Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 28 mei 2019,
nr. IENW/BSK-2019/101394, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Gelet op artikel 10.9 van de Aanpassingswet Algemene verordening gegevensbescherming
(Stb. 2018, 247) en artikel II van het Besluit van 5 juli 2018 tot wijziging van het Besluit genetisch
gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (nieuw artikel 2.13a, enkele vereenvoudigingen
en reparaties) (Stb. 2018, 236);
Hebben goedgevonden en verstaan:
’s-Gravenhage, 4 juni 2019
Willem-Alexander
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Uitgegeven de twintigste juni 2019
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
NOTA VAN TOELICHTING
Met dit besluit wordt voorzien in de inwerkingtreding met ingang van 1 juli 2019 van
artikel 6.8 van de Aanpassingswet Algemene verordening gegevensbescherming (Stb. 2018, 247) (hierna: AAvg) en van de resterende onderdelen van het Besluit van 5 juli 2018 tot
wijziging van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (nieuw
artikel 2.13a, enkele vereenvoudigingen en reparaties) (Stb. 2018, 236) (hierna: besluit van 5 juli 2018).
Artikel 6.8 AAvg is bij Besluit van 11 juli 2018 tot vaststelling van het tijdstip
van inwerkingtreding van de Aanpassingswet Algemene verordening gegevensbescherming,
uitgezonderd van inwerkingtreding. De reden daarvoor was dat artikel 6.8 Aavg een
wijziging betreft van artikel 9.5.7 van de Wet milieubeheer, dat toen nog niet in
werking was getreden. Artikel 9.5.7 van de Wet milieubeheer dateerde, als onderdeel
van de wet van 5 juli 2017 tot wijziging van de Wet milieubeheer en van de Woningwet
in verband met het invoeren van het landelijk asbestvolgsysteem en enige andere wijzigingen
van de Wet milieubeheer (Stb. 2017, 337) nog van vóór de inwerkingtreding van de Algemene verordening gegevensbescherming
(hierna: AVG). Artikel 6.8 van de AAvg voorziet in het conformeren van enkele termen
in artikel 9.5.7 van de Wet milieubeheer aan die van de AVG. Inmiddels is het koninklijk
besluit vastgesteld, dat voorziet in de inwerkingtreding van artikel 9.5.7 van de
Wet milieubeheer met ingang van 1 juli 2019 (Stb. 2019, 178). Daarom kan artikel 6.8 Aavg nu ook in werking treden.
Het besluit van 5 juli 2018 is op 24 juli 2018 gepubliceerd (Stb. 2018, 236) en een aantal onderdelen daarvan is met ingang van 1 november 2018 in werking getreden
(Stb. 2018, 357).
De resterende onderdelen van het besluit van 5 juli 2018 konden pas in werking treden
als artikel 20.3, tweede lid, van de Wet milieubeheer, zoals gewijzigd met eerdergenoemde
wet van 5 juli 2017 in werking is getreden. Het gewijzigde artikel 20.3, tweede lid,
van de Wet milieubeheer, dat de grondslag biedt voor de resterende onderdelen van
het besluit van 5 juli 2018, treedt met ingang van 1 juli 2019 in werking (Stb. 2019, 178).
Artikel 6.8 van de AAvg en de resterende onderdelen van het besluit van 5 juli 2018
treden met het onderhavige besluit eveneens met ingang van 1 juli 2019 in werking,
na het moment waarop de wet van 5 juli 2017 in werking is getreden.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga