32 827 Toekomst mediabeleid

Nr. 129 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 juni 2018

Op verzoek van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap informeer ik u in deze brief over de stand van zaken inzake de financiering van de (landelijke) publieke omroep.

Ontwikkeling reclame-inkomsten

Het budget van de landelijke publieke omroep wordt voor een belangrijk deel bekostigd vanuit de reclame-inkomsten van Stichting Etherreclame. Vorig jaar heeft Ernst & Young onderzoek gedaan naar de verwachte ontwikkeling van de Ster-inkomsten mede naar aanleiding van een forse tegenvaller ervan in 2016. Het onderzoek wees uit dat rekening moet worden gehouden met een forse en structurele afname van de Ster-inkomsten in de komende jaren. Ik heb uw Kamer hierover geïnformeerd in mijn brief van 17 november 2017 (Kamerstuk 34 775 VIII, nr. 31) en toegelicht dat ik genoodzaakt ben om het budget voor de landelijke publieke omroep met ingang van 2019 te verlagen naar 740 mln euro, tenzij zich nieuwe ontwikkelingen voordoen die resulteren in een positieve bijstelling van de raming die ik vorig jaar op basis van het onderzoek van Ernst & Young en informatie van de Ster heb opgesteld in mijn brief aan uw Kamer van 17 november 2017.

Ik moet helaas constateren dat dit niet het geval is. De Ster-inkomsten over de afgelopen maanden zijn in lijn met de voorgenoemde raming. Ik zie mij hierdoor genoodzaakt om de aangekondigde budgetverlaging voor 2019 conform artikel 2.148a van de Mediawet 2008 in de rijksbegroting voor 2019 te verwerken en ter instemming aan uw Kamer voor te leggen.

Plan NPO

Ik heb op 5 juni van de NPO een plan van aanpak ontvangen dat uitgaat van de budgetverlaging die ik in mijn brief van 17 november 2017 heb aangekondigd. Bijgevoegd vindt u het plan van de NPO1 evenals mijn schriftelijke reactie hierop gericht aan de NPO. Het plan van de NPO gaat vooral uit van bezuinigingen, waarbij de meeste bezuinigingen gekoppeld worden aan de programmering van de landelijke publieke omroep. Verder gaat de NPO uit van een bezuiniging op de organisatiekosten van de landelijke publieke omroep en houdt hij rekening met een kleine stijging van de online reclame-inkomsten van de Ster als gevolg van aanpassing van het NPO-beleid voor Ster-reclame op het internet.

Ik heb de NPO uitgenodigd om het plan samen verder te bespreken. De keuzes van de NPO kunnen namelijk van grote invloed zijn op de maatschappelijke relevantie van de landelijke publieke omroep. Ik hecht eraan om die te borgen ondanks de gedwongen budgetverlaging. De publieke omroep is namelijk van grote waarde voor de samenleving. Hij vervult een belangrijke rol in het Nederlandse medialandschap en onderscheidt zich door zijn unieke pluriforme karakter. Met het oog daarop heb ik de NPO gevraagd om mij te betrekken bij keuzes die de afspraken in de prestatie-overeenkomst kunnen raken.

Daarnaast heb ik de NPO geïnformeerd dat ik niet van plan ben om voor 2019 en 2020 ontheffing te verlenen ten aanzien van hun mediareserves, tenzij deze aantoonbaar niet in voorgenoemde jaren liquide gemaakt kunnen worden. Dit betekent concreet dat de landelijke publieke omroep op grond van de Mediawet verplicht is om zijn mediareserves in het eerstvolgende kalenderjaar in te zetten voor de bekostiging van media-aanbod. De in te zetten reserves kunnen in mindering worden gebracht op de financiële opgave waarvoor de landelijke publieke omroep in 2019 komt te staan. Ik ga er van uit dat hierdoor de programmering van de landelijke publieke omroep kan worden ontzien. De exacte hoogte van de mediareserves eind dit jaar is nog onbekend, maar ze bedroegen ter indicatie ultimo 2017 in totaal ca. EUR 35 mln waarvan mijn inschatting is dat daarvan bij gelijkblijvende omstandigheden in ieder geval EUR 24 mln volgend jaar inzetbaar is.

Ontwikkeling Algemene Mediareserve

De huidige ontwikkeling van de Ster-inkomsten betekent dat ik dit jaar – in navolging van 2016 en 2017 – een fors beroep moet doen op de Algemene Mediareserve. In 2016 en 2017 is in totaal 37 mln euro uit de Algemene Mediareserve gebruikt om de Ster-tegenvallers op te vangen en daarmee het budget van de landelijke publieke omroep op peil te houden. Voor dit jaar ging ik in mijn brief van 17 november 2017 uit van 28,4 mln euro. Ik houd echter rekening met het scenario waarin de Ster-inkomsten dit jaar nog lager zullen uitvallen dan de raming in mijn brief van 17 november 2017. Nieuwe tegenvallers kunnen niet worden opgevangen vanuit de Algemene Mediareserve, omdat de middelen daarvan uitgeput raken.

Mediabegroting

Ik heb de intentie om gedurende de resterende erkenningsperiode (2019–2020) nieuwe tegenvallers van de Ster-inkomsten niet te verrekenen met het budget voor de landelijke publieke omroep. De landelijke publieke omroep wordt immers reeds fors geraakt door de aangekondigde budgetverlaging. Dit betekent dat ik nieuwe tegenvallers moet opvangen binnen de mediabegroting door andere uitgaven te verlagen en/of door af te zien van geplande toekomstige uitgaven uit de Algemene Mediareserve. Ik zal onderzoeken welke opties hiervoor voorhanden zijn en zal u hierover informeren in de mediabegrotingsbrief voor 2019 die ik u in het najaar zal toesturen ter voorbereiding van de behandeling door uw Kamer van de mediabegroting.

Bij het opstellen van de mediabegrotingsbrief zal ik ook gebruik kunnen maken van een nieuwe meerjarenraming van de Ster, waarover ik u dan zal informeren. Ik zal die ook gebruiken om inzichtelijk te maken wat het lange termijn (financieel) perspectief is voor de landelijke publieke omroep, waarbij wordt gekeken naar de volgende erkenningsperiode van de landelijke publieke omroep (2021–2025). Voor deze nieuwe periode moet in 2020 op grond van artikel 2.148a Mediawet 2008 via de rijksbegroting voor 2021 opnieuw het minimumbudget voor de landelijke publieke omroep worden vastgesteld.

Bezwaar NPO

Tot slot wil ik u informeren dat de NPO bezwaar heeft gemaakt tegen het budget dat ik voor 2018 heb toegekend. Ik heb voor 2018 802 mln euro toegekend, maar de NPO is van mening dat het recht heeft op 804 mln euro. Daarnaast heeft de NPO bezwaar aangetekend tegen mijn aankondiging vorig jaar om bij ongewijzigde omstandigheden met ingang van 2019 het budget voor de landelijke publieke omroep te verlagen. De bezwaarprocedure loopt nog. Zodra de uitkomst hiervan duidelijk is, zal ik uw Kamer hierover informeren.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven