TOELICHTING
Algemeen
1. Inleiding
Veel evenementen kunnen als gevolg van de coronamaatregelen in geen enkele vorm doorgang
vinden. Als gevolg hiervan zit een groot deel van de evenementensector sinds de covid-19-uitbraak
op slot. Het kabinet is zich ervan bewust dat zowel de evenementensector als de culturele
sector hierdoor al geruime tijd grote economische schade ondervindt. Daarnaast bestaat
in de samenleving een grote wens om evenementen op een veilige manier weer mogelijk
te maken. Om gehoor te geven aan deze wens en perspectief te bieden aan de getroffen
sectoren, wil het kabinet onderzoeken onder welke voorwaarden evenementen op een veilige
manier in een coronasamenleving kunnen worden georganiseerd. De data die hiervoor
nodig zijn, worden vergaard middels praktijktesten uit het publiek-private onderzoeksprogramma
Fieldlab Evenementen. Het Rijk, de evenementenbranche (zoals festivals, theater, sportevents,
muziekoptredens en zakelijke congressen) en de wetenschap (zoals TNO, Technische Universiteit
Delft en de Radboud Universiteit) maken deel uit van deze samenwerking. Ook met betreffende
gemeenten is vanuit de organisatie van Fieldlab overleg gaande over de voorgenomen
praktijktesten, mede gegeven hun verantwoordelijkheden en bevoegdheden, zowel regulier
bij evenementen als nu in het bijzonder.
De praktijktesten moeten meer inzicht geven in het gedrag van bezoekers, de onderlinge
contactmomenten, de inzet van verschillende preventieve maatregelen en de logistiek
daarvan. Hierdoor wordt duidelijk aan welke gezondheids- en veiligheidseisen de verschillende
soorten evenementen moeten voldoen. Gelet op de duur van de organisatie en voorbereiding
van evenementen, is het belangrijk om op korte termijn met deze testen te starten.
Zo is het voor de voorbereidingen van evenementen die mogelijk in het voorjaar en
in de zomer gaan plaatsvinden, noodzakelijk om in februari, uiterlijk maart, over
de eerste testresultaten te beschikken. Het kabinet heeft daarom op 8 december 2020
aangekondigd dat in januari 2021 zal worden gestart met de praktijktesten voor de
evenementen. De eerste uitkomsten hiervan worden in maart verwacht. Verder is het
onderzoeksplan door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (hierna: RIVM)
van advies voorzien.
In het 95e OMT-advies van 11 januari 2021 moedigt het OMT de Fieldlabs-experimenten aan, ook
omdat deze op een strikt gecontroleerde wijze het mogelijk maakt te experimenteren
met een veilige heropening van de maatschappij en perspectief kan bieden voor deelname
aan evenementen. Echter, in dit OMT-advies is tevens vermeld dat met de huidige onzekerheid
rondom de Britse variant van het virus en de grote aantallen besmettingen op dit moment,
het OMT de risico’s te groot acht om de geplande praktijktesten al vanaf 22 januari
2021 plaats te laten vinden. In het 96e OMT-advies (deel 2) heeft het OMT de verwachting
uitgesproken dat een verdere vermindering van het aantal besmettingen, door aanscherping
van de maatregelen, zal leiden tot een belangrijke en relevante extra vermindering
van het totaal aantal gevallen van covid-19 tegen 9 februari 2021. Het OMT schetst
in haar advies dat de verwachte afname perspectief biedt voor de mogelijkheid om versoepelingen
door te voeren, bijvoorbeeld ten aanzien van de nu uitgestelde Fieldlab-experimenten.1
Het kabinet hecht belang aan het uitvoeren van de praktijktesten in het kader van
de Fieldlabs Evenementen. Deze praktijktesten maken het mogelijk om op een gecontroleerde
wijze te experimenteren met een veilige heropening van (sectoren van) de maatschappij
en zij bieden mogelijk perspectief voor een veilige en verantwoorde organisatie van
en deelname aan toekomstige evenementen. Gezien het grote belang om kennis en inzicht
te vergaren en vanwege voornoemd perspectief dat de Fieldlabs-experimenten mogelijk
bieden voor de evenementensector, heeft het kabinet besloten om de praktijktesten,
die zijn opgenomen in het onderzoeksprogramma en waarvan de eerste is voorzien op
14 februari aanstaande, mogelijk te maken.
2. Hoofdlijn van het voorstel
Onderzoeksprogramma en borging veiligheid & volksgezondheid
In het onderzoeksprogramma (Pilots voor Low-Contact-Events en de bijbehorende plannen
van aanpak) worden de praktijktesten nader toegelicht en wordt uitgewerkt welke set
van preventieve maatregelen tijdens het evenement in acht moeten worden genomen. Hierbij
kan worden gedacht aan maatregelen omtrent ventilatie, persoonlijke beschermingsmiddelen,
kuchschermen, track and trace en testen op locatie. De praktijktesten verzamelen data
over welke set van maatregelen de optimale bescherming oplevert voor de deelnemers
van diverse toekomstige evenementen. Daarbij geldt nadrukkelijk dat deelname aan de
praktijktesten door (onder meer) evenementenorganisaties en bezoekers geheel op vrijwillige
basis plaatsvindt. Voor laatstgenoemde categorie geldt in het verlengde daarvan dat
de verwerking van persoonsgegevens op basis van toestemming plaatsvindt.
De borging van de veiligheid en volksgezondheid van de praktijktesten staat centraal
in het onderzoek. Daarom geldt een aantal aanvullende gezondheids- en veiligheidseisen.
Zo wordt van alle deelnemers kort voor de start van het evenement een negatieve PCR-test
geëist van ten hoogste 48 uur oud. Deze test moet zijn afgenomen door een daartoe
aangewezen en gecertificeerd bureau. Bij de toegangspoorten van de praktijktesten
vinden daarnaast steekproefsgewijs sneltesten plaats en wordt een temperatuurmeting
verricht. Ook zullen de deelnemers vijf dagen na het evenement wederom gevraagd worden
om een PCR-test te ondergaan en wordt de deelnemer dringend geadviseerd om na het
evenement zo min mogelijk contact te hebben met andere personen. Buitende locaties
gelden de normale generieke coronamaatregelen. Op locatie wordt een andere preventieve
set van maatregelen toegepast, zoals het gebruik van mondmaskers. Hierdoor wordt het
risico om besmet te raken en anderen te besmetten zoveel mogelijk voorkomen. Ook de
andere voorwaarden waaronder de praktijktesten mogen worden uitgevoerd, staan in het
onderzoeksplan nader toegelicht. Het gaat hierbij onder meer om de volgende condities:
-
• alle deelnemers nemen vrijwillig deel en worden vooraf geïnformeerd dat ze deelnemen
aan het onderzoeksprogramma Fieldlab Evenementen en welke voorwaarden die vanuit de
organisatie van het evenement daaraan verbonden zijn;
-
• bij deelname aan de praktijktest is de deelnemer verplicht om mee te werken aan het
onderzoek, zoals hiervoor beschreven;
-
• deelname is alleen mogelijk na het tonen van bewijs van een negatieve PCR-test uitslag;
-
• de deelnemers moeten traceerbaar zijn ten behoeve van de praktijktest en worden geadviseerd
om de app Corona melder te installeren;
-
• de gegevens van de deelnemers worden ten behoeve van het onderzoek geanonimiseerd;
-
• het personeel dat aanwezig is bij de praktijktesten wordt niet verplicht om zich te
onderwerpen aan alle bovengenoemde corona-gerelateerde testen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld
om de temperatuurmeting, ademtest en PCR-test. Het personeel wordt wel dringend geadviseerd
om vooraf aan het evenement een test te ondergaan;
-
• openbare plaatsen en openbaar vervoer worden zoveel mogelijk ontzien, zo worden de
deelnemers geadviseerd om zoveel mogelijk met eigen vervoer te komen;
-
• de testevenementen duren niet langer dan 24 uur.
Doel praktijktesten
De praktijktesten hebben als doel om data te verzamelen over, en een oplossing te
vinden voor, een veilig en verantwoorde organisatie van evenementen in een coronasamenleving
waarin de veiligeafstandsnorm centraal staat. De praktijktesten moeten inzicht geven
in welke combinatie van preventieve maatregelen de optimale bescherming oplevert en
op welke wijze de bezoekcapaciteit eventueel kan worden vergroot. Daarom worden data
verzameld over onder andere groepsdynamica, de duur van onderlinge contactmomenten,
individueel gedrag, logistieke inzet van sneltesten in combinatie met maatregelen
aan de poort (temperatuurmeting en steekproefsgewijs ademtests), inzet van beschermende
materialen (zoals mondmaskers, face shields, isolatiejassen, kuchschermen), ventilatie,
track and trace en triage. De data worden gebruikt om voor elk van de verschillende
typen evenementen een optimale set van maatregelen te formuleren die een gelijkwaardig
beschermingsniveau biedt als bijvoorbeeld het houden van de veilige afstand. Alle
te organiseren praktijktesten zijn terug te brengen tot vier types die elk een eigen
optimale set van preventieve maatregelen kennen. Het betreft de volgende vier types
evenementen:
-
• Type 1: Evenementen die passief binnen plaatsvinden. Hierbij kan worden gedacht aan
het zittend kijken naar een film, concert of theatervoorstelling.
-
• Type 2: Evenementen die actief binnen plaatsvinden. Hier kan worden gedacht aan dansen
in een concertzaal.
-
• Type 3: Evenementen die passief buiten plaatsvinden. Hierbij kan worden gedacht aan
het zittend kijken naar een voetbalwedstrijd.
-
• Type 4: Evenementen die actief buiten plaatsvinden. Hierbij kan worden gedacht aan
een festival.
Voor al deze type evenementen zullen op korte termijn praktijktesten worden georganiseerd,
omdat, gelet op de benodigde voorbereidingstijd voor de evenementenorganisatoren,
snel duidelijk moet zijn onder welke voorwaarden al deze verschillende soorten evenementen
eventueel zouden kunnen worden toegestaan. De praktijktesten zullen worden gemonitord
en de resultaten worden gerapporteerd. Het vergt daarbij enige tijd om de onderzoeksresultaten
te vertalen naar concrete aanbevelingen en regels voor de inzet van deze preventieve
maatregelen.
Tijdelijke uitgezonderde coronamaatregelen
Om de praktijktesten uit te kunnen voeren, is het noodzakelijk dat verschillende coronamaatregelen
voor de organisatie en de uitvoering van het evenement worden uitgezonderd. Zonder
deze uitzonderingen kunnen de praktijktesten namelijk niet plaatsvinden. Zo zijn momenteel
bijvoorbeeld in beginsel alle voor publiek plaatsen gesloten voor publiek.2 Dit heeft tot gevolg dat een theater niet mag worden geopend voor publiek waardoor
geen praktijktest kan plaatsvinden. Ook is het door de huidige maatregelen niet mogelijk
om een voetbalwedstrijd te bezoeken. Zoals beschreven hebben de praktijktesten als
doel om data te verzamelen over een veilig en verantwoorde organisatie van evenementen
in een coronasamenleving waarin de veiligeafstandsnorm centraal staat. Daarvoor moet
kunnen worden getest met verschillende combinaties van maatregelen die een optimale
bescherming opleveren. Derhalve is het belangrijk om te kunnen afwijken van de geldende
coronamaatregelen zoals de veiligeafstandsnorm, de alcoholverboden na 20.00 uur, het
groepsvormingsverbod en de mondkapjesplicht. Het is noodzakelijk dat de praktijktesten
toekomstige evenementen zo goed mogelijk nabootsen. Alleen dan dragen de verzamelde
data bij aan het doel van de praktijktesten. De volgende maatregelen worden tijdens
de praktijktesten uitgezonderd:
-
• De veiligeafstandsnorm (de norm bedoeld in artikel 58f, eerste lid, Wpg);
-
• de mondkapjesplicht in publieke binnenruimten (artikel 2a.1);
-
• het groepsvormingsverbod buiten (artikel 3.1, eerste lid)
-
• het verbod op de openstelling van publieke plaatsen (artikel 4.a1);
-
• de voorwaarden voor de openstelling van publieke plaatsen die wel geopend mogen zijn
(artikel 4.1);
-
• het maximum aantal personen publiek per zelfstandige ruimte (artikel 4.2, eerste lid);
-
• het verbod op de openstelling van eet- en drinkgelegenheden en de daarbij behorende
dansvoorzieningen (artikel 4.4, eerste lid);
-
• het verbod op de openstelling van winkels tussen 20.00 en 06.00 uur (artikel 4.5);
-
• het verbod op de verkoop van alcoholhoudende drank tussen 20.00 en 06.00 uur (artikel
4.7);
-
• het verbod op toeschouwers bij sportwedstrijden (artikel 6.3, eerste lid);
-
• het verbod op de openstelling van douches en kleedkamers in sportaccommodaties en
de plicht om met reserveringen van maximaal vier personen te werken en een gezondheidscheck
uit te voeren (artikel 6.4, eerste en derde lid);
-
• verbod op gebruik of voor consumptie gereed hebben van alcoholhoudende drank op openbare
plaatsen (artikel 6.9, eerste lid).
3. Verhouding tot gemeentelijke regelgeving
Het niet van toepassing verklaren van een aantal bepalingen uit de Tijdelijke regeling
maatregelen covid-19 op evenementen in het kader van Fieldlab heeft geen invloed op
mogelijke vergunningplichten. In de meeste Algemene plaatselijke verordeningen staat
een vergunnings- of meldplicht voor evenementen. Voor een vergunning van de burgemeester
geldt het reguliere toetsingskader van de betreffende gemeente.
De zorgplicht uit artikel 58k van de Wet publieke gezondheid is niet van toepassing
bij het toezicht op de evenementen waarvoor in deze regeling uitzonderingen zijn gemaakt.
De voorzitter van de veiligheidsregio – van de regio waar het evenement plaatsvindt
kan – in samenspraak met de burgemeester van de plaats waar het evenement plaatsvindt
– wel maatregelen treffen op grond van artikel 47 van de Wet publieke gezondheid.
Ook de instrumenten voor handhaving van de openbare orde die de burgemeester op grond
van de artikelen 172 en verder van de Gemeentewet heeft zijn onverminderd van kracht.
4. Regeldruk
Op grond van deze regeling kunnen in het kader van Fieldlab in beperkte mate een aantal
evenementen georganiseerd worden onder strikte voorwaarden. Deze voorwaarden brengen
regeldruk met zich voor de aanbieder van het evenement. Deze regeldruk is echter noodzakelijk
om enerzijds de veiligheid van de deelnemers aan het evenement te borgen en om anderzijds
de beoogde onderzoeksresultaten te kunnen behalen. Daarnaast gaat het om slechts een
kleine groep organisatoren die met deze regeling in aanmerking komt voor het organiseren
van een evenement. Hoewel op een aantal punten de regeldruk toeneem, neemt de regeldruk
ook af omdat de organisator zich niet langer aan alle Coronamaatregelen hoeft te houden.
Bij de evenementen hoeft bijvoorbeeld geen afstand gehouden te worden.
5. Inwerkingtreding en parlementaire betrokkenheid
Deze ministeriële regeling wordt in overeenstemming met artikel 58c, tweede lid, Wpg
binnen twee dagen nadat zij is vastgesteld aan beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd.
De regeling treedt niet eerder in werking dan een week na deze overlegging. Onmiddellijk
na die week treedt deze regeling in werking, hierbij wordt afgeweken van de zogeheten
vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van drie maanden.3
Artikelsgewijs
Artikel I
Artikel I voegt in de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 een nieuwe paragraaf,
bestaande uit twee artikelen, in.
In artikel 6.13 is een definitie opgenomen van Fieldlab. Uit de begripsbepaling volgt
dat het moet gaan om een publiek-privaat onderzoeksprogramma. Dit onderzoeksprogramma
moet tot doel hebben via praktijktesten kennis te vergaren over het virus, de epidemie
en de bestrijding daarvan, met het oog op de mogelijkheden voor een veilige en verantwoorde
organisatie van evenementen. De maatregelen die een veilige en verantwoorde organisatie
van evenementen borgen, kunnen op termijn als voorwaarden worden gesteld aan de organisatie
van evenementen (via het maatregelenpakket, het toetsingskader voor het verlenen van
evenementenvergunningen en door opname in de veiligheidsprotocollen van de sector).
Om het onderzoeksprogramma Fieldlab te kunnen organiseren, is het noodzakelijk een
aantal van de maatregelen, zoals opgenomen in het Tijdelijk besluit veilige afstand
covid-19 en de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 niet te laten gelden voor
de praktijktesten. Artikel 6.14, eerste lid, regelt dat het verbod op evenementen
niet geldt voor evenementen georganiseerd in het kader van het onderzoeksprogramma
Fieldlab. Op grond van het tweede lid gelden de maatregelen, zoals opgesomd in paragraaf
2, niet.
Artikel II Inwerkingtreding
Deze ministeriële regeling wordt in overeenstemming met artikel 58c, tweede lid, Wpg
binnen twee dagen nadat zij is vastgesteld aan beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd.
De regeling treedt niet eerder in werking dan een week na deze overlegging. Gelet
op het belang van een veilige en verantwoorde heropening van de evenementensector,
treedt deze regeling onmiddellijk na die week in werking, tenzij de Tweede Kamer besluit
niet in te stemmen met de regeling. Hierbij wordt afgeweken van de zogeheten vaste
verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van drie maanden.4
Op grond van artikel 8.1 van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 vervalt die
regeling op het tijdstip waarop hoofdstuk Va Wpg vervalt. Het gaat hier om een uiterste
vervaldatum. Als de noodzaak al eerder ontvalt aan deze regeling of onderdelen ervan,
zal de regeling eerder worden ingetrokken of aangepast. In artikel 58c, zesde lid,
Wpg is immers geëxpliciteerd dat maatregelen zo spoedig mogelijk worden gewijzigd
of ingetrokken als deze niet langer noodzakelijk zijn.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge