32 847 Integrale visie op de woningmarkt

Nr. 815 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 september 2021

De afgelopen jaren is de woningmarkt flink in beweging geweest en als gevolg daarvan is ook het gevoerde beleid sterk veranderd. Om lessen te trekken over de inzet en effectiviteit van het beleid, wordt aankomende periode een beleidsdoorlichting over het woningmarktbeleid (artikel 3 van de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) opgestart. De beleidsdoorlichting is vereist volgens de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek1 en wordt conform deze richtlijnen uitgevoerd. Met de bijgevoegde startnotitie wil ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, informeren over de opzet van deze beleidsdoorlichting2.

Deze doorlichting start waar de vorige is opgehouden, namelijk in 2015. Het doel van de beleidsdoorlichting is om inzicht te geven in de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid over de periode 2015 tot en met 2021. Dit onderzoek gaat in op alle onderdelen van het woningmarktbeleid, waaronder het beleid gericht op de woningbouw, het huurbeleid en de fiscale regelingen voor koopwoningen, ook als voor het gevoerde beleid geen middelen staan op de begroting.

Het is een syntheseonderzoek waarin wordt teruggekeken op het gevoerde woningmarktbeleid, om zo een samenhangend en overkoepelend beeld van de doeltreffendheid en doelmatigheid te verkrijgen. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van eerder uitgevoerde onderzoeken en evaluaties (ex ante, ex durante, ex post). In de bijlage treft u een overzicht van de afgeronde onderzoeken en evaluaties op de verschillende instrumenten van het kabinetsbeleid. Deze onderzoeken zijn de basis voor het in beeld brengen van de beleidstheorie, de effecten van beleid en de samenhang met andere instrumenten, om zo een overkoepelend beeld van de doeltreffendheid en doelmatigheid te geven.

De bijgevoegde startnotitie gaat verder in op hoe de beleidsdoorlichting wordt aangepakt. Het inschakelen van een onafhankelijk deskundige draagt bij aan de kwaliteit van het onderzoek en is ook verreist volgens de RPE.

We hebben Prof. Dr. Elbert Dijkgraaf bereid gevonden om op te treden als onafhankelijk deskundige en de kwaliteit van de beleidsdoorlichting te beoordelen.

Daarnaast wil ik de beleidsdoorlichting gebruiken om de strategische evaluatie agenda (SEA) op het terrein van wonen en woningbouw te verbeteren. Deze agenda maakt onderdeel uit van de begroting. Zo kan de beleidsdoorlichting inzichtelijk maken op welke onderdelen van het beleid extra onderzoek nodig is. Op deze manier kan de beleidsdoorlichting bijdragen aan de opzet voor een volgende beleidsdoorlichting.

De komende tien jaar moet er nog veel werk verzet worden om ervoor te zorgen dat iedereen in Nederland goed en betaalbaar kan wonen. Om inzichten te verkrijgen en lessen te trekken en te benutten is een beleidsdoorlichting een zeer bruikbaar instrument. Daarom worden in deze beleidsdoorlichting zowel besparingsvarianten en intensiveringsvarianten uitgewerkt.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Regeling van de Minister van Financiën van 15 maart 2018, houdende regels voor periodiek evaluatieonderzoek, Stcrt. 2018, nr. 16632

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven