Wet van 15 maart 2012 tot wijziging van de Wet milieubeheer (reparatie milieueffectrapportage)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enkele technische wijzigingen aan te brengen in de regels over de milieueffectrapportage van de Wet milieubeheer;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 7.1, tweede lid, onder d, vervalt, onder vervanging van de puntkomma aan het eind van artikel 7.1, tweede lid, onder c, door een punt.

B

In artikel 7.7, tweede lid, vervalt de tweede volzin.

C

Artikel 7.9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «een bestuursorgaan» vervangen door: het bevoegd gezag.

2. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. In de kennisgeving wordt voorts vermeld dat in het milieueffectrapport tevens een passende beoordeling wordt opgenomen in verband met de mogelijk significante gevolgen voor een Natura 2000-gebied als bedoeld in artikel 1, onderdeel n, van de Natuurbeschermingswet 1998 indien dat milieueffectrapport betrekking heeft op:

    • a. een krachtens artikel 7.2, tweede lid, aangewezen plan, en voor dat plan een passende beoordeling moet worden gemaakt in verband met de mogelijke significante gevolgen voor een Natura-2000 gebied;

    • b. een plan als bedoeld in artikel 7.2a, eerste lid.

D

Artikel 7.19, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Onder een zo vroeg mogelijk stadium wordt verstaan het stadium voorafgaand aan de terinzagelegging van het ontwerp-besluit.

E

Het opschrift van § 7.8 komt te luiden:

§ 7.8. De beperkte voorbereiding inzake het milieueffectrapport dat betrekking heeft op een besluit.

F

Artikel 7.24 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «afdeling 13.2» vervangen door: een of meer artikelen van afdeling 13.2.

2. Na het derde lid, wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. In afwijking van deze paragraaf is paragraaf 7.9 van overeenkomstige toepassing op de voorbereiding van een milieueffectrapport, ten aanzien van een activiteit als bedoeld in het eerste lid, dat betrekking heeft op een besluit als bedoeld in dat lid en voor welke activiteit tevens:

    • a. een besluit is vereist waarvoor op grond van artikel 19f, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 een passende beoordeling moet worden gemaakt,

    • b. een besluit is vereist dat mede uitvoering geeft aan artikel 2.1, eerste lid, onder c, juncto artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, of het tweede lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, of

    • c. een plan is vereist als bedoeld in artikel 14.4b.

G

Artikel 7.26a vervalt.

H

Het opschrift van § 7.9 komt te luiden:

§ 7.9. De uitgebreide voorbereiding inzake het milieueffectrapport dat betrekking heeft op een besluit.

I

Artikel 7.27 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt«afdeling 13.2» vervangen door: een of meer artikelen van afdeling 13.2.

2. In het tweede en derde lid wordt «een bestuursorgaan» vervangen door: het bevoegd gezag.

3. In het vijfde lid wordt na «Natura 2000-gebied» telkens ingevoegd: , bedoeld in artikel 1, onderdeel n, van de Natuurbeschermingswet 1998.

4. Aan het zesde lid wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Degene die de activiteit wil ondernemen overlegt op verzoek van het bevoegd gezag binnen een bij dat verzoek te bepalen termijn een vertaling van de mededeling in de landstaal van het gebied in het andere land waar de activiteit belangrijke nadelige gevolgen kan hebben.

J

Artikel 7.28, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Het bevoegd gezag laat de aanvraag tevens buiten behandeling indien deze een krachtens artikel 7.2, vierde lid, aangewezen besluit betreft, dat krachtens wettelijk voorschrift op aanvraag wordt genomen, en

    • a. bij het indienen van de aanvraag geen afschrift is gevoegd van de beslissing krachtens artikel 7.17, eerste lid, inhoudende dat geen milieueffectrapport behoeft te worden gemaakt, of

    • b. geen beslissing is genomen krachtens artikel 7.17, eerste lid, dan wel is beslist dat een milieueffectrapport moet worden gemaakt en dat rapport niet is overgelegd.

K

Artikel 7.30 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt in de eerste volzin, «het voorontwerp of» en vervalt de tweede volzin.

2. In het derde lid vervalt: , het voorontwerp.

L

Artikel 7.32 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt «het voorontwerp of» alsmede: voorontwerp of.

2. In het tweede lid vervalt: , het voorontwerp.

3. In het vijfde lid, wordt «afdeling 13.2», vervangen door «een of meer artikelen van afdeling 13.2, met uitzondering van artikel 13.2» en wordt «artikel 7.26a» vervangen door: artikel 7.24, vierde lid.

M

In artikel 7.38a, derde lid, onder a, vervalt: het voorontwerp of.

N

In artikel 7.38e wordt «het voorontwerp of ontwerp van dat besluit» vervangen door: of het ontwerp van dat besluit.

O

Artikel 14.4b, tweede volzin, wordt vervangen door twee volzinnen, luidende:

Het rapport wordt voorbereid met toepassing van artikel 7.10 en de paragrafen 7.9 en 7.10, met dien verstande dat de aanvraag om een besluit, het ontwerp van een besluit, het ontwerpplan en het milieueffectrapport tegelijkertijd ter inzage worden gelegd. Het milieueffectrapport voldoet aan de artikelen 7.7 en 7.23.

P

Artikel 14.5, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Ingeval ter zake van een activiteit, dan wel ter zake van verscheidene met elkaar samenhangende activiteiten meer dan een besluit is aangewezen, bij de voorbereiding waarvan op grond van het bij of krachtens deze wet bepaalde een milieueffectrapport moet worden gemaakt, wordt ter voorbereiding van die besluiten één milieueffectrapport gemaakt, met toepassing van paragraaf 7.8 in geval op al die besluiten paragraaf 7.8 van toepassing is en met toepassing van paragraaf 7.9 in de overige gevallen.

ARTIKEL II

Ten aanzien van een plan als bedoeld in artikel 7.2, tweede lid, van de Wet milieubeheer blijft het recht zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet van toepassing, indien de kennisgeving als bedoeld in artikel 7.9 van de Wet milieubeheer voor dat tijdstip heeft plaatsgevonden.

ARTIKEL III

Ten aanzien van een besluit als bedoeld in artikel 7.2, derde lid, van de Wet milieubeheer blijft het recht zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet van toepassing, indien de kennisgeving als bedoeld in artikel 7.27 van de Wet milieubeheer voor dat tijdstip heeft plaatsgevonden.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 15 maart 2012

Beatrix

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Uitgegeven de negenentwintigste maart 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 32 828

Naar boven