mogelijk een einde wordt gemaakt aan een situatie dat een persoon meer functies vervult dan het wetsvoorstel beoogt. Worden die maatregelen niet genomen dan kan uiteraard elke belanghebbende actie ondernemen om deze verplichting te doen afdwingen hetgeen desnoods via de rechter kan geschieden. In de praktijk zal het echter niet zo ver komen omdat druk vanuit de samenleving en dreigende negatieve publiciteit een zeer effectieve aansporing zijn voor een bestuurder of commissaris om snel de door de wet gewenste situatie te realiseren. In verband daarmee kan het bepaalde in de artikelen 297a, lid 4, 297b lid 3, 132a lid 3, 142a lid 3, 242a lid 3 en 252a lid 3 omtrent de besluitvorming komen te vervallen.

Van der Steur Van Toorenburg

Naar boven