Beleidsregel van de Minister voor Rechtsbescherming van 29 september 2021, kenmerk 3519486, tot wijziging van de Beleidsregel subsidie interlandelijk geadopteerden

De Minister voor Rechtsbescherming,

Gelet op titel 4.2 en artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregel subsidie belangenorganisaties interlandelijk geadopteerden wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

Onder vernummering van het tweede en derde lid tot het derde en vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. De Minister kan aan een belangenorganisatie een subsidie verstrekken voor kosten die worden gemaakt ten behoeve van hun deelname aan minimaal drie bijeenkomsten die het Ministerie organiseert in verband met de inrichting van een landelijk expertisecentrum voor interlandelijk geadopteerden.

Artikel 2, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De activiteiten bedoeld in het eerste lid dienen te zijn gericht op een versterking van het ondersteuningsaanbod en worden uiterlijk voor 1 september 2023 uitgevoerd.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 3, eerste lid, wordt na ‘De subsidie’ toegevoegd ‘bedoeld in artikel 2, eerste lid’.

Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. De subsidie bedoeld in artikel 2, tweede lid bedraagt € 2.500,– per belangenorganisatie.

Artikel 3, derde lid, komt te luiden:

  • 3. Als een belangenorganisatie meerdere aanvragen indient, kan het totale subsidiebedrag van de aanvragen niet hoger zijn dan de in het eerste en tweede lid genoemde bedragen.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘1 augustus 2021’ vervangen door ‘1 maart 2022’.

In artikel 4, tweede lid, wordt na ‘De subsidieaanvraag’ ingevoegd ‘bedoeld in artikel 2, eerste lid’.

Onder vernummering van het derde lid tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 3. De subsidieaanvraag bedoeld in artikel 2, tweede lid gaat in ieder geval vergezeld van:

    • a. het bankrekeningnummer;

    • b. een lijst van de bijeenkomsten waar de belangenorganisatie aan heeft deelgenomen en

    • c. het inschrijfnummer van de belangenorganisatie bij de Kamer van Koophandel.

D

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 8, tweede lid, wordt ‘1 februari 2023’ vervangen door ‘1 september 2023’.

ARTIKEL II

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin hij wordt geplaatst.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

TOELICHTING

Algemene toelichting

Deze beleidsregel strekt tot wijziging van de Beleidsregel subsidie belangenorganisaties interlandelijk geadopteerden. De beleidsregel voorziet in de verstrekking van subsidie aan belangenorganisaties voor interlandelijk geadopteerden om het bestaande ondersteuningsaanbod aan interlandelijk geadopteerden die zoeken naar hun biologische ouders en/of familie in het land van herkomst verder te versterken. De aanvraagtermijn voor deze subsidie liep tot 1 augustus 2021. Deze termijn is te kort gebleken om alle belangenorganisaties de kans te geven om een aanvraag in te dienen. Met deze wijziging wordt de termijn om de subsidie op grond van artikel 2, eerste lid aan te vragen verlengd tot 1 maart 2022. Dit betekent overigens dat belangenorganisaties die al een maximale subsidie (€ 25.000,–) toegekend hebben gekregen, niet nogmaals in aanmerking komen voor deze subsidie.

Het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft een eenmalig budget van 1,2 miljoen euro beschikbaar gesteld om het bestaande ondersteuningsaanbod te versterken (versterking rootstraject). De besteding van deze middelen was verdeeld in twee tranches. De subsidie bedoeld in artikel 2, eerste lid is een uitwerking van de eerste tranche. Deze tranche is nog niet uitgeput. Deze subsidieregeling is verlengd en valt dus nog steeds onder de eerste tranche. Het eerder ingezette traject ter versterking van rootszoektochten – en daarmee de tweede tranche – is opgegaan in het traject tot inrichting van het expertisecentrum interlandelijke adoptie.1

Deze beleidsregel strekt ook tot toevoeging van een andere subsidie aan belangenorganisaties. Naar aanleiding van het rapport van de Commissie Onderzoek Interlandelijke Adoptie in het verleden is door de Minister voor Rechtsbescherming een traject gestart om een expertisecentrum voor interlandelijk geadopteerden in te richten. Hiervoor worden de belangenorganisaties ook intensief betrokken.2 Voor hun inzet in dit traject maken belangenorganisaties kosten, bijvoorbeeld voor reizen naar fysieke bijeenkomsten, maar zij zullen ook kosten maken voor bijvoorbeeld de voorbereiding van de bijeenkomsten. Deze subsidie is dan ook bedoeld om de organisaties tegemoet te komen in deze kosten. Er is een vast bedrag van € 2.500,– per organisatie beschikbaar. Dit vaste bedrag is gekozen om extra regeldruk en administratieve lasten voor de organisaties zo klein mogelijk te maken. Dit bedrag wordt betaald uit het budget dat beschikbaar is gesteld voor het expertisecentrum.

In deze beleidsregel zijn de voorwaarden voor de onkostenvergoeding nader uitgewerkt, op basis waarvan belangenorganisaties een aanvraag kunnen indienen. De aanvragen zullen worden getoetst aan de inhoudelijke criteria in deze regeling.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2

De subsidie bedoeld in het tweede lid is een onkostenvergoeding voor de belangenorganisaties die deelnemen aan het traject tot inrichting van een expertisecentrum voor interlandelijk geadopteerden. De belangenorganisaties zijn gevraagd om op meerdere onderwerpen inhoudelijk mee te denken en hun kennis en ervaring met ons te delen. Hiervoor worden meerdere sessies georganiseerd waarvan de eerste sessie op 1 juli 2021 heeft plaatsgevonden. De belangenorganisaties maken verschillende kosten voor deze sessies waarvoor zij de vergoeding kunnen gebruiken. Zo zullen vertegenwoordigers van de belangenorganisaties reiskosten maken en zullen zij kosten maar voor de voorbereiding van de sessies.

Bij de beoordeling van de toekenning van de subsidie bedoeld in het tweede lid zal worden gekeken of de belangenorganisatie heeft deelgenomen aan de tot op dat moment georganiseerde sessies. Bij de beoordeling van deze subsidie wordt ook meegenomen of een belangenorganisatie zich heeft aangemeld voor sessies die al gepland zijn. Het uitgangspunt is dat een belangenorganisatie deelneemt aan minimaal drie sessies. Een actieve bijdrage van de belangenorganisatie is namelijk een vereiste om aanspraak te kunnen maken op de subsidie.

Er is maatwerk mogelijk voor de belangenorganisaties die om een goede reden, bijvoorbeeld de huidige COVID-19 maatregelen, verhinderd zijn om deel te nemen aan voldoende bijeenkomsten om in aanmerking te komen voor de onkostenvergoeding. Indien er buiten de georganiseerde bijeenkomsten toch sprake is van een actieve bijdrage kan deze subsidie ook worden toegekend. Van een actieve bijdrage is bijvoorbeeld sprake als er ter vervanging van de aanwezigheid een gesprek wordt ingepland tussen (een deel van) het projectteam expertisecentrum en (een vertegenwoordiger van) de belangenorganisatie. In dergelijke gevallen zal door de Minister worden beoordeeld of er sprake is van een actieve bijdrage buiten de sessies waardoor een vergelijkbare actieve bijdrage is geleverd als bij aanwezigheid bij de bijeenkomsten.

Artikel 3

Het derde lid doelt op de situatie dat een belangenorganisatie meerdere aanvragen indient voor de subsidie bedoeld in artikel 2, eerste lid. In die situatie kan een belangenorganisatie in totaal niet meer subsidie ontvangen dan genoemd in artikel 3, eerste lid: € 25.000,–.

Artikel 4

De bij de aanvraag te overleggen informatie is van belang om de minister in staat te stellen om de ingediende aanvragen te kunnen toetsen aan de in de regeling opgenomen criteria.

Voor de subsidie bedoeld in artikel 2, tweede lid is gekozen voor een beperkt aantal criteria. De regeldruk op de belangenorganisaties wordt hiermee beperkt. Voor de beoordeling of een belangenorganisatie voor deze subsidie in aanmerking komt is van de kant van de belangenorganisatie niet meer informatie nodig. Naast een lijst met de bijgewoonde bijeenkomsten, dient alleen een bankafschrift of bankverklaring en een uittreksel van de Kamer van Koophandel te worden overlegd. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid controleert of de belangenorganisatie heeft deelgenomen aan minimaal drie bijeenkomsten in het traject rondom de inrichting van een landelijk expertisecentrum voor interlandelijk geadopteerden.

Artikel 8

Nu de subsidie bedoeld in artikel 2, eerste lid wordt verlengd en ook de uiterlijke uitvoerdatum is verschoven, is het ook nodig om de vervaldatum van deze beleidsregel te verschuiven naar die uiterlijke uitvoerdatum.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker


X Noot
1

Kamerstukken II, 2020–2021, 31 265, nr. 92.

X Noot
2

Kamerstukken II, 2020–2021, 31 265, nr. 92.

Naar boven