Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 3 mei 2011, nr. WJZ / 11059422, tot wijziging van de Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op artikel 12 van de Gaswet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 5 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

De tariefstructuren, bedoeld in artikel 12a van de wet, houden bij de vaststelling van de tarieven voor het transport van gas rekening met veranderingen van de rekenvolumes van tariefdragers als gevolg van de voorwaarden, bedoeld in paragraaf 3.5.

B

Artikel 16 vervalt.

C

Na paragraaf 3.4. wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 3.5. Voorwaarden met betrekking tot landsgrensoverschrijdende capaciteit

Artikel 18a
  • 1. De voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, van de wet, bepalen dat bij de toepassing van artikel 16, vijfde lid, van Verordening EG nr. 715/2009 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor de toegang tot aardgastransmissienetten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1775/2005 (Pb EU L 211), gebruik wordt gemaakt van een inschrijvingsprocedure om de behoefte aan landsgrensoverschrijdende capaciteit vast te stellen.

  • 2. De voorwaarden bevatten regels over de afstemming van investeringen ten behoeve van landsgrensoverschrijdende capaciteit met beheerders van gastransportnetten in andere landen, waarmee afstemming noodzakelijk is om een verbetering van de mogelijkheden tot in-, uitvoer en doorvoer van gas te bereiken.

  • 3. In de voorwaarden wordt aan de inschrijvingsprocedure als bedoeld in het eerste lid, een uitwerking gegeven waardoor die:

    • a. transparant en non-discriminatoir toegankelijk is voor netgebruikers en op objectieve wijze wordt uitgevoerd;

    • b. gericht is op het sluiten van een overeenkomst met de aan een inschrijvingsprocedure deelnemende netgebruikers voor landsgrensoverschrijdende capaciteit.

  • 4. De voorwaarden kunnen bepalen met welke periodiciteit een inschrijvingsprocedure als bedoeld in het eerste lid, wordt gehouden.

Artikel 18b
  • 1. De voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, bevatten regels met betrekking tot het bepalen van de technische en beschikbare landsgrensoverschrijdende capaciteit voor het transport van gas en de toedeling daarvan.

  • 2. De voorwaarden bepalen dat op termijn ten minste tien procent van de technische landsgrensoverschrijdende capaciteit voor het transport van gas wordt gereserveerd voor contracten met een looptijd van een jaar of korter.

  • 3. De voorwaarden bepalen met betrekking tot de toedeling van de op grond van het vorige lid gereserveerde landsgrensoverschrijdende capaciteit voor het transport van gas dat ten minste twintig procent daarvan als vaste capaciteit wordt gereserveerd voor contracten met een looptijd korter dan een jaar en wordt aangeboden via een veiling door of in opdracht van de beheerder van het desbetreffende gasnet.

  • 4. De voorwaarden kunnen met betrekking tot de veiling als bedoeld in het derde lid, tevens de termijn bepalen waarbinnen de gereserveerde capaciteit wordt geveild en de minimumprijzen vaststellen waaronder die capaciteit niet wordt geveild.

Artikel 18c
  • 1. De voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, bevatten regels die bewerkstelligen dat netgebruikers niet gebruikte vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit onverwijld als transportcapaciteit op de secundaire markt aan andere netgebruikers aanbieden of deze capaciteit aan de beheerder van het gasnet teruggeven.

  • 2. De voorwaarden kunnen bepalen dat de beheerder van een gasnet een financiële vergoeding kan hanteren om het teruggeven van niet gebruikte landsgrensoverschrijdende capaciteit te bevorderen.

Artikel 18d
  • 1. In de voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, van de wet kan de beheerder van een gasnet worden verplicht om de handel in landsgrensoverschrijdende capaciteit tussen marktpartijen onderling te bevorderen.

  • 2. De voorwaarden bepalen dat de beheerder van een gasnet dagelijks per interconnectiepunt de hoeveelheid gecontracteerde, maar niet genomineerde landsgrensoverschrijdende capaciteit zal publiceren.

Artikel 18e
  • 1. De voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, van de wet bevatten regels die bewerkstelligen dat wanneer een netgebruiker de door hem geboekte vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit niet of niet volledig nomineert, hij deze capaciteit niet volledig kan hernomineren.

  • 2. De regels, bedoeld in het eerste lid, bepalen dat het recht op hernominatie van landsgrensoverschrijdende capaciteit beperkt blijft tot ten minste 10% en maximaal 90% van de door de netgebruikers gecontracteerde vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit.

  • 3. In de voorwaarden kunnen regels worden opgenomen waarin wordt afgeweken van het vorige lid, wanneer meer dan 80% of minder dan 20% van de gecontracteerde vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit is genomineerd.

  • 4. De beperking van hernominatierechten geldt niet voor rechten die op het moment van inwerkingtreden van dit artikel al bestonden.

Artikel 18f
  • 1. De voorwaarden, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, onderdeel a, van de wet bevatten regels over het veilen van dat deel van de gecontracteerde landsgrensoverschrijdende capaciteit voor het transport van gas dat door netgebruikers na uitoefening van hun recht op nominatie niet kan worden gehernomineerd.

  • 2. De regels over een veiling als bedoeld in het eerste lid hebben als uitgangspunt dat capaciteit als bedoeld in het eerste lid als vaste capaciteit wordt geveild door of in opdracht van de beheerder van het desbetreffende gasnet.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking op een bij koninklijk besluit vast te stellen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 3 mei 2011

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

De Nederlandse groothandelsmarkt voor gas werkt nog niet goed genoeg. Daarom zijn maatregelen aangekondigd om de werking van deze markt te verbeteren (Kamerstukken II 2007/08, 29 023, nr. 48). De meeste van deze maatregelen zijn onderdeel van de wet tot Wijziging van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998, tot versterking van de werking van de gasmarkt, verbetering van de voorzieningszekerheid en houdende regels met betrekking tot de voorrang voor duurzame elektriciteit, alsmede enkele andere wijzigingen van deze wetten (Stb. 2010, 810), die voor zover het de gasmaatregelen betreft per 1 april 2011 in werking is getreden (hierna: Wet Wijziging van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998). De maatregelen beogen dat er één binnenlandse markt voor gas ontstaat in plaats van gescheiden deelmarkten voor laagcalorisch en hoogcalorisch gas (kwaliteitsconversie), dat ieder marktpartij zelf kan bijdragen aan het in balans houden van het gastransportnet (marktgebaseerd balanceringsregime) en dat een koper van gas zelf kan bepalen wat hij met zijn gas doet, verbruiken of doorverkopen (verhandelbaarheid gas). De vierde maatregel betreft het bevorderen van de beschikbaarheid van landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit. Deze regeling heeft op laatstgenoemd onderwerp betrekking.

Landsgrensoverschrijdende vaste transportcapaciteit wordt vaak voor een langjarige periode geboekt. Op dit moment is de praktijk dat marktpartijen zich langjarig contractueel moeten vastleggen. Dit geeft beheerders van gasnetten de nodige zekerheid dat zij hun investeringen in nieuwe infrastructuur kunnen terugverdienen. Een gevolg is echter dat het moeilijk of zelfs onmogelijk is om deze capaciteit te boeken voor of op de korte termijn. Voor nieuwkomers en buitenlandse aanbieders is het hierdoor lastig om snel of tijdelijk gas aan te bieden op de Nederlandse markt. Dit beperkt het aanbod en daarmee de concurrentie op de Nederlandse gasmarkt. Om deze situatie te verbeteren, wijzigt deze regeling de Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas. Ter bevordering van de beschikbaarheid van meer (korte termijn) landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit wordt in deze regeling voorgesteld om:

  • de vaststelling van de behoefte aan en toedeling van extra landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit te doen op basis van een op gezette tijden te houden inschrijvingsprocedure,

  • een deel van de landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit te reserveren voor kortlopende contracten en deze capaciteit deels te veilen,

  • netgebruikers te verplichten om capaciteit die zij niet nodig hebben aan te bieden aan andere netgebruikers of terug te geven aan de beheerder van het gasnet, en

  • een deel van de vaste transportcapaciteit die niet wordt gebruikt via een veiling beschikbaar te stellen aan andere netgebruikers.

De laatste twee maatregelen hebben tot doel de marktsituatie te verbeteren waarin netgebruikers over meer vaste landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit beschikken dan uiteindelijk door hen zal worden gebruikt, terwijl de behoefte aan het gebruik van die capaciteit bij andere netgebruikers wel aanwezig is. Als gevolg van dit samenstel aan maatregelen komt er meer grensoverschrijdende transportcapaciteit beschikbaar, met name capaciteit voor de kortere termijn. Door deze maatregelen wordt het voor marktpartijen en buitenlandse aanbieders eenvoudiger om tijdelijk gas uit het buitenland op de Nederlandse markt te brengen. Dit is belangrijk voor een goede werking van de Nederlandse gasmarkt. Hierna wordt elk van de maatregelen afzonderlijk toegelicht.

2. Periodiek open seasons

Het is al een bestaande praktijk dat de netbeheerder van het landelijke gastransportnet periodiek een beoordeling naar de behoefte aan landsgrensoverschrijdende capaciteit uitvoert door zogenoemde ‘open seasons’ te houden. Een open season is een inschrijvingsperiode waarin klanten voor toekomstige transportcapaciteit kunnen inschrijven. Op basis van de inschrijvingen bouwt de beheerder van het landelijke gastransportnet nieuwe infrastructuur om deze extra capaciteit te kunnen leveren.

De regeling sluit bij deze praktijk aan en bepaalt dat een inschrijvingsprocedure gebruikt moet worden waarmee de behoefte aan grensoverschrijdende capaciteit wordt beoordeeld. Het op gezette tijden inventariseren van de behoefte onder marktpartijen aan (extra) transportcapaciteit, is belangrijk om tijdig te kunnen voorzien in de behoefte van marktpartijen aan grensoverschrijdende transportcapaciteit. Het is echter pas zinvol om deze interconnectiecapaciteit aan Nederlandse kant uit te breiden als die uitbreiding goed aansluit op buitenlandse netten. Daarom is het wenselijk dat de netbeheerder die een ‘open season’ organiseert, dit afstemt met de netbeheerders aan de andere kant van de grens. Als de afstemming dit vergt, kan dan afgeweken worden van een vaste frequentie.

3. Reserveren en veilen van landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit voor korte termijn contracten

Landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit is vaak voor langere termijn volgeboekt. Hierdoor is er weinig tot geen capaciteit beschikbaar voor korte termijn contracten. Op dit moment moeten marktpartijen zich soms wel voor 15 jaar vastleggen. Dit geeft de beheerder van een gasnet de nodige zekerheid dat investeringen in nieuwe infrastructuur terugverdiend kunnen worden. Het nadeel van het huidige ‘open-season-model’ is dat er vaak geen vaste capaciteit op de kortere termijn of voor kortere periodes (jaar en korter) geboekt kan worden. Dit wordt ondervangen doordat de gasvoorwaarden regels dienen te bevatten die er toe leiden dat op termijn ten minste 10% van de totale (de technische) grensoverschrijdende transportcapaciteit wordt gereserveerd voor contracten met een looptijd van een jaar of korter. Hier is bewust gekozen voor een doelbepaling, omdat nu veelal sprake is van langlopende contracten. Capaciteit hoeft daarmee pas gereserveerd te worden voor kortere termijn contracten wanneer deze lopende contracten aflopen of deze capaciteit op een andere wijze beschikbaar komt. Voor nieuw te bouwen capaciteit, bijvoorbeeld onder een open season procedure, hoeft geen reservering te worden gemaakt voor kort lopende contracten. Wel heeft het reserveren van capaciteit voor kortlopende contracten voorrang op het opwaarderen van afschakelbare contracten. Nu wordt capaciteit die niet wordt gebruikt vaak aangewend om afschakelbare capaciteitscontracten op te waarderen. Het doel van deze regeling is nu juist om meer korte termijn vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit beschikbaar te maken.

Van de capaciteit die is gereserveerd voor contracten met een looptijd van een jaar of korter wordt ten minste 20% gereserveerd voor contracten met een looptijd van minder dan één jaar (bijvoorbeeld kwartaal, maand en dag contracten). Het aanbod van deze capaciteit vindt plaats door middel van een veiling. Dit is een marktgebaseerde allocatiemethode, die de marktbehoefte weergeeft en een economisch optimale prijs tot stand brengt. Daarnaast ligt het voor de hand dat ook de capaciteit die gereserveerd is voor jaarcontracten, maar die niet is verkocht, wordt geveild. Deze capaciteit komt dan ook beschikbaar voor de contracten met een loopduur van minder dan één jaar. In de voorwaarden kunnen regels worden opgenomen over de minimale en maximale termijn tussen het moment van de veiling en startdatum van het transport. Het doel hiervan is dat capaciteit voor de kortere termijn ook op de kortere termijn kan worden geboekt en niet al jaren van te voren is uitverkocht.

De verplichting om een deel van de transportcapaciteit te reserveren voor korte termijn contracten levert een financieel risico op voor de betreffende beheerder van een gasnet. Onbekend is immers of en hoeveel van de voor korte termijn contracten gereserveerde capaciteit uiteindelijk kan worden verkocht en tegen welke prijs. Bij de vaststelling van de tarieven moet daarom een inschatting worden gemaakt van de verwachte opbrengsten en eventuele verschillen tussen geschatte en gerealiseerde opbrengsten als gevolg van het veilen van landsgrensoverschrijdende capaciteit met een looptijd van minder van één jaar. Om correcties van tarieven te beperken is het mogelijk om bij het veilen een minimum prijs vast te leggen voor deze capaciteit (‘reserve price’). Het gaat hier om primaire capaciteit die nog niet eerder is verkocht. Door het vaststellen van een minimumprijs, wordt het prijsrisico beperkt. In dat geval hoeft er alleen gecorrigeerd te worden wanneer er substantieel meer of minder korte termijn landsgrensoverschrijdende capaciteit wordt verkocht dan verwacht.

4. Contractuele congestie

Er is regelmatig meer vraag naar vaste transportcapaciteit dan er aan technische capaciteit beschikbaar is. Dit wordt contractuele congestie genoemd. Fysiek is er meestal geen probleem, omdat een deel van de vaste gecontracteerde capaciteit niet wordt gebruikt (genomineerd). De rechthebbende op deze vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit nomineert een dag voor het transport hoeveel capaciteit hij daadwerkelijk zal gebruiken. De hoeveelheid die overblijft, is dan in beginsel beschikbaar voor andere marktpartijen die deze capaciteit op afschakelbare basis kunnen contracteren. In beginsel, aangezien de primaire houder tot twee uur voor het daadwerkelijke transport de omvang van zijn transport kan hernomineren tot het maximum van de eerder door hem geboekte capaciteit. Hierdoor lopen marktpartijen die afschakelbare capaciteit hebben geboekt een risico alsnog afgeschakeld te worden. In de praktijk gebruikt de primaire houder het recht op hernominatie vaak niet tot het maximum van de eerder door hem geboekte vaste capaciteit. Daardoor blijft een deel van deze vaste capaciteit door hem ongebruikt, terwijl andere marktpartijen over die capaciteit enkel kunnen beschikken als afschakelbare capaciteit met de daaraan verbonden onzekerheden. De mogelijkheid van hernominatie voor alle gecontracteerde vaste landsgrensoverschrijdende capaciteit is dan ook een bedreiging voor de andere marktpartijen die het risico lopen binnen twee uur aan beide zijden van de grens hun portfolio weer te moeten balanceren. In het ene land heeft deze marktpartij dan immers gas te veel en in het andere land te weinig. In beide landen is hij in onbalans. Veel marktpartijen vinden dit risico te groot en zijn dan niet bereid om gas te leveren op de Nederlandse markt. Dit beperkt het aanbod en daarmee de concurrentie op de Nederlandse gasmarkt. Een consultatie van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) uit oktober 2009 onder marktpartijen bevestigt het beeld dat de huidige situatie in ieder geval niet bevredigend is.

Om de problemen bij contractuele congestie te reduceren bevat de wet tot Wijziging van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998 een daarop toegesneden wijziging. Die wijziging bepaalt onder meer dat de gasvoorwaarden regels bevatten met betrekking tot de wijze van toewijzen van capaciteit op een landsgrensoverschrijdend gastransportnet die een netgebruiker niet gebruikt, welke wijze kan inhouden het veilen of het op een andere marktconforme methode toewijzen van die capaciteit (artikel 12b, tweede lid, onderdeel b, van de Gaswet). Bij ministeriële regeling dienen hierover nadere regels te worden gesteld (artikel 12, eerste lid, van de Gaswet). Niet gebruikte landsgrensoverschrijdende capaciteit zal derhalve op een marktconforme wijze verplicht moeten worden herverdeeld. Deze regeling voorziet erin dat in de voorwaarden regels worden vastgelegd over het vrijmaken van en veilen van een deel van de niet gebruikte landsgrensoverschrijdende capaciteit.

5. Het vrijmaken en aanbieden van niet gebruikte capaciteit

Landsgrensoverschrijdende capaciteit wordt vaak voor een langere tijd gecontracteerd. Een netgebruiker weet dan zeker dat hij over voldoende transportcapaciteit kan beschikken. Veel netgebruikers zullen deze capaciteit niet altijd nodig hebben. Bijvoorbeeld omdat er in de zomer minder gas wordt verbruikt of omdat een fabriek niet op volle capaciteit draait. Capaciteitshouders kunnen deze capaciteit doorverkopen aan derden. Dit wordt de secundaire markt genoemd. In de praktijk gebeurt dit nog onvoldoende. De secundaire markt voor capaciteit werkt nog niet goed. Netgebruikers die capaciteit nodig hebben of over hebben weten dit vaak niet van elkaar en marktpartijen willen de mogelijkheid openhouden om wanneer dit nodig is toch meer gas te importeren of exporteren. Binnen bestaande contracten heeft de netgebruiker het recht om tot twee uur voor het daadwerkelijke transport de omvang van het transport te hernomineren tot het maximum van de eerder door hem geboekte capaciteit. Op deze wijze kan een netgebruiker onverwachte ontwikkelingen opvangen. Dit is met name belangrijk zolang er binnen Nederland nog geen goed werkende intraday-markt voor gas is of een betrouwbare markt voor secundaire transportcapaciteit. Een netgebruiker kan zijn positie dan niet (eenvoudig) binnen Nederland herstellen of alsnog grenscapaciteit bijkopen om gas uit het buitenland te halen.

Om de werking van de secundaire markt voor grenscapaciteit in Nederland te vergroten is in deze regeling een aantal maatregelen voorzien. Zo dienen de gasvoorwaarden regels te bevatten die er voor zorgen dat beheerders van gasnetten netgebruikers (contractueel) verplichten om capaciteit die zij niet nodig hebben aan te bieden aan andere netgebruikers of terug te geven aan de beheerder van een gasnet. Vaak zal een netgebruiker wel redelijk goed kunnen inschatten hoeveel transportcapaciteit hij de komende tijd nodig heeft. Toch zal een netgebruiker rekening willen houden met onvoorziene omstandigheden. Hij zal daarom niet alle transportcapaciteit willen doorverkopen die hij niet nodig denkt te hebben. Een dag van te voren moet een netgebruiker opgeven hoeveel landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit hij gaat gebruiken (nomineren). Om de netgebruiker te stimuleren om capaciteit die hij niet nodig heeft aan anderen aan te bieden, of terug te geven aan de beheerder van een gasnet, is in deze regeling bepaald dat de netgebruiker een deel van de capaciteit die hij niet nomineert kwijt kan raken. Deze capaciteit wordt als vaste capaciteit voor de volgende dag aan netgebruikers aangeboden.

Om het voor netgebruikers eenvoudiger te maken om landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit onderling te verhandelen kan de beheerder van een gasnet in de gasvoorwaarden worden verplicht om de handel in landsgrensoverschrijdende capaciteit tussen marktpartijen onderling te bevorderen. Beheerders kunnen bijvoorbeeld een bullitin board of zelfs een handelsplatform voor secundaire grensoverschrijdende transportcapaciteit oprichten. Netgebruikers die grenscapaciteit willen kopen of verkopen kunnen elkaar dan eenvoudig vinden. Hierdoor kunnen de transactiekosten van capaciteitsoverdracht worden verlaagd. Verder is de beheerder verplicht om dagelijks, per interconnectiepunt, de hoeveelheid gecontracteerde, maar niet genomineerde grenscapaciteit te publiceren. Momenteel is onvoldoende bekend hoeveel grenscapaciteit op welk moment beschikbaar is.

6. Beperking hernominatie

Het doel van deze bepaling is om een deel van de landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit die netgebruikers niet gebruiken te reserveren voor vaste transportcapaciteit voor de volgende dag. Het recht op hernominatie wordt voor nieuwe contracten beperkt tot ten minste 10% en maximaal 90% van de totale op een grenspunt geboekte transportcapaciteit. Een hernominatie naar boven is mogelijk zolang niet meer dan 90% van de totale geboekte capaciteit op een grenspunt wordt overschreden. Een hernominatie naar beneden is mogelijk zolang niet minder dan 10% van de totale geboekte capaciteit op een grenspunt wordt onderschreven. De niet genomineerde landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit wordt gereserveerd voor de day ahead markt en wordt geveild door de beheerder van een gasnet.

Deze regeling sluit aan bij de regeling zoals deze in Duitsland is opgesteld met betrekking tot landsgrensoverschrijdende gastransportcapaciteit. De meeste gasstromen van en naar Nederland lopen via Duitsland. Het is daarom belangrijk om, zeker bij congestie management procedures, aan te sluiten bij regelgeving van onze directe buurlanden. Ook in België werkt men aan voorstellen om de beschikbaarheid van korte termijn landsgrensoverschrijdende capaciteit uit te breiden. Deze plannen zijn echter nog niet uitgewerkt in concrete regelingen.

Wanneer bij de initiële nominatie meer dan 80% of minder dan 20% van de totale gecontracteerde capaciteit op een grenspunt wordt genomineerd kan in de gasvoorwaarden worden afgeweken van de hoofdregel dat het recht op hernominatie is beperkt tot ten minste 10% en maximaal 90% van de totale op een grenspunt geboekte transportcapaciteit. Zo is er in Duitland voor gekozen om wanneer bij de initiële nominaties meer dan 80% of minder dan 20% van de totale grenscapaciteit is genomineerd, het recht op hernominatie naar boven, respectievelijk naar beneden, te beperken tot de helft van de resterende landsgrensoverschrijdende capaciteit. De overige capaciteit wordt als vaste capaciteit voor de volgende dag aan netgebruikers aangeboden.

7. Europese ontwikkelingen

De maatregelen dienen in samenhang met ontwikkelingen op Europees niveau te worden bezien. In het bijzonder is hiervoor van belang dat vanaf 3 maart 2011 Verordening EG nr. 715/2009 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 13 juli 2009 betreffende de voorwaarden voor de toegang tot aardgastransmissienetten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1775/2005 (Pb EU L 211) van toepassing is. Verordening EG nr. 715/2009 vervangt Verordening EG nr. 1775/2005 en bevat onder meer rechtstreeks werkende voorschriften over beginselen inzake mechanismen voor capaciteitsallocatie en procedures voor congestiebeheer bij transmissiesysteembeheerders (artikel 16 van de Verordening). Die voorschriften hebben onder meer betrekking op de implementatie en publicatie door transmissiesysteembeheerders van procedures voor congestiebeheer die de grensoverschrijdende uitwisseling van gas op niet-discriminerende basis bevorderen, waarbij de beginselen van non-discriminatie en vrije concurrentie worden gerespecteerd (artikel 16, derde lid, aanhef, van de Verordening). In geval van contractuele congestie dient de transmissiesysteembeheerder daartoe ongebruikte capaciteit tenminste op ‘day-ahead’-basis en afschakelbaar op de primaire markt aan te bieden. Verder bepaalt de Verordening onder meer dat netgebruikers het recht hebben hun ongebruikte gecontracteerde capaciteit op de secundaire markt door te verkopen of te verhuren. Er is bewust gekozen om door middel van deze regeling landsgrensoverschrijdende uitwisseling van gas via de Nederlandse groothandelsmarkt een extra impuls te geven en ook ten aanzien van deze bepalingen uit de Verordening een verdergaande stap te zetten. Doel en strekking van Verordening EG nr. 715/2009 verzetten zich daar niet tegen, aangezien deze regeling juist beoogt landsgrensoverschrijdende uitwisseling van gas als onderdeel van (contractueel) congestiebeheer te bevorderen. De beginselen van non-discriminatie en vrije concurrentie worden daarbij gerespecteerd.

Ook de maatregel om in de gasvoorwaarden regels te stellen over het houden van ‘open season’s’ dient in samenhang met de Verordening te worden gelezen. Artikel 16, vijfde lid, van de Verordening bepaalt dat transmissiesysteembeheerders op gezette tijden de marktbehoefte aan nieuwe investeringen dienen te beoordelen en dit ook bij de planning van nieuwe investeringen dienen te doen. Het opnemen van regels in de gasvoorwaarden over een voor nieuwe uitbreidingsinvesteringen te volgen inschrijvingsprocedure kan als een nadere invulling hiervan worden beschouwd en sluit aan bij de bestaande praktijk.

8. Consultatie en advies NMa

8.1 Consultatie

Een concept van deze regeling is via internetconsultatie.nl onder marktpartijen geconsulteerd. Er zijn negen reacties ontvangen.

Bijna alle marktpartijen ondersteunen het doel van de regeling om de beschikbaarheid en het gebruik van landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit – met name voor de kortere termijn – te bevorderen. Marktpartijen geven aan dat de beschikbaarheid van korte termijn vaste grenscapaciteit belangrijk is voor de verdere integratie van de Europese gasmarkten.

Het merendeel van de marktpartijen is echter tegen het beperken van hernominatierechten. Met name het aantasten van bestaande contracten ligt gevoelig. Partijen wijzen daarbij op het nieuwe balanceringsregime. Partijen willen hier niet voorop lopen op Europese regelgeving. Partijen noemen ‘het overboeken van capaciteit en het zo nodig terugkopen van capaciteit’ als alternatief.

Naar aanleiding van de reacties van marktpartijen is gekeken naar de mogelijkheid van overboeken en terugkopen van capaciteit. Hierover is ook overleg gevoerd met de NMa en GTS. Daarbij bleek dat het overboeken en terugkopen van capaciteit de nodige uitvoerings- en toezichtsvragen oproept en daarom niet de voorkeur heeft. Wel is voorzien in de mogelijkheid om niet gebruikte capaciteit terug te geven aan de beheerder van het gasnet. In de voorwaarden kan daartoe worden opgenomen dat de beheerder een financiële vergoeding kan hanteren om het teruggeven van niet gebruikte landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit te bevorderen. Verder is een aantal maatregelen opgenomen om de werking van de secundaire markt te vergroten. Zo worden marktpartijen verplicht om grenscapaciteit die zij zelf niet nodig hebben op de secundaire markt aan te bieden aan andere netgebruikers, of deze capaciteit terug te geven aan de beheerder van het gasnet. De beheerder van het gasnet kan worden verplicht om de handel in landsgrensoverschrijdende capaciteitsrechten tussen marktpartijen onderling te bevorderen. Verder moet hij dagelijks per interconnectiepunt de hoeveelheid gecontracteerde, maar niet genomineerde grensoverschrijdende capaciteit publiceren. Een aantal marktpartijen had hier om gevraagd.

Wat betreft de beperking van het recht van hernominatie van niet genomineerde capaciteit is uiteindelijk aangesloten bij de regeling zoals deze vorig jaar in Duitsland is aangenomen. De meeste gasstromen van en naar Nederland lopen via Duitsland. Wel is naar aanleiding van een brede wens van marktpartijen besloten om bestaande contracten te ontzien bij de beperking van hernominatierechten. Het voordeel hiervan is dat bestaande contracten niet heronderhandeld hoeven te worden. Het nadeel is dat er op de korte termijn waarschijnlijk iets minder capaciteit vrijkomt voor gebruik door derden. Een overweging hierbij is ook dat het van belang is dat marktpartijen een alternatief hebben om hun portefeuille gedurende de dag in evenwicht te brengen. Daarvoor is een goed werkende intraday-markt voor gas of een markt voor secundaire grenscapaciteit nodig. De maatregelen ter verbetering van de groothandelsmarkt gas die recent in werking zijn getreden en deze aanpassing van de Regeling tariefstructuren scheppen hiervoor de noodzakelijke voorwaarden.

Het kabinet is zich er van bewust dat er op dit moment op basis van het derde energiepakket binnen Europa wordt gewerkt aan richtsnoeren en netcodes ter bevordering van het grensoverschrijdende verkeer van gas. Nederland praat hier actief in mee en de inzet van het kabinet is gericht op verder koppelen en integreren van de gasmarkt en het wegnemen van grensoverschrijdende belemmeringen bij de handel en het transport van gas. Bij het opstellen van deze regeling is ook rekening gehouden met deze aanstaande Europese regelgeving. Toch kiest het kabinet er voor om niet te wachten op deze Europese regelgeving. Het verbeteren van de werking van de gasmarkt is een nationale prioriteit die al in februari 2008 is aangekondigd (Kamerstukken II 2007/08, 29 023, nr. 48). De meeste in deze brief aangekondigde maatregelen zijn ondertussen in werking getreden. Het kabinet wil ook het bevorderen van de beschikbaarheid van kortere termijn grensoverschrijdende transportcapaciteit implementeren. Daarbij wordt waar mogelijk aangesloten bij de Europese ontwikkelingen, maar is ook gekeken naar ontwikkelingen in de landen om ons heen. Dit past in de ambitie om de werking van de Noordwest Europese gasmarkt te verbeteren.

8.2 Advies NMa

De NMa geeft in haar uitvoerings- en handhavingstoets aan dat de regeling uitvoerbaar en handhaafbaar is. De NMa is voorstander van het veilen van transportcapaciteit, maar wijst er op dat het veilen van transportcapaciteit moeilijk verenigbaar is met de huidige systematiek van tariefregulering. De NMa adviseert daarom om artikel 82 van de Gaswet aan te passen zodat bij het vaststellen van de methode van regulering ook rekening kan worden gehouden met tarieven die door een veiling worden bepaald. Deze opmerking wordt meegenomen bij het wetsvoorstel ter implementatie van het derde energiepakket. Verder is de regeling aangepast naar aanleiding van de inhoudelijke adviezen van de NMa. Zo is het percentage van de landsgrensoverschrijdende capaciteit dat gereserveerd wordt voor contracten met een looptijd van een jaar en korter op advies van de NMa verhoogd van vijf naar tien procent en is het percentage daarvan dat gereserveerd wordt voor contracten korter dan een jaar verhoogd van tien naar twintig procent. Ook een deel van de marktpartijen vond de regeling op dit punt onvoldoende ambitieus.

9. Administratieve lasten

De Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas stelt een beleidskader vast, dat door de gezamenlijke netbeheerders in de tariefstructuren en voorwaarden wordt vastgelegd. De wijzigingen in de regeling hebben betrekking op de relatie tussen beheerders van gasnetten en netgebruikers en bevatten geen rechtstreekse verplichtingen tot het verstrekken van informatie aan de overheid. Daarmee leiden de wijzigingen in de regeling niet tot administratieve lasten.

10. Notificatie

Aangezien de regeling geen technische eisen bevat ten aanzien van producten en ook geen bepalingen met betrekking tot het elektronisch handelsverkeer kent, behoeft de regeling niet te worden genotificeerd bij de Europese Commissie op basis van richtlijn 1998/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998, betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 217), zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 98/48/EG van 20 juli 1998 (PbEG L217). Evenmin heeft deze regeling betrekking op diensten als bedoeld in richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PbEU L376), zodat notificatie in dat kader evenmin aan de orde is.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Deze regeling tot wijziging van de Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas kan effecten hebben op de transportvolumes die de beheerder van een gasnet kan verkopen. Zo zal het reserveren en vrijmaken van korte termijn vaste grensoverschrijdende transportcapaciteit van invloed zijn op de hoeveelheid afschakelbare capaciteit die een netbeheerder kan verkopen. Ook kan een beheerder minder capaciteit verkopen onder meerjarige contracten omdat hij een deel van de beschikbare capaciteit moet reserveren voor kortere termijn contracten (jaar en korter). Het is onzeker of en tegen welke prijs een netbeheerder deze capaciteit kan verkopen. Deze effecten zijn niet het gevolg van markthandelen, maar van verplichtingen die aan beheerders van landsgrensoverschrijdende gasnetten worden opgelegd. Om die effecten te verdisconteren, bepaalt dit artikel dat de tariefstructuren voorwaarden moeten bevatten die er toe leiden dat rekening wordt gehouden met veranderingen van rekenvolumes van tariefdragers als gevolg van de wijzigingen. Daarmee worden verschillen in rekenvolumes als gevolg van de wijzigingen in deze regeling verdisconteerd in de tarieven.

Artikel I, onderdeel B

Artikel 16 van de Regeling tariefstructuren en voorwaarden gas vervalt aangezien artikel I, onderdeel C, voorziet in de nieuwe artikelen 18e en 18f die betrekking hebben op het toewijzen van capaciteit die niet wordt gebruikt, specifiek bestemd voor landsgrensoverschrijdende capaciteit.

Artikel I, onderdeel C

Na paragraaf 3.4 wordt een nieuwe paragraaf 3.5 ingevoegd, die specifiek gericht is op landsgrensoverschrijdende capaciteit. Artikel 18a van deze paragraaf heeft betrekking op het gebruik van een inschrijvingsprocedure met het oog op het vaststellen van de behoefte aan landsgrensoverschrijdende capaciteit. In de voorwaarden dienen daarover regels te worden opgenomen die aan de in het derde lid geformuleerde eisen dienen te voldoen. Die eisen bieden ruimte om de huidige praktijk van ‘open season’s’ te continueren met inachtneming van Verordening EG nr. 715/2009. Het tweede lid heeft eveneens op die huidige praktijk betrekking, waar het gaat om de afstemming van een ‘open season’ met netbeheerders uit andere landen.

Artikel 18b, eerste lid, heeft betrekking op vaststelling van de technische en beschikbare transportcapaciteit op interconnectiepunten en de toedeling van die capaciteit. Voor de toedeling van de technische transportcapaciteit geldt dat op termijn ten minste 10% wordt gereserveerd voor contracten met een looptijd van een jaar en korter. Van die gereserveerde transportcapaciteit wordt ten minste 20% weer gereserveerd voor contracten met een looptijd van korter dan een jaar. De genoemde percentages zijn minimumpercentages die in de voorwaarden hoger mogen worden vastgesteld. De voorwaarden dienen voorts regels te bevatten over het aanbieden van de transportcapaciteit die is gereserveerd voor contracten met een looptijd korter dan een jaar door middel van een veiling (derde lid). Het gaat dan bijvoorbeeld om maand en dag contracten. De regeling stelt verder geen nadere eisen aan de wijze waarop die veiling dient te worden ingericht. Wel bestaat de mogelijkheid bij een veiling eisen te stellen aan de termijn tussen de veiling en het tijdstip waarop capaciteit wordt getransporteerd en kunnen minimumprijzen worden vastgesteld (vierde lid).

Artikel 18c heeft tot doel netgebruikers die op enig moment weten dat zij een deel van de beschikbare capaciteit niet zullen nomineren en hernomineren, er toe te bewegen die capaciteit ofwel op de secundaire markt te verkopen of aan de beheerder van het gasnet terug te geven. De gasvoorwaarden kunnen hierover bijvoorbeeld bepalen dat de beheerders dit contractueel met de netgebruikers zullen afspreken, waarna netgebruikers verplicht zijn hieraan uitvoering te geven. Op grond van het tweede lid is het mogelijk dat dit verder wordt gestimuleerd door aan teruggave een financiële vergoeding te verbinden. Artikel 18c gaat een stap verder dan de Verordening die in artikel 16, derde lid, onderdeel b, niet meer bepaalt dan dat de netgebruiker het recht hebben tot doorverkoop of verhuur van ongebruikte gecontracteerde capaciteit.

Artikel 18d, eerste lid, biedt de mogelijkheid in de gasvoorwaarden regels op te nemen ter bevordering van de handel in landsgrensoverschrijdende capaciteitsrechten tussen marktpartijen onderling. In het algemeen deel van de toelichting worden daar enkele voorbeelden van genoemd. Het tweede lid bevat in aanvulling op wat de Verordening bepaalt een informatieverplichting, die bijdraagt aan het inzicht in ongebruikte landsgrensoverschrijdende capaciteit. Marktpartijen hadden hier om gevraagd.

Artikel 18e heeft betrekking op het beperken van het recht van hernominatie van niet genomineerde landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit. Het doel van de regeling is dat een groter deel van de vaste landsgrensoverschrijdende transportcapaciteit op ‘day-ahead’ basis als vaste capaciteit kan worden aangeboden en niet enkel als afschakelbare capaciteit. Het algemeen deel van de toelichting licht de systematiek hiervoor nader toe. De gecontracteerde capaciteit die niet gehernomineerd kan worden, wordt geveild. Uit artikel 18f volgt dat over het veilen van deze capaciteit nadere regels gesteld dienen te worden. De oorspronkelijke capaciteitshouder is niet uitgesloten van deelname aan een dergelijke veiling.

De begrippen vaste capaciteit, technische capaciteit, beschikbare capaciteit, secundaire markt, nominatie en hernominatie zijn niet in de regeling gedefinieerd. De betekenis van deze begrippen volgt rechtstreeks uit Verordening EG nr. 715/2009.

Artikel II

Artikel 12, derde lid, van de Gaswet bepaalt dat de regeling in werking treedt op een bij koninklijk besluit vastgesteld tijdstip. In artikel II wordt daar uitvoering aan gegeven. Daarbij wordt de mogelijk opengelaten om bepaalde artikelen, of onderdelen daarvan, op een later tijdstip in werking te laten treden.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

Naar boven