Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 mei 2024
Op 5 maart 2024 heeft lid Beckerman mij verzocht om een reactie op het bericht «Lekkage
bij tankenpark NAM in Farmsum, water met giftige stof in kanaal terechtgekomen»1 (Kenmerk 2024Z03508). Hierbij deel ik met u een kort verslag van de gebeurtenissen en ondernomen acties
rondom de genoemde lekkage.
Zondagavond, 3 maart 2024, rond 23:00 is er een lekkage gemeld van injectiewater afkomstig
van tankenpark Delfzijl van de NAM. Er zijn enkele honderden kuubs water, dat bestemd
was om te worden geïnjecteerd in Borgsweer, uitgestroomd.
Inspecteurs van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) zijn op 4, 5, 7 en 15 maart
ter plaatse gegaan om te controleren of de lekkage is gestopt en of de NAM de juiste
maatregelen nam om schade aan het milieu te minimaliseren en te herstellen. De NAM
is meteen gestart met het opruimen van het uitgestroomde injectiewater, zowel op het
tankenpark als daarbuiten.
Door de brandweer/veiligheidsregio is op basis van metingen geconstateerd dat er geen
acute gevaren waren voor de mens. Er zijn monsters van oppervlaktewater, bodem en
grondwater genomen om te onderzoeken of verdere sanering nodig is. De NAM is onder
toezicht van SodM een onderzoek gestart naar de directe oorzaak van de lekkage. De
NAM heeft de lekkage opgelost door het onderdeel dat de lekkage veroorzaakt te vervangen
en heeft een aantal veiligheidsmaatregelen getroffen:
-
• Het monitoringssysteem dat schades aan putten en leidingen moet opmerken is gecontroleerd;
-
• Er zijn extra alarmeringen aangebracht in het monitoringssysteem;
-
• Buiten kantooruren is er (tijdelijk) een medewerker op het tankenpark gestationeerd,
zodat er direct ingegrepen kan worden bij een calamiteit.
SodM heeft de maatregelen beoordeeld en heeft de NAM toestemming gegeven om het tankenpark
weer te gebruiken.
Uit de analyseresultaten van de genomen monsters blijkt dat op een aantal plaatsen
nog een verdere sanering nodig is. In opdracht van de NAM is hiervoor een plan van
aanpak opgesteld. Na de sanering zal de NAM een evaluatierapport opstellen. Beide
rapporten worden beoordeeld door het SodM en de Omgevingsdienst Groningen.
Lid Beckerman verwijst in haar vraag naar een eerdere lekkage in 2018. Het ging toen
om een lekkage van sterker verontreinigde vloeistof (aardgascondensaat). Naar aanleiding
van de lekkage in 2018 heeft de NAM, onder toezicht van SodM, veel zaken aangepast
om te voorkomen dat een lekkage nogmaals kon optreden. Er is onder andere een opvangvoorziening
aangebracht onder het tankenpark. De lekkage van 3 maart jl. heeft plaatsgevonden
net buiten de opvangvoorziening, waardoor het relatief licht verontreinigde injectiewater
kon uitstromen. NAM onderzoekt wat de oorzaak is van de lekkage en welke maatregelen
genomen kunnen worden om dit in de toekomst te voorkomen. SodM houdt toezicht op de
uitvoering van verbetermaatregelen.
Injectiewater bestaat onder andere uit het water dat oorspronkelijk in de poriën van
het reservoir zit en meekomt met de productie van aardgas. Het aardgas wordt boven
de grond van het water gescheiden. Ook aardgascondensaat wordt uit het injectiewater
verwijderd. Het water bevat van nature zout, metalen, koolwaterstoffen (zoals benzeen,
tolueen) en andere stoffen. Daarnaast bevat het water een zeer kleine hoeveelheid
mijnbouwhulpstoffen. Op de locatie Delfzijl komt het injectiewater van verschillende
locaties bij elkaar. Dit water wordt vervolgens via een pijpleiding naar Borgsweer
vervoerd om te injecteren in het Groningen-gasveld. Injectie in een gas- of olieveld
is op dit moment volgens SodM de beste manier om het water dat vrijkomt bij olie- en/of gaswinning te verwerken.
Tot slot, zoals aangegeven beoordelen SodM en de Omgevingsdienst Groningen de sanering
en het evaluatierapport. Verder blijft SodM vanzelfsprekend ook in de toekomst toezicht
houden op deze locatie.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
J.A. Vijlbrief